Regionale middenstandsmeeting in De Open Hof Schoolhoofden torpederen plannetje Bevrijdingscomité B. en W. willen boerderij niet op de monumentenlijst Donderdag 13 maart 1975 53e jaargang no. £9 Uitgave Drukkerij Smit b.v. - Soest Dureau voor redactie en administratie: Van Weedestraat 29. Soest Tel. 14152* - Postgiro 126156 NKOV-voorzitter Perquin: „De regering is de gevangene van de vakbeweging'' Uurloonstijging dit jaar in de buurt van de 16% Gedeelte viering op losse schroeven VVD-raadsfractie stelt schriftelijke vragen over Rijksweg 23 Hoofdinspecteur-korpschef van politie H. G. Scholtmeijer WEINIG VOEDING VOOR NIEUWE PARTIJEN Concert door het Amersfoorts Jeugd Orkest r SOESTER1 COURANT Abonnement per kwartaal 4,75. Buiten Soest per kwartaal 9, Verschijnt iedere donderdag „De regering is de gevangene van de vakbeweging. De voornaamste oorzaak van werkloosheid is, dat de lonen nu in een reeks van jaren meer stygen dan de produktiviteit. Op basis van de cao's die nu voor ongeveer één miljoen werknemers zyn afgesloten, zie ik aankomen dat de uurloonstyging dit jaar, los nog van de aanpassingen van het minimumloon per 1 april en 1 juli a.s., evenals vorig jaar in de buurt van de 16 zal uitkomen. En minister Dui- scnberg maar beweren dat wy in de buurt van de 13 zullen bly ven. En staatssecretaris Hazekamp maar beweren dat de middenstand er in 1975 in Inkomen reëel op vooruit zal gaan". Aldus de heer W. Perquin, voorzitter van het NKOV tydens de dinsdagavond in De Open Hof gehouden middenstands- byeenkomst. Hy verweet de regering niet in te grypen in de loonontwikkeling. „Niet al^ leen blyft de regering van de loonontwikkeling af, want daar mag zy niet aankomen van de vakbeweging, zij wil ook de verhoging van het minimum niet achterwege laten, hoewel dat een van haar weinige mogelijkheden is om, zonder in de lonen direkt in tegrypen, de loonsomstijging wat meer in' de buurt van dc 13 te houden, want die verhoging van het minimumloon moet van de vakbeweging". Slechts cbdrca 60 middenstanders uit Soest en omgeving woonden deze meeting bij. Men had gerekend op een massale opkomst en er De Open Hof voor afgehuurd en ingericht. Ruim een kwartier na de officiële begintijd werd de zaal op de halve grootte teruggebracht en daarvan was ongeveer de helft bezet. De voorzitter van „De Soester Onder nemer", met het NKOV organisator van de bijeenkomst, heett de belang stellenden welkom. Onder hen de wethouder voor economische zaken, de heer Ebbers. De voorzitter, de heer A. Smit, veronderstelde dat de avond voldoende stof zou opleveren voor een discussie na afloop en voor overweging in eigen kring. Hij deed een beroep op de toehoorders zich vooral te organiseren, nodig om op hoger niveau succes te behalen. „Ik ben zelf beslist geen voorstander van harde acties, maar zou graag aan ta fel zitten met redelijke mensen die niet alleen eisen stellen voor de lie den die zij vertegenwoordigen, maar wel degelijk rekening houden met de begrensde mogelijkheden van de an dere partij", aldus de heer Smit. Hij vond dat ondermeer de voorzitter van het NKV, de heer Spit, met zijn stel ling dat het vastlopen van de bespre kingen in de stichting van de arbeid neerkwam op het afwentelen van de problemen „op de ruggen van de werknemers, die men wil achterstel len bij de werknemers in andere sec toren" groot onrecht deed aan de middenstanders. „Want hij weet wel licht beter dan velen van u, hoe slecht het gaat bij veel ondernemers en ondernemingen", aldus de heer Smit. Onreoht werd zijns inziens ook de leden van de vakbonden aangedaan omdat deze zich zonder goede achter grond-informatie gaan afzetten tegen situaties en daardoor tot onvrede ko men in hun eerst zo prettige werk omgeving. Hij wees tenslotte op het samengaan in Soest van de drie landelijke mid denstandsorganisaties in de Soester Ondernemer en hij sprak de hoop uit dat men daar ook landelijk in zou slagen. Loonontwikkeling Volgens de heer Perquin gaat het niet goed in Nederland; niet met de economie, niet met de ondernemers en niet met de wijze waarop de pro blemen worden aangepakt. Hy vond wel dat het niet alleen de schuld was van deze regering, maar wel verweet hy hen dat zy er niets aan deden. Naar zijn mening zou de regering nu toch heus „de grote heilige koe van de vrije loonontwikkeling, die nog maar steeds voortgraast in zijn afge graasde wei" in zijn onheilige rust moeten storen. Maar omdat de rege ring de gevangene was van de vak beweging zou dat niet mogen. Juist het achterwege laten van de verho ging van het minimumloon per 1 april zou volgens de heer Perquin één van de weinige mogelijkheden geweest zijn om de loonstijging wat meer in de buurt van de 13 °/o te houden. „Hoe men dat wil rijmen met de be strijding van de werkloosheid is voor mij een raadsel", aldus de voorzitter van het NKOV. „In november 1974, toen de regering haar pakket van maatregelen aan kondigde om een impuls te geven aan onze economie werd nog veronder steld dat de loonsomstijging 15 zou bedragen; dat was al flink wat hoger dan waarvan was uitgegaan bij het begin van het jaar. Nu blij let uit de geregistreerde cao's over 1974, dat er een uurloonstijging van 16,5 °/o heeft plaatsgevonden". Voor de midden stand kwam daar dan nog bij het extra-effect van de minimum-loon maatregelen, zodat men daar moest rekenen op een stijging van circa 19 a 20%. In Eindhoven had minister Boersma erkend dat de groei van de loonsom sneller ging dan de groei van de pro duktiviteit; dat ook de middenstan der loon naar werken verdiende en dat de middenstander gekenmerkt werd door hoge arbeidskosten en door zijn relatief veel laagbetaalde functies en daardoor zeer gevoelig was voor loonontwikkelingen. „Ik vind die erkenning prachtig, maar zie nog niet, dat deze stellingen vertaald worden in een effectief be leid", aldus de heer Perquin. Kenne lijk was die beleidslijn „handen af van de loonontwikkeling en voorlopig een uitweg zoeken via belastingver lagingen, via bijdragen uit de schat kist aan de sociale verzekeringspre mies en via premie- en subsidierege lingen voor werkgevers, die arbeids plaatsen willen vervullen". Naar zijn mening kwam men er daar niet mee. De regering zou zich daar om niet aan haar verantwoordelijk heid mogen onttrekken en zou recht streekse verantwoordelijkheid moeten dragen inzake de loonontwikkeling. Wanneer de loonsomkostenstijging weer boven de 13 zou stijgen, dan zou dat een bijzonder slecht effect hebben op 's lande-begroting voor het komend jaar. Hij stond achter het initiatief wetsontwerp - van het CDA om de lasten van het bedrijfsleven, niet alleen de vennootschapsbelasting maar ook verdere belastingverlaging voor bedrijven die niet in de vorm van vennootschap functioneerden, te verlichten. Vraagtekens zette hij tenslotte bij de ^vorige week door minister Boersma aangekondigde regeringsplan om zelf standigen een minimum-inkomens garantie te geven. Het idee was zijns inziens niet nieuw; de Raad voor het Midden- en Kleinbedrijf studeerde al op dit ontwerp. Daarom Wilde hij er ook nog geen definitief oordeel over geven. Wel vroeg hij zich af welke filosofie er achter het plan zat. „Is het een erkenning van het feit dat ook kleine zelfstandigen aanspraak hebben op een maatschappelijk aan vaardibare minimum-welvaartspositie of ziet men dit als een begin van een door de overheid te stellen normering van wat een risicodragend onderne mer mag verdienen?", aldus de heer Perquin. Als dat laatste het geval zou zijn, dan zag hij dat als een frontale aanval op het zelfstandig on dernemerschap. Hij formuleerde met het oog daarop een aantal vragen: wat betekent een inkomens-aanvul ling van overheidswege voor de con currentieverhoudingen? Hoe zou een dergelijke regeling kunnen worden uitgevoerd; via de algemene bij standswet of als een negatieve in komstenbeiasting? Hoe verhoudt zich een dergelijke regeling tot het stre ven naar structuurverbetering ei welke voorwaarden zouden gestek moeten worden ten aanzien van leef tijd en ten aanzien van de mogelijk heden om op een andere manier vol doende inkomen te verwerven? De heer Perquin besloot met de aan wezigen op te roepen zich vooral te organiseren. Het was voor hem voor alle anderen woordvoerders van de ondernemers noodzakelijk, zich ge- ruggesteund te weten door het over grote deel van de Nederlandse on dernemers. Het hoofdenconvent van de Soester basisscholen heeft het 5-mei-comité laten weten niet te zullen meewerken aan het plannetje een krant te vullen met ideeën van schooljeugd over de bevrijding en vrijheid in het algemeen. Dat Is een lelijke streep door de rekening voor het comité, dat zich op korte ter- myn gaat beraden over de situatie. Aan het begin van dit jaar, in fe bruari, kreeg Werner Paans, bekend als coördinator van de feestelijkhe den rond het afscheid van burge meester Bentinok, en als voorzitter van de volleybalvereniging Olympia Parade, het verzoek om een feest op te zetten in verband met de dertigste verjaardag van de bevrijding. In het 5-mei-comité namen verder zitting de dames M. van Dam (voorzitster van Artishock); M. van Stiphout-Croo- neniberg (gemeenteraadslid) en de he ren W. de Bruin (bestuurslid van SEC), W. Niehof Werndng (bestuurs lid Soester Gemeenschap); J. Lokhof (journalist); J. Leyenrekker (radio- t.v. medewerker); P. Daalhuizen (om roepmedewerker) en F. de Roovère (Directeur vaneen publiciteitsbureau). In deze samenstelling vergaderde het comité tweemaal om tot een opzet te komen voor een feest, waarvoor de gemeente 10.000 gulden beschikbaar stelde. Bij het opstellen van de plan nen kreeg de commissie direct al te maken met, overigens oplosbare, pro blemen van de rond dezelfde tijd plaatsvindende Soestockweek van de kunstenaarsvereniging Artishock. Bo vendien moest men rekening houden met de vervagende belangstelling voor de bevrijdingsfeesten in het al gemeen. Besloten werd daarom de festiviteiten toe te spitsen op twee groeperingen; de ouderen die de oor logsellende slechts kent van school lessen en t.v.-series. In het conceptprogramma werd op genomen een „tour-de-chante", waar aan zal worden meegewerkt door een aantal jonge artiesten in het populai re genre, met medewerking van een klein orkest en op de tweede plaats de krant, door de schooljeugd in te vullen en te verspreiden, alsmede een tentoonstelling van werkstukken door de jeugd vervaardigd en die betrek king zouden hebben op vrijheid. Wat de muzikale viering betreft ligt het in de bedoeling dat de groep ar tiesten in drie of vier wijken van Soest, in de nabijheid van bejaarden centra, zal optreden, waarbij het re pertoire zal bestaan uit liedjes muziek uit de jaren rond de bevrij ding. Wat de schoolkrant betrof zou iedere school een pagina kunnen vullen, waarbij een trefwoord, verbandhou dend met oorlog, vrede, vluchteling, honger, toekomst e.d., uiteraard voor elke school anaers, het uitgangspunt zou zijn. Helaas dit plannetje gaat niet door, nu de schoolhoofden besloten hebben niet mee te werken. Slechts de scho lengemeenschap Eemland, de LTS, reageerde positief. De commissie zal zich beraden wat nu te doen. Die vergadering wordt a.s. zaterdag ge houden. Op bet programma van het comité staat verder nog het organiseren van buurt- en/of straatfeesten, zoals die ook plaatsvónden de eerste dagen na de bevrijding en de jaren erna. Ook wordt gedacht aan muziek in de vorm van een draaiorgel en een op treden van bijvoorbeeld PVO, com pleet met drumband, majorettes en puppyrettes. Op het moment wordt onderzocht of de Soester warme bakkers mogelijk heden hebben om op deze vijfde mei bet echte „Zweedse" v/ittebrood te bakken en dat die dag dan in elke winkel te koop zal zijn. Bij de presentatie van de plannen voor de vijf mei-viering was bij de organisatoren duidelijk een teleur stelling merkbaar over het standpunt van de schoolhoofden. Vooral het ar gument dat het hoofdenconvent zich gepasseerd voelt (het comité schreef alle schoolhoofden aan) en de mening dat de kinderen zo ver na de tweede wereldoorlog niet op deze wijze ge confronteerd moeten worden met oor logsleed, werd zeer betreurd. De gemeenteraadsfractie van de VVD heeft aan het college van burgemeester en wethouders een aantal vragen gesteld met betrekking tot de aanleg van de Ryksweg 28, de verbinding Utrecht-Amersfoort. De weg is gepland volgens een tracé dat ondermeer ten zuiden van Soesterberg loopt, gedeeltelijk door de Leusderheide. De fractie zegt, dat ten aanzien van de vorm en hoe de nieuwe weg aan gelegd wordt, haar Heen gegeven be schikbaar zijn van omstreeks 1970. gelegd wordt, haar alleen gegevens be reikt dat de aanleg niet zaJ geschie den conform het toen gemaakte plan. Met het oog daarop vraagt de fractie: 1. Bent u met ons van mening dat wanneer de regering besluit tot door gaan van de aanleg van rijksweg 28 duidelijk rekening moet worden ge houden met de bereikbaarheid van de recreatiegebieden? 2. Dienen niet in ieder geval ten be hoeve van het wandel- en fietsver- keer voorzieningen te worden getrof fen om de Leusderheide en het daar achter liggende bosgebied, nu zonder veel problemen bereikbaar, ook dan op een eenvoudige wijze te ontslui ten? 3. Bent u met ons van mening dat ten behoeve van de begraafplaats Soesterberg een klein viaduct wense lijk is? 4. Dient niet aan de Tweede Kamer der Staten Generaal een telegram te wordx gezonden waarin de wenselijk heid van het onder sub. 1, 2 er gestelde kenbaar wordt gemaakt? Wij verwijzen hierbij ook naar de gemeenteraadsvergaderingen van 20 en 21 februari j.1., waar deze gedach te ook naar voren gekomen is. Een meer dan 25-jarige samen werking met hoofdinspecteur Scholtmeijer in voor- en tegen spoed heeft mij er van overtuigd, dat hij uit zijn geboorteland Drente enige kenmerkende eigen schappen mee gekregen heeft. Opgegroeid in een plaats met een hechte dorpsgemeenschap, waarin de onderlinge hulp in het algemeen en de burenhulp in het bijzonder als een normale menselijke plicht gezien werd, vindt hij, dat deze verbonden heid als basis voor de onderlinge menselijke betrekkingen nog steeds vereist is. In de praktijk van het dagelijks leven blijkt dit b.v, uit de wijze waarop hij inhoud geeft aan de functie van korpschef en waarop hij leiding geeft aan en omgaat met de leden van het hem toe vertrouwde politiekorps. Doch evenzeer blijkt dit uit het zich beschikbaar stellen voor functies in het maatschappelijk leven, het aanvaarden van ver antwoordelijkheid buiten de ambtelijke. Wij hebben immers de heer Scholtmeijer in zeer verschillende hoedanigheden, in onder scheidene rollen leren kennen. Evenwel - hij vervult deze verschillende rollen niet als een acteur die dan in de huid van deze en dan weer in die van gene kruipt en zodoende meerdere uiteenlopende personen zodanig weet uit te beelden, dat het moeilijk te geloven is dat deze rollen allen door een en dezelfde persoon gespeeld worden. Het tegen deel is bij de heer Scholtmeijer het geval; in de vervulling van uiteenlopende functies, in overheidsdienst en in het maatschap pelijk leven, komt de persoonlijkheid van de heer Scholtmeijer, komen zijn opvattingen en idealen zo nadrukkelijk naar voren, dat het overduidelijk is, dat wij met dezelfde persoon te maken hebben ongeacht „de pet" die hij afwisselend op heeft. Met hart en ziel dient hij bij de politie. Het beschermen van de samenleving, van de gemeenschap, tegen gevaren die haar bedrei gen en tegen negatieve krachten die haar trachten te ondermijnen, evenzeer als de bescherming van de enkeling, van de zwakke of weerloze, als ook de drang het korps te vormen tot een samen werkingsverband, waarin de collegiale kameraadschap - op zich reeds een groot goed - niet beperkt blijft tot de diensturen, doch ook daarbuiten van zich doet blijken door de betrokkenheid bij het wel een wee van de collega's en hun gezinnen, hierin toege wijd bijgestaan door mevrouw Scholtmeijer - dit alles samen met vele andere voorbeelden, allen zijn het evenzovele variaties op het thema van het in onderlinge verantwoordelijkheid dienen, in het grote maar zeker niet minder in het kleine. Daarbij schuwt hij, zelf recht door zee, onoprechtheid. Indien hij deze meent aan te treffen maakt hij bepaald van zijn hart geen moordkuil. Begrijpelijk is, dat herhaaldelijk een beroep op hem gedaan is om een functie in het maatschappelijk leven te vervullen. Hoewel de dag reeds meer dan gevuld was met het normale werk, was het wederom dat bewust zijn van medeverantwoordelijkheid dat hem soms dan toch maar wel deed besluiten een beroep positief te beantwoorden. Daar het bereiken van de voor functioneel-leeftijdsontslag vast gestelde leeftijd geen invloed heeft op iemands instelling en am bities en daar, naar ik mag aannemen, het gezin Scholtmeijer stevig in Soest heeft wortel geschoten, waag ik de vrijmoedige veronderstelling, dat ook na pensionering nog wel eens een beroep op de persoon Scholtmeijer gedaan zal mogen worden. Mr. S. P. BARON BENTINCK Oud-burgemeester van Soest De tot woonhuis, verbouwde boerdery Eigendomweg 107, kan op voorstel van dc minister van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk op de lyst van onroerende monumenten geplaatst worden. Dat heeft de minister by brief van 13 januari j.1. meegedeeld. Burgemeester en wethouders voelen daar niets voor en stellen de raad daarom voor de minister te verzoeken de boerdery van de ontwerp-lyst af te voeren. Volgens die ontwerp-lijst is het pand een bouwwerk dat van belang is uit een oogpunt van oudheidkundige en volkskundige waarde. Die zienswijze wordt niet gedeeld. „Weliswaar", zo zegt het college in het voorstel aan de raad, „is de vormgeving van het gebouw fraai te noemen, doch geen enkel deel van het pand is van his torische waande". De buitenwanden bestaan uit normaal metselwerk, voorzien van een bepleistering en in tern heeft het pand een modern ka rakter gekregen door hets plaatsen van nieuwe wanden, bestaande uit betonstenen, uitgevoerd als schoon metselwerk. „Kortom", zo zegt het college" de boerderij is veranderd in een moderne woning, die op geen en kel punt herinnert aan een gebruik met een historisch karakter". Het college wijst er verder op dat in het geldende bestemmingsplan Lan delijk Gebied het perceel een agrari sche bestemming heeft en in het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan Klein-Engendaal wordt voor dat ge- ;.V - De omstreden boedery Eigendom- weg 107. Foto Herman van Dam bied aan een globale woonbestem ming gedacht. Daarin zal de boerde rij kunnen worden ingepast, maar dan is het wel duidelijk dat de lig ging ervan uit landschappelijk oog punt geen betekenis zal kunnen heb ben, „omdat het pand zal worden in gesloten door woonbebouwing". Opgemerkt wordt verder, dat wan neer laterere plannen uitgevoerd moeten worden, waarin handhaving van het pand niet past, een en ander ernstig bemoeilijkt zal kunnen wor den door opname 'van het pand in ,het bestand van beschermde monu menten. Alweer loopt er een van de nieuwe en kleine partijen op zijn laatste be nen. Na D'66, wier ideeën geen vol doende steun meer onder het volk vonden, kan nu ook DS'70, voorna melijk door innerlijke onenigheid, binnenkort wel afgeschreven worden. Wat een namen ook om daarmee ook politieke aandacht te willen winnen! En daarmede roeren we ten aanzien van DS'70 al direkt één van de ge schilpunten aan die in de boezem van deze partij spelen. Waarschijnlijk niet het belangrijkste, want hoewel de poging van een deel van de bestuurs leden en van een deel van de Ka- merfralctie om die naam te verande ren mislukte, bleven zij nadien toch de partij nog trouw en hun werk er voor doen. De hoofdoorzaak van de scheuring ligt echter op zuiver politiek terrein. Enerzijds de groep, onder aanvoering van fraktieleider W. Drees jr., die uit wilde blijven gaan van het socialisme als grondgedachte voor de te voeren politiek, zij het dan een meer gema tigd socialisme als tegenhanger van de polariserende Nieuw-Links ge dachte in de PvdA. Anderzijds de groep van De Brauw en Berger, die streefde naar een hervormingsgezinde partij van het midden, meer links li beraal dan socialistisch. En deze groep vooral ook kon het niet te best vinden met partijleider dr. Drees jr., die wat star aan eigen ideeën blijft vasthouden en de soepelheid mist om door handig rangeren mensen met wat verschiden gedachten toch tot samenwerking te brengen. Eer er een groep van vier leden van een zesmansfraktie besluit om uit te treden, geen mogelijkheid meer ziet om tot samenwerking met de beide anderen te komen en bovendien niet voldoende steun vindt bij het partij bestuur, moet er natuurlijk al heeft wat gebeurd zijn. Want zo'n furuktie in en voor de partij, eens met veeil idealisme aangevat, hetgeen voor de betreffenden zeker geldt, geef je an ders niet zo maar op. Zowel D'66 als DS'70 zijn geboren uit de behoefte en met de bedoeling om hervormingen tot stand te brengen in het Nederlandse partijsysteem, uiteen gevoel van onvrede met wat er was en zoals dat werkte. Dit gold ook voor de Boerenpartij en eigenlijk voor al die kleine partijen die in de loop der jaren zijn opgestaan. En allen maken bij hun ontstaan een bloeiperiode door, om vervolgens weer af te sterven en welhaast in de vergetelheid te raken. Dat toont aan, dat het Nederlandse volk in wezen konservatief van instelling is, zich aan de vertrouwde vormen en dus ook partijen blijft toevertrouwen, het extreme, in welke kleur ook, blijft af wijzen, althans op de duur altijd weer terugkeert naar de bekende en grote politieke groeperingen. Vele jongeren kunnen dan wel schreeuwen om hervorming van de maatschappij, het bestaande politieke systeem wil len veranderen, doch dat zijn de uitingen in een jeugdige levensperio de, die met het klimmen der jaren suksessievelijk afnemen, waarna ook zij terugkeren tot wijzere en beza- vormen van politiek bedrijven. Omdat er altijd jeugd zal zijn en een aantal gefrusteerden plus lieden die zich willen doen gelden, zullen er al tijd weer pogingen zijn om in een demokratie als de onze nieuwe par tijen te stichten. Totaal onnuttig is dat bepaald niet, want oudere par tijen worden daardoor op tekortko mingen gewezen, worden er automa tisch door gedwongen tot vernieu wing en aanpassing van ideeën te komen, om de gunst van het kiezers volk te blijven behouden. Maar dat Nederlandse volk blijft in wezen een volk van het midden, nu eens wat linkser opgesteld, dan weer eens wat rechtser, maar altijd wars van het extreme en het liefst vertrouwend en voortbouwend op het eenmaal beken de patroon. Een voor nieuwe partijen eigenlijk niet zo gunstige grond om er voort durend voldoende voedsel in te vin den. Na een kortstondige bloei ver dorren ze stuk voor stuk weer tot nietige plantjes, die niet veel meer kunnen bijdragen tot verfaaiing van het politieke milieu. Eigenlijk vertroebelen ze dan alleen maar het uitzicht daarop. Ons politie ke stelsel zou natuurlijk veel effi ciënter werken als er een lriesdrem- pel bestond tegen al die verbrokke ling. Dat zou het idealisme voor her vorming en vernieuwing toch niet behoeven te doden? Dat kan net zo goed tot gelding gebracht worden in de grote pairtijen, die dat eigenlijk steeds broodnodig hebben. Een verar- ming van ons demokratisch stelsel zou dat zeker niet behoeven te bete kenen. Op zaterdag 15 maart a.s., aanvang 20 uur, zal het Regionaal Amersfoorts Jeugd Orkes iin hetkerkelijk centrum „De Brug" te Amersfoort een concert geven. Dirigent is de heer Qui van Woerdekom. Nap de Klijn, die dit jaar zijn gou den jubileum als violist viert, zal als solist optreden in het vioolconcert in g, opus 26 van Max Bruch. Verder staan op het programma werken van Boieldieu, Liodow en Kox. Kaarten voor dit concert zijn ver krijgbaar bij de Amersfloortse Cultu rele Raad, Zonnehof 8; bij de Mu ziekschool, Muurhuizen 1 en op za terdag 15 maart vanaf 19.30 uur aan de zaal.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1975 | | pagina 1