Gemeenteraad gaat in beroep tegen milieubelastingheffing voor Soesterberg CRM-kronkels met monumentenlijst Verplaatsing weekmarkt blijft ter discussie REIZEN naar het BUITENLAND? &C 'MM Gemeenteraadsvergadering van de Gemeentehof Lissone-Lindeman/Ruys I Soester Courant van donderdag 27 maart 1975 Dankzij het WD-raadslid Van Aalst gaat uitgezocht worden „tot in hoogste instantie" of de Soesterbergers nu terecht aangeslagen worden voor de milieubelasting. Men meent ten onrechte, omdat Soesterberg niet loost op „oppervlakte water". Het afvalwater komt via een riolering in een soort grote zinkput en bekend is, dat ondermeer in Soest, men vrijstelling van betaling kreeg indien men loosde in een eigen zinkput. Lozen op de gemeentelijke zinkput moet volgens de belastin gheffers betaald worden en wel met het zelfde bedrag als ieder ander in de provincie betaalt. De verdiensten van de heer Van Aalst zijn dat hij er de gemeente op attent maakte dat óók zij belasting betaalt voor de gemeentelijke gebouwen in Soesterberg; scholen, politiepost, brandweerkazerne e.d. Vorig jaar was de gemeente te laat om beroep aan te tekenen; nu door de heer Van Aalst op tijd. De burgemees ter had vorig jaar er over gesproken met gedeputeerde staten en naar haar mening was men daar wel be reid de kwestie door de rechter te laten uitzoeken. Dat gaat nu gebeuren „tot in hoogste instantie". Als de gemeente wint, krijgen de bewoners mogelijk geld terug, maar dan wel een gemeentelijke aanslag voor rioolbelasting, al is die lager dan de milieubelasting. De raad stond verder in het teken van het debat over een boerderij (Eigendomweg 107) die naar de me ning van onze vertegenwoordigers wel mooi was, maar beslist geen „monument". Alleen Jan Visser zag er meer in. Het CDA kreeg met algemene medewerking van de raad (en tegen de zin van het college in) de discussies over de weekmarkt èn het onderkomen van de Soesterbergse muziekvereninging, op een vroeger tijdstip. B. en w. wilden dat aan het slot van de vergadering doen, maar alle raadsleden, met uitzondering van de wethouders natuurlijk, steunden het CDA-verzoek. De markt-kwestie liet het CDA gedeeltelijk uit haar handen glippen. Het gaat erom of de markt te klein is omdat het plein niet meer kramen kan bevatten. Mevrouw van Siphout van de PvdA viel aan; naar haar mening bood de markt alles wat de huisvrouw maar wensen kon. De heer Oldenboom die het CDA stand punt verdedigde, vergat haar te vragen of, zoals hij gesteld had, haar ook gebleken was dat Soest duurder was dan de markten in de omtrek. Hij had haar mogelijk „kapitalistische verwijten" kunnen maken. Inmiddels was gebleken dat de desbetreffende wethouder toch wel aktief was geworden en daarvoor prees het CDA hem. Het CDA had ook opvallend veel goede woorden over voor wethouder Plomp, de wethouder van cultuur zaken, die zijn uiterste best gedaan had de muziekvereniging van Soesterberg uit de zalennood te helpen. Er zaten nogal wat planologische problemen aan vast, bleek nu, maar geprezen werd de wethouder omdat hij alsmaar bereid bleef om te praten. Mevrouw van Stiphout (PvdA) begreep niet waarom het CDA zo'n kwestie niet in de culturele commissie aan de orde stelde, maar terecht antwoordde de heer Van Poppelen (CDA) dat het meer om ruimtelijke ordening ging en verder dat iedere fractie toch zelf haar lijn wel mag bepalen. De PvdA-fracie had een moeilijke start doordat de heer De Wilde niet aanwezig was; met name mevrouw Van Gelder kreeg het moeilijk toen de burgemeester haar niet liet uitspreken, omdat zij buiten de orde praatte, maar dat was toch maar even. De fraktie had de zaak snel onder controle. De heer Van den Brakel (PvdA) stelde een leuke vraag over „het betalen van vrijwilligers". Wethouder De Haan loste dat op door te zeggen dat taken door vrijwilligers verricht worden (ze hoeven het niet maar doen het toch maar) en dat ze dan voor de werkzaamheden betaald worden. De heer Van Poppelen behoort nog een keer in het nieuws te komen omdat hij een helder en duidelijk betoog van de heer Blaauw van de VVD, betreffende de boerderij aan de Eigendomweg, steunde. Het bijzondere was, dat hij deze keer zei: „Ik zal niet in herhaling treden, dat is zonde van de tijd". Dat ge beurt anders heel dikwijls wel; iedere fraktie vertelt dan nogeens wat een ander al heeft gezegd. „Pra ten voor de tribune" noemen we dat en dat is „altijd zonde van de tijd". De tribune was overigens goed bezet; daarop bevonden zich ondermeer de oud-raadsleden de heren Detmar, Gerth en Levinga. Het had hem „ontroerd", zei de heer Levinga na afloop dat gepraat over vele „onroerende" zaken. Alles bij elkaar duurde de vergadering drie uren; een gedeelte werd bijgewoond door leerlingen van de lagere school De Wiekslag". Hen zal bijblijven, dat Jan Visser vóór het circus is en de burgemeester hooguit eens per jaar, want zo zal het wel overgekomen zijn. Circussen Er werden 12 ingekomen stukken be handeld. Het eerste was a. Brief van de Vereniging voor de belangen van Nederlandse Circussen inzake speelvergunningen en voor waarden met voorstel tot antwoorden overeenkomstig de ter inzage gelegde concept-brief. Het college stelde voor te antwoorden dat voor dit seizoen op 9 april een vergunning was verleend aan het cir cus Boltini en dat er voor meer cir cussen dit jaar geen plaats meer was „aangezien er op de door hen ge vraagde tijdstippen reeds andere acti viteiten gepland waren". Voor circussen wordt een pachtsom gevraagd van 200 gulden en een waarborgsom van 1000 gulden. Andere kosten werden niet in rekening gebracht. Jan Visser (P.S.) vond die pachtsom maar belachelijk, daar werd niemand beter van- Wel wilde hij een lijstje hebben van de „andere activiteiten" Dat wilde mevrouw J. Greefhorst- Van O verdam (CDA) ook. De burge meester somde er wat op; de kunst markt, de kermis en soms een sport gebeuren. Het probleem /at 'm in de data die andere circussen aanvroe gen. Visser werd er niet door overtuigd; die 200 gulden wilde hij geschrapt zien ook al omdat andere verenigin gen enz. subsidie kregen als ze wat gaan ondernemen. Namens hèm mocht de brief niet uit, maar dat gebeurt natuurlijk wel. b. Brief d.d. februari 1975 van het Bedrijfschap voor de Bosbouw en de Houtteelt, waarbij wordt verzocht bij de vaststelling van de verordening op de heffing van onroerend-goedbelas- tingen enige uitbreiding te geven aan de wettelijk verplichte vrijstellingen van bosgronden en natuurterreinen. Voorgesteld wordt te antwoorden dat, zodra de onroerend-goedbelasting aan de orde komt. aandacht aan de uit gesproken verlangens zal worden be steed. Conform besloten. c. Brief d.d. 5 februari 1975 van de Maatschappij tot Nut van 't Alge meen, afdeling Soest, met het ver zoek een „verloren" stukje grond in bruikleen af te staan om hierop een stukje wild, natuur te ontwerpen en te verzorgen met het voorstel deze brief in handen te stellen van burge meester en wethouders om advies. Conform besloten. d. Motie van de gemeenteraad van Gendt d.d. 23 januari 1975 inzake be kostiging van de schoolbegeleidings diensten met voorstel deze motie voor kennisgeving aan te nemen. Conform besloten. e. Brief d.d. 21 februari 1975 van di verse personen inzake personeel S.S.W., met het voorstel dit schrijven in handen te stellen van burgemees ter en wethouders om advies. Conform besloten. Mevrouw J. van Gelder-Cornelissen (PvdA) wilde voorstellen de onder handelingen ook te voeren met het georganiseerd overleg, maar zover was het nog niet vond de burgemeester. B. en w. hadden dat advies nog niet no dig in dit stadium. f. Brief d.d. 4 november 1974 van mevrouw W. C Otten-Monsees, Pias- weg 62 te Soest, waarin zij medede ling doet van <i« problemen die zul len rijzen bij de opheffing van de buslijn naar Hees, met het voorstel te antwoorden overeenkomstig de ter inzage gelegde ontwerp. Mevrouw Otten krijgt een andere brief dan door b. en w. voorgesteld. Daarom werd verzocht dwoor de heer D. Hoekstr (CDA). Jan Visser (PS) en mevrouw P. Oranje-Entink (WD). Naar hun mening was het antwoord wel erg summier. De heer Hoekstra vond het jammer dat het verzorgings flat Honsbergen in de wijk Klaar- water nu verstoken bleef van een busverbinding, al had hij er begrip voor dat gekozen was voor de oplos sing Hees en Overhees wel in een busroute op te nemen. Hoekstra vroeg bij de bushalte aan de Beukenlaan, nabij Wiardi Beckmanstraat, wel een abri te plaatsen. Mevrouw Oranje brak nog een lans voor een busroute naar Zonnegloren en betere aansluit- tijden voor reizigers die in Amers foort met de trein mee wilden. De abri was geen probleem meende wet houder Ebbers. Honsberg alsnog ln de route opnemen, zoals Visser gevraagd had. was niet mogelijk dacht hij. van wege dat tijdverlies én Zonnegloren was een probleem op zich, waarvoor hij zo gauw geen oplossing zag. Er gaat ln tedet geval een duidelijker! brief uit, vergezeld van een kaart) met route omschrijving. Suggesties j g. Brief d.d. 19 februari 1975 van burgemeester en wethouder van de gemeente Hoevelaken, waarbij wordt medegedeeld dat de motie van uw raad terzake van bevordering van de reginale samenwerking door de raad van de gemeente Hoevelaken voor kennisgeving is aangenomen, met het voorstel deze brief voor kennisgeving aan te nemen. Conform besloten. Mevrouw M. van Stiphout-Croonen- berg (PvdA) zei problemen te hebben met het bezoeken van de vergadering van Eemland, omdat zij niet altijd het standpunt van de gemeenteraad kende. „Hoe was dat te ondervan gen?", vroeg zij. Het probleem werd onderkend en de burgemeester vroeg de raad suggesties voor een oplossing in te dienen. h. Brief d.d. 23 februari 1975 van G I. Esendam en 2 anderen inzake ge bruik van een terrein aan de Van Lenneplaan met voorstel om deze brief in handen te stellen van burge meester en wethouders om advies. Conform besloten. Weekmarkt i. Brief d.d. 24 februari 1975 van de gemeenteraadsfractie van het C.D.A. inzake de weekmarkt, met het voor stel deze aangelegenheid te behande len aan het einde van de raadsverga dering. De 'behandeling werd met goedkeu ring van de raad niet uitgesteld. Er werd mondeling over gestemd, nadat de burgemeester duidelijk had ge maakt dat het haar niet zinde. dat de raad de door het college vastgestelde volgorde van behandeling, verstoorde. Met 20 tegen 3 werd toch aan de dis cussie begonnen. Namens het CDA verduidelijkte de heer G. Oldenboom het standpunt. De fractie had zich vooral gestoord aan de beantwoording van de vraag of het college bereid was te onderzoeken of de weekmarkt in Soest een grote re omvang moest krijgen en zo ja„ waar die markt dan gehouden moest worden. Het college antwoordde met: „voor uitbreiding van de markt biedt het marktterrein geen mogelijkhe den". Drs. G. Oldenboom De heer Oldenboom: „Een dergelijk antwoord wordt door het CDA niet op prys gesteld; althans niet vol doende geacht. Wij verwachten op serieus gestelde vragen een serieus en diepgaand antwoord". Hij zette daar na nog eens uiteen waar hel om ging. Het plein waar de markt gehouden werd was te klein; dat werkte selec tering in de hand van de standhou ders en die selectering gebeurde in overleg met de Amersfoortse afdeling van de ambulante handel. Dat waren de standhouders. Niet in deze zaak werden de consumenten gekend. De heer Oldenboom: „De bep;erkte omvang is nadelig, omdat hierdoor het belang van de consument wordt tekort gedaan. Immers bij het bepa len van de omvang en inrichting van een markt dienen in de eerste plaats de belangen van de consument, en dat is in dit geval de Soester bevol king, mee te spelen. Een gemeentebe stuur dat deze problematiek behan delt zoals u dat doet, faalt in dit op zicht. Immers wat schrijft u in uw antwoord wij hebben besloten de gesprekken over de verplaatsing niet te heropenen zolang daartoe geen ver zoek van de marktkooplieden ons heeft bereikt". Hij vond het een dub bele fout; passiviteit en alles laten afhangen van de markthandel. „Zou den niet juist de standhouders er be lang bij hebben dat de markt in Soest beperkt bleef", zo vroeg hij. Uit steek proeven was gebleken dat bijvoor beeld de groente op de markt in Soest zeker 10 duurder was dan op markten in omringende plaatsen. Hij wees er verder op dat er voor de standwerkers geen goede plaats was en dat uit verkeerstechnisch oogpunt verplaatsing ook noodzakelijk was. „In Soest is de markt geen daalder waard", besloot hij. Wethouder Ebbers was het er niet mee eens. De verkeersproblemen wa ren al gedeeltelijk opgelost met het aanbrengen van de beschermde voet gangersoversteekplaats. In een poli tierapport van 10 december 1968 stond overigens vermeld „dat de markt op een uitstekende plaats lag" al gaf het wel aanleiding enige opmerking te maken met betrekking tot de ver keersproblemen. Overleg was er ove rigens volop geweest met een grote groep en zo was er ook in 1970 op verzoek van de markthandel gespro ken over verplaatsing. Dat had uit eindelijk geresulteerd Ir» handhaving. wat plannen geweest en gemaakt, maar niets was doorgegaan. Lof had hij evenwel voor wethouder Plomp, die „in elk geval zijn uiterste best heeft gedaan om de zaak te redden. Wij zijn hem daar zeer erkentelijk voor", aldus de CDA-woordvoerder. De oplossing die nu aangedragen was, bouwen in combinatie met de Stich ting Jeugdzorg, was niet juist omdat het plan te duur was. er geen oplos sing kwam op korte termijn, temeer omdat de Stichting misschien op an dere wijze in haar huisvesting ging voorzien; het bestuur van de muziek vereniging de plannen voor de bouw bij Ie kerk al zo goed als rond had; de bouwkosten daar lager waren, veel werkzaamheden gratis verricht zou den worden, ook leveringen in natura om niet zouden geschieden. Inmiddels was er contact geweest met de wethouder en de heer Ver- heus sprak de hoop uit dat middels een postzegelplannetje (een klein be st emmingspl annet je) de muziekvereni ging met spoed geholpen zou worden. Wethouder Plomp behandelde daarna punts-gewijs de schriftelijke vragen van het CDA: Geruime tijd waren er al besprekin gen gevoerd, al had hij ze niet alle maal meegemaakt. En was ook voor zijn tijd al het een en ander behan deld. Of men toen accoord gegaan was met de plaats bij de kerk, kon hij niet zeggen. Wel was er van ge meentezijde meegewerkt aan het op stellen van een bouwplan. Juist was het dat conform het bestemmingsplan daar niet voor een muziekvereniging gebouwd mocht worden, maar dat was op 13 februari nog schriftelijk aan de vereniging meegedeeld. Omdat hij de besprekingen niet van het be gin af had bijgewoond, kon hij niet verklaren of men zich wel voldoende georiënteerd had. Hij had de indruk van wel. Dat er kostbare tijd ver loren was gegaan, vond hij ook wel, Bij die besprekingen was oók* een vertegenwoordiger van de consumen ten aanwezig geweest. Wel had men besloten de markt „op te peppen". De heer Ebbers wees er ook op, dat zeer recentelijk op een congres van de ambulante handel nadrukkelijk ge wezen was op het gevaar van ver plaatsing van markten. Belangrijk was ook dat bij verplaatsing van een markt de nabijgelegen winkelstand aanzienlijke verliezen zou lijden. Met de markthandel was afgesproken dat men t.z.t. het gesprek over verplaat sing nog eens zou hervatten en dat gesprek had inmiddels plaatsgevon den. Het ontging hem of de markt handel te Amersfoort uitbreiding van de Soestermarkt tegen zou gaan. Wel moest gesteld worden dat in Soest geen speciaal-markt gehouden kon worden, maar dat het een algemene markt moest zijn. Wat de resultaten van de nieuwe gesprekken zouden worden, kon wethouder Ebbers uiter aard nog niet vertellen. Wel wilde hij vast rekening houden met het ko mende centrum. De heer Oldenboom constateerde dat het toch maar nuttig was dat het CDA de vragen gesteld had; er was immers inmiddels weer gesproken. Hij zag daarom af van het indienen van een motie, waarin hot college uitge nodigd werd zijn passiviteit te laten varen. Verkeerstechnisch bleef de zaak evenwel moeilijk, dacht de heer Oldenboom. Omdat zijns inziens het nieuwe dorpscentrum toch niet haal baar zou zijn in 1976, vond hij dat er toch verplaatsing overwogen moest worden. Mevrouw M. van Stiphout-Croonen- ber (PvdA) meende dat de huisvrouw in Soest wel gelukkig was met de situatie. Zij althans wel; zij vond het een ideale plaats en zij had niets aan te merken. Wel gaf zij in overweging t.z.t. in Overhees bijvoorbeeld een extra markt te beginnen. Ir. M. A. van Ee (VVD) constateerde dat „de huisvrouw goed gesproken had"; de heer Van Poppelen (CDA) vond dat de mening van één huis vrouw er niet toe deed: „Wjj vragen de mening van de consument". Die mening vragen zou het houden van een enquête betekenen en daar was een extra krediet voor nodig, zo besloot wethouder Ebbers de discus sie, waarbij hij opmerkte dat de door mevrouw Van Stiphout gevraagde deelmarkt, door de markthandel als een nog grote gevaar gezien werd dan verplaatsing. Muziekvereniging „Het zal u niet verbazen dat onze fractie de hele gang van zaken rond de bouw van een oefenlokaal voor de muziekvereniging Soesterberg, in ho ge mate betreurt", zo begon de heer C. Verheus (CDA) zijn betoog, waarin h(j nader uiteenzette waarom het CDA vragen gesteld had. Naar zijn mening zouden er aan bei de kanten wel fouten gemaakt zijn, maar dat nam niet weg dat het ge meentebestuur in een veel eerder sta dium had moeten laten weten dat er op het terrein bij de R.K. Kerk te Soesterberg niet geboüwd mocht wor den. Hij wees op het feit dat wet houder De Haan, in 1973 bij het 40 jarig bestaan van de vereniging, had meegedeeld tijdens de receptie „dat de misère rond de oefengelegenheid nu spoedig tot het verleden zou be horen". Men had hem een applaus gegeven, maar de feiten spraken in middels wel anders. Er waren nogal "gezien de nood van de muziekvereni ging. Van een verplichting om nu met de Stichting Jeugdwerk mee te doen, was geen sprake, alhoewel de mu ziekvereniging zich wel bereid ver klaard had mee te doen. Dat dat niet de mening was van alle leden van de vereniging, naar later bleek, was jam mer en had ook weer vertragend ge werkt. Het was hem niet bekend dat nu weer wel gebouwd zou mogen worden op een perceel waar dat eerst verboden zou zijn. Bij het stijgen van de bouwkosten zette hij een vraagte ken omdat de vereniging zijn eigen inbreng zou hebben. ÉAsW C. Verheus Het grootste probleem was evenwel de vereniging alsnog te laten bouwen naast de kerk, omdat daar nogal wat obstakels te nemen waren. De ge meente zou dan bouwen op ander mans terrein; er zou een postzegel plannetje gemaakt moeten worden met daaraan verbonden een artikel 19-zaak. Het zou de snelheid niet ten goede komen, maar hjj bleef bereid tot praten. Daar was de heer Verheus natuurlijk blij mee al was zijn optimisme dat met artikel 19 snel gehandeld kon worden, nqgal voorbarig. De burge meester wees hem daar bij herhaling op. De heer Van Poppelen (CDA) infor meerde nog of de muziekvereniging dan mocht bouwen op het andere ter rein (Sterrenberg), maar dan los van de Stichting Jeugdwerk en dat bleek ook mogelijk. Nadat mevrouw Van Stiphout (PvdA) het CDA gewezen had op het bestaan van de culturele commissie, vestigde de heer W. Blaauw (VVD) de aan dacht op de konsekwenties voor ande re verenigingen, die ook huisvesting zoeken. Wethouder Plomp antwoordde hem dat het wat de financiën betrof slechts zou gaan om garanties, niet om sub sidies. Daarmee werd de discussie ge sloten. k. Brief van de heer M. J. Kranen burg, Plesmanstraat 7 te Soesterberg. omtrent onderhoud en afrastering van de groenstroken, gelegen voor de woningen aan de Plesmanstraat te Soesterberg, met het voorstel deze brief in handen te stellen van burge meester eh wethouder. Conform besloten. 1. Brief van de heer D. v. d. Wijden inzake betaling nota gasbedrijf met voorstel deze brief in handen te stel len van burgemeester en wethouders. Conform besloten. 3. Voorstel tot wijziging van het al gemeen ambtenarenreglement. Conform besloten. 4. Voorstel tot wijziging van de Be zoldigingsverordening 1971. Conform besloten. 5. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor het houden van een onderzoek naar hart- en vaat ziekten onder het gemeentepersoneel- Conform besloten. 6. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor het houden van een bevolkingsonderzoek naar long aandoeningen. Conform besloten. Op een vraag van mevrouw Greef- horst-Van Overdam (CDA) zei wet houder De Haan dat dit onderzoek ook in Soesterberg zou gehouden wor den. De Soesterbergers hoefden daar voor niet naar Soest te komen. H(j rekende wel af met het wqkraad- sp rook je dat het cervix-onderzoek ook best in Soesterberg gehouden zou kunnen worden. Daarvoor had men geen mobielcentrum zoals voor het longonderzoek. 7. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor het verbeteren van de luchttoevoer en ventilatie- afvoer in de keukens in gemeente woningen. Conform besloten. 8. Voorstel tot het verlenen van een éénmalig subsidie van 1.125,in de kosten van een opleidingscursus ten behoeve van de welfarehelpsters van de Stichting trDe Zonnebloem", afde ling Soest. Conform besloten. Monument 9. Voorstel tot het Indienen van be zwaren tegen het voornemen om het pand Eigendomweg 107 te plaatsen op de lijst met onroerende monumenten. Conform besloten. Aan de minister zal gevraagd worden de boerderij van de aanvullende lfjst af te voeren. Daarbij zal niet gewe zen worden op het feit dat de boer derij toekomstige plannen van de ge meente misschien in de weg zal staan. De heer W, Blaauw (WD) vond dat niet netjes, omdat de eigenaar van de boerderij het pand indertijd van de gemeente kocht en hem toen mee gedeeld was dat de boerderij ingepast zou worden in een toekomstig plan. „We konden de boerderij toen laten slopen voor 3000 gulden; als we straks willen slopen kost uitkopen ons een vermogen", aldus de heer Blaauw. Hij volgde enigszins de heer J. Visser (P.S.), die de boerderij wilde behou den en dat behoud het best gewaar borgd zag indien de monumentenlijst er aan te pas kwam. Visser was het geheel eens met de drie inwoners (v. d. Werf, Roos en Zweers) die de raad verzochten het voorstel van het colle ge niet over te nemen. Zover ging de heer Blaauw niet. Hij wilde de boerderij laten staan, dat ook vastgelegd zien, maar hij vond het pand niet zo'n historische waarde vertegenwoordigen dat het persé op de monumentenlijst moest. Mevrouw Van Stiphout (PvdA) en de heer Van Poppelen (CDA) sloten zich bij de opvatting van de heer Blaauw aan. De burgemeester zegde toen toe de zin over de toekomst te laten verval len. Zij wees op een raadselachtig standpunt van CRM, die jaar gele den de eigenaar had bericht dat hij niet in aanmerking kwam voor sub sidie (voor herstel van het rietendak) „omdat de monumentale waarde van het pand alsmede het landschappelijk belang hiervan, is niet zodanig dat een dergelijke subsidie hierdoor ge rechtvaardig zou kunnen worden". Nu weer wel, dat noemde ze „CRM- kronkels". Overigens was ze het met iedereen, behalve Jan Visser, eens dat het een aardig huis was, maar dat het niet op de monumentenlijst thuis hoorde. Jan Visser bleef tegen; hij houdt vertrouwen in CRM. 10. Voorstel tot verhoging van het maximum krediet in rekening-cou rant, bij de N.V. Bank voor Neder- landsche Gemeenten. Conform besloten. 11. Voorstel tot wijziging van de Ver ordening rechten ziekenvervoer. Conform besloten. Het ziekenvervoer wordt 50 °/o duur der. Volledige dekking van de koster» vindt dan nog niet plaats, al zijn de verliezen dan miniem. De heer J. van den Brakel (PvdA) stelde zijn vraag over de betaalde- vrijwilligers en de wethouder redde zich daar uitstekend uit, waarschijn lijk tot verbazing van Van den Bra kel. P.V.O. 12. Voorstel tot het garanderen van rente en aflossing van een door de Muziekvereniging P.V.O. aan te gane geldlening. Conform besloten. Mevrouw Van Stiphout (PvdA) wilde medewerking van PVO bjj zalenver- huur in het nieuwe gebouw aan de leerlingen van de muziekschool. Het bleek dat ze het allemaal verkeerd gelezen had. Er was geen sprake van verhuur van zalen door PVO. PVO zou geld besparen doordat de vereni ging zelf geen zalen meer hoefde te huren. „Als het niet zo was", zo vond wethouder Plomp, „dan was het nog een zaak, die alleen PVO aanging". 13. Voorstel tot overdracht van be voegdheden van de raad aan burge meester en wethouders (artikelen 173, 177 en 212 van de Gemeentewet). Conform besloten. Op voorstel van mevrouw E. Kort- huis-Elion (VVD) werd het bedrag van de delegatie teruggebracht van 10.000 gulden op 5000 gulden. Zij voorzag problemen en verzocht ook de commissie sociale zaken in te schakelen. 14. Voorstel tot het verlenen van medewerking ex artikel 72 van de Lager-onderwijswet 1920 aan het be stuur van de Vereniging voor Chris telijk Nationaal Onderwijs te Soes terberg ten behoeve van de aanschaf van een leesmethode. Conform besloten. 15. Voorstel tot aankoop van twee percelen grond nabij het Monniken bos te Soest van de R.K. Parochie van de Heiligen Petrus en Paulus te Soest. Conform besloten. Voor al uw reserveringen STEENHOFFSTRAAT 9a. rfgZfr, TELEFOON 16571 en 14905 ^§£7 (Een allround reisbureau) Wethouder G. Plomp 16. Voorstel tot verkoop van een per ceeltje grond in het bestemmingsplan Steenberghe I aan de P.U.E.M. voor de bouw van een transformator- station. Conform besloten. 17. Voorstel tot het aangaan van een overeenkomst van grondruildng aan de Kerkstraat hoek Eemsfcraat met de heer A, C. van Ee, Conform besloten. Dansschool 18. Voorstel tot verkoop van grond aan de Weegbreestraat aan de heer W. Slingerland voor de bouw van een dansstudio met woning. Conform besloten. Het schriftelijk verzoek van de ver eniging De Soester Gemeenschap kon niet voorkomen dat de raad in meer derheid besloot de heer Slingerland aan de bouwgrond te helpen. Er werd mondeling over gestemd; Visser en de dames Van Stiphout en Van Gel der (beiden van de PvdA) waren te gen. Mevrouw Van Stiphout zei de visie van b. en w. te missen op een wijk- voorziening in het Smitsveen. Grieze lig was het daarom dit stukje grond, dat nog mogelijkheden daarvoor bood, nu te verkopen. De prijs was haar» inziens te laag. Volgens Visser (P.S.) schreeuwde de wijk om een voorziening, maar wet houder De Haan zei „die schreeuw" althans van de wijkbewoners, niet gehoord te hebben. Als Visser dansen elitair vond, dan vond de wethouder de opmerking van Visser elitair „want wij hebben er geen barst mee te maken wat ze met die dansschool uitvoeren". Overigens gaf de wethouder toe dat er mogelijk in de beginfase wel eens een foutje gemaakt zou kunnen zijn met de op zet van de wijk. De wijk had toch nog wel wat met Kinderboerderij, De Open Hof en de zaal van het Medisch Centrum. Evenwel zou in Overhees de zaak anders aangepakt worden (plannen werden gemaakt) en daar zou Smitsveen dan ook weer van kunnen mee profiteren. Mevrouw Van Stiphout en Visser had den het uiteraard moeilijk met de be weringen van wethouder De Haan, maar die kreeg steun van mevrouw Korthuis (WD) die ook dacht dat de bewoners zelf in de eerste plaats ken baar moesten maken wat er ontbrak. „Als wij het gaan doen, lukt het nooit". Er werd over gestemd en het voorstel haalde met vlag en wimpel de eindstreep. 19. Voorstel tot verpachting voor kor te duur van enige grond aan diverse personen. Conform besloten. G. van Aalst (VVD) Milieubelasting Tot slot werd de brief van de heel G. van Aalst (VVD) behandeld, waar in h(j de raad voorstelt te protesteren tegen de aanslagen die aan de ge meente zijn opgelegd voor de ge meentelijke gebouwen te Soesterberg. Iedereen was het daar roerend mee eens. Ook de heer Verheus (CDA) die opmerkte dat hij als bestuurslid van een christelijke school vorig jaar reeds geprotesteerd had. Dat beroep was verworpen, zodat hij nu niet zo heel veel hoop had. Van belang vond men het echter dat de gemeente ging procederen; deze geldkostende bezigheid kan menig burger zich niet permiteren. De heer Van Poppelen (CDA) wilde de deurwaarders niet meer in Soes terberg laten komen, die nu bezig waren de belasting alsnog geïnd te krijgen en de heer Van Aalst vroeg zijn collega-raadsleden ook hun geest verwanten in provinciale staten voor de Soesterbergse problemen warm te maken. Ook daar bleek men voor te voelen.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1975 | | pagina 13