Gemeenteraad gaat in beroep
tegen milieubelastingheffing voor Soesterberg
CRM-kronkels met monumentenlijst
Verplaatsing weekmarkt blijft ter discussie
REIZEN naar het
BUITENLAND?
&C
'MM
Gemeenteraadsvergadering
van de Gemeentehof
Lissone-Lindeman/Ruys
I
Soester Courant van donderdag 27 maart 1975
Dankzij het WD-raadslid Van Aalst gaat uitgezocht worden „tot in hoogste instantie" of de Soesterbergers
nu terecht aangeslagen worden voor de milieubelasting. Men meent ten onrechte, omdat Soesterberg niet
loost op „oppervlakte water". Het afvalwater komt via een riolering in een soort grote zinkput en bekend is,
dat ondermeer in Soest, men vrijstelling van betaling kreeg indien men loosde in een eigen zinkput. Lozen
op de gemeentelijke zinkput moet volgens de belastin gheffers betaald worden en wel met het zelfde bedrag
als ieder ander in de provincie betaalt.
De verdiensten van de heer Van Aalst zijn dat hij er de gemeente op attent maakte dat óók zij belasting
betaalt voor de gemeentelijke gebouwen in Soesterberg; scholen, politiepost, brandweerkazerne e.d. Vorig
jaar was de gemeente te laat om beroep aan te tekenen; nu door de heer Van Aalst op tijd. De burgemees
ter had vorig jaar er over gesproken met gedeputeerde staten en naar haar mening was men daar wel be
reid de kwestie door de rechter te laten uitzoeken. Dat gaat nu gebeuren „tot in hoogste instantie". Als de
gemeente wint, krijgen de bewoners mogelijk geld terug, maar dan wel een gemeentelijke aanslag voor
rioolbelasting, al is die lager dan de milieubelasting.
De raad stond verder in het teken van het debat over een boerderij (Eigendomweg 107) die naar de me
ning van onze vertegenwoordigers wel mooi was, maar beslist geen „monument". Alleen Jan Visser zag er
meer in.
Het CDA kreeg met algemene medewerking van de raad (en tegen de zin van het college in) de discussies
over de weekmarkt èn het onderkomen van de Soesterbergse muziekvereninging, op een vroeger tijdstip.
B. en w. wilden dat aan het slot van de vergadering doen, maar alle raadsleden, met uitzondering van de
wethouders natuurlijk, steunden het CDA-verzoek.
De markt-kwestie liet het CDA gedeeltelijk uit haar handen glippen. Het gaat erom of de markt te klein is
omdat het plein niet meer kramen kan bevatten. Mevrouw van Siphout van de PvdA viel aan; naar haar
mening bood de markt alles wat de huisvrouw maar wensen kon. De heer Oldenboom die het CDA stand
punt verdedigde, vergat haar te vragen of, zoals hij gesteld had, haar ook gebleken was dat Soest duurder
was dan de markten in de omtrek. Hij had haar mogelijk „kapitalistische verwijten" kunnen maken. Inmiddels
was gebleken dat de desbetreffende wethouder toch wel aktief was geworden en daarvoor prees het CDA
hem.
Het CDA had ook opvallend veel goede woorden over voor wethouder Plomp, de wethouder van cultuur
zaken, die zijn uiterste best gedaan had de muziekvereniging van Soesterberg uit de zalennood te helpen.
Er zaten nogal wat planologische problemen aan vast, bleek nu, maar geprezen werd de wethouder omdat
hij alsmaar bereid bleef om te praten.
Mevrouw van Stiphout (PvdA) begreep niet waarom het CDA zo'n kwestie niet in de culturele commissie
aan de orde stelde, maar terecht antwoordde de heer Van Poppelen (CDA) dat het meer om ruimtelijke
ordening ging en verder dat iedere fractie toch zelf haar lijn wel mag bepalen.
De PvdA-fracie had een moeilijke start doordat de heer De Wilde niet aanwezig was; met name mevrouw
Van Gelder kreeg het moeilijk toen de burgemeester haar niet liet uitspreken, omdat zij buiten de orde
praatte, maar dat was toch maar even. De fraktie had de zaak snel onder controle. De heer Van den Brakel
(PvdA) stelde een leuke vraag over „het betalen van vrijwilligers". Wethouder De Haan loste dat op door
te zeggen dat taken door vrijwilligers verricht worden (ze hoeven het niet maar doen het toch maar) en dat
ze dan voor de werkzaamheden betaald worden.
De heer Van Poppelen behoort nog een keer in het nieuws te komen omdat hij een helder en duidelijk
betoog van de heer Blaauw van de VVD, betreffende de boerderij aan de Eigendomweg, steunde. Het
bijzondere was, dat hij deze keer zei: „Ik zal niet in herhaling treden, dat is zonde van de tijd". Dat ge
beurt anders heel dikwijls wel; iedere fraktie vertelt dan nogeens wat een ander al heeft gezegd. „Pra
ten voor de tribune" noemen we dat en dat is „altijd zonde van de tijd". De tribune was overigens goed
bezet; daarop bevonden zich ondermeer de oud-raadsleden de heren Detmar, Gerth en Levinga. Het
had hem „ontroerd", zei de heer Levinga na afloop dat gepraat over vele „onroerende" zaken.
Alles bij elkaar duurde de vergadering drie uren; een gedeelte werd bijgewoond door leerlingen van de
lagere school De Wiekslag". Hen zal bijblijven, dat Jan Visser vóór het circus is en de burgemeester
hooguit eens per jaar, want zo zal het wel overgekomen zijn.
Circussen
Er werden 12 ingekomen stukken be
handeld. Het eerste was
a. Brief van de Vereniging voor de
belangen van Nederlandse Circussen
inzake speelvergunningen en voor
waarden met voorstel tot antwoorden
overeenkomstig de ter inzage gelegde
concept-brief.
Het college stelde voor te antwoorden
dat voor dit seizoen op 9 april een
vergunning was verleend aan het cir
cus Boltini en dat er voor meer cir
cussen dit jaar geen plaats meer was
„aangezien er op de door hen ge
vraagde tijdstippen reeds andere acti
viteiten gepland waren". Voor circussen
wordt een pachtsom gevraagd van 200
gulden en een waarborgsom van 1000
gulden. Andere kosten werden niet in
rekening gebracht.
Jan Visser (P.S.) vond die pachtsom
maar belachelijk, daar werd niemand
beter van- Wel wilde hij een lijstje
hebben van de „andere activiteiten"
Dat wilde mevrouw J. Greefhorst-
Van O verdam (CDA) ook. De burge
meester somde er wat op; de kunst
markt, de kermis en soms een sport
gebeuren. Het probleem /at 'm in de
data die andere circussen aanvroe
gen.
Visser werd er niet door overtuigd;
die 200 gulden wilde hij geschrapt
zien ook al omdat andere verenigin
gen enz. subsidie kregen als ze wat
gaan ondernemen. Namens hèm mocht
de brief niet uit, maar dat gebeurt
natuurlijk wel.
b. Brief d.d. februari 1975 van het
Bedrijfschap voor de Bosbouw en de
Houtteelt, waarbij wordt verzocht bij
de vaststelling van de verordening op
de heffing van onroerend-goedbelas-
tingen enige uitbreiding te geven aan
de wettelijk verplichte vrijstellingen
van bosgronden en natuurterreinen.
Voorgesteld wordt te antwoorden dat,
zodra de onroerend-goedbelasting aan
de orde komt. aandacht aan de uit
gesproken verlangens zal worden be
steed.
Conform besloten.
c. Brief d.d. 5 februari 1975 van de
Maatschappij tot Nut van 't Alge
meen, afdeling Soest, met het ver
zoek een „verloren" stukje grond in
bruikleen af te staan om hierop een
stukje wild, natuur te ontwerpen en
te verzorgen met het voorstel deze
brief in handen te stellen van burge
meester en wethouders om advies.
Conform besloten.
d. Motie van de gemeenteraad van
Gendt d.d. 23 januari 1975 inzake be
kostiging van de schoolbegeleidings
diensten met voorstel deze motie voor
kennisgeving aan te nemen.
Conform besloten.
e. Brief d.d. 21 februari 1975 van di
verse personen inzake personeel
S.S.W., met het voorstel dit schrijven
in handen te stellen van burgemees
ter en wethouders om advies.
Conform besloten.
Mevrouw J. van Gelder-Cornelissen
(PvdA) wilde voorstellen de onder
handelingen ook te voeren met het
georganiseerd overleg, maar zover was
het nog niet vond de burgemeester. B.
en w. hadden dat advies nog niet no
dig in dit stadium.
f. Brief d.d. 4 november 1974 van
mevrouw W. C Otten-Monsees, Pias-
weg 62 te Soest, waarin zij medede
ling doet van <i« problemen die zul
len rijzen bij de opheffing van de
buslijn naar Hees, met het voorstel
te antwoorden overeenkomstig de
ter inzage gelegde ontwerp.
Mevrouw Otten krijgt een andere
brief dan door b. en w. voorgesteld.
Daarom werd verzocht dwoor de heer
D. Hoekstr (CDA). Jan Visser (PS) en
mevrouw P. Oranje-Entink (WD).
Naar hun mening was het antwoord
wel erg summier. De heer Hoekstra
vond het jammer dat het verzorgings
flat Honsbergen in de wijk Klaar-
water nu verstoken bleef van een
busverbinding, al had hij er begrip
voor dat gekozen was voor de oplos
sing Hees en Overhees wel in een
busroute op te nemen. Hoekstra vroeg
bij de bushalte aan de Beukenlaan,
nabij Wiardi Beckmanstraat, wel een
abri te plaatsen. Mevrouw Oranje
brak nog een lans voor een busroute
naar Zonnegloren en betere aansluit-
tijden voor reizigers die in Amers
foort met de trein mee wilden.
De abri was geen probleem meende wet
houder Ebbers. Honsberg alsnog ln de
route opnemen, zoals Visser gevraagd
had. was niet mogelijk dacht hij. van
wege dat tijdverlies én Zonnegloren
was een probleem op zich, waarvoor
hij zo gauw geen oplossing zag.
Er gaat ln tedet geval een duidelijker!
brief uit, vergezeld van een kaart)
met route omschrijving.
Suggesties j
g. Brief d.d. 19 februari 1975 van
burgemeester en wethouder van de
gemeente Hoevelaken, waarbij wordt
medegedeeld dat de motie van uw
raad terzake van bevordering van de
reginale samenwerking door de raad
van de gemeente Hoevelaken voor
kennisgeving is aangenomen, met het
voorstel deze brief voor kennisgeving
aan te nemen.
Conform besloten.
Mevrouw M. van Stiphout-Croonen-
berg (PvdA) zei problemen te hebben
met het bezoeken van de vergadering
van Eemland, omdat zij niet altijd
het standpunt van de gemeenteraad
kende. „Hoe was dat te ondervan
gen?", vroeg zij. Het probleem werd
onderkend en de burgemeester vroeg
de raad suggesties voor een oplossing
in te dienen.
h. Brief d.d. 23 februari 1975 van G
I. Esendam en 2 anderen inzake ge
bruik van een terrein aan de Van
Lenneplaan met voorstel om deze
brief in handen te stellen van burge
meester en wethouders om advies.
Conform besloten.
Weekmarkt
i. Brief d.d. 24 februari 1975 van de
gemeenteraadsfractie van het C.D.A.
inzake de weekmarkt, met het voor
stel deze aangelegenheid te behande
len aan het einde van de raadsverga
dering.
De 'behandeling werd met goedkeu
ring van de raad niet uitgesteld. Er
werd mondeling over gestemd, nadat
de burgemeester duidelijk had ge
maakt dat het haar niet zinde. dat de
raad de door het college vastgestelde
volgorde van behandeling, verstoorde.
Met 20 tegen 3 werd toch aan de dis
cussie begonnen.
Namens het CDA verduidelijkte de
heer G. Oldenboom het standpunt. De
fractie had zich vooral gestoord aan
de beantwoording van de vraag of
het college bereid was te onderzoeken
of de weekmarkt in Soest een grote
re omvang moest krijgen en zo ja„
waar die markt dan gehouden moest
worden. Het college antwoordde met:
„voor uitbreiding van de markt biedt
het marktterrein geen mogelijkhe
den".
Drs. G. Oldenboom
De heer Oldenboom: „Een dergelijk
antwoord wordt door het CDA niet
op prys gesteld; althans niet vol
doende geacht. Wij verwachten op
serieus gestelde vragen een serieus en
diepgaand antwoord". Hij zette daar
na nog eens uiteen waar hel om ging.
Het plein waar de markt gehouden
werd was te klein; dat werkte selec
tering in de hand van de standhou
ders en die selectering gebeurde in
overleg met de Amersfoortse afdeling
van de ambulante handel. Dat waren
de standhouders. Niet in deze zaak
werden de consumenten gekend.
De heer Oldenboom: „De bep;erkte
omvang is nadelig, omdat hierdoor
het belang van de consument wordt
tekort gedaan. Immers bij het bepa
len van de omvang en inrichting van
een markt dienen in de eerste plaats
de belangen van de consument, en
dat is in dit geval de Soester bevol
king, mee te spelen. Een gemeentebe
stuur dat deze problematiek behan
delt zoals u dat doet, faalt in dit op
zicht. Immers wat schrijft u in uw
antwoord wij hebben besloten de
gesprekken over de verplaatsing niet
te heropenen zolang daartoe geen ver
zoek van de marktkooplieden ons
heeft bereikt". Hij vond het een dub
bele fout; passiviteit en alles laten
afhangen van de markthandel. „Zou
den niet juist de standhouders er be
lang bij hebben dat de markt in Soest
beperkt bleef", zo vroeg hij. Uit steek
proeven was gebleken dat bijvoor
beeld de groente op de markt in
Soest zeker 10 duurder was dan op
markten in omringende plaatsen. Hij
wees er verder op dat er voor de
standwerkers geen goede plaats was
en dat uit verkeerstechnisch oogpunt
verplaatsing ook noodzakelijk was.
„In Soest is de markt geen daalder
waard", besloot hij.
Wethouder Ebbers was het er niet
mee eens. De verkeersproblemen wa
ren al gedeeltelijk opgelost met het
aanbrengen van de beschermde voet
gangersoversteekplaats. In een poli
tierapport van 10 december 1968 stond
overigens vermeld „dat de markt op
een uitstekende plaats lag" al gaf het
wel aanleiding enige opmerking te
maken met betrekking tot de ver
keersproblemen. Overleg was er ove
rigens volop geweest met een grote
groep en zo was er ook in 1970 op
verzoek van de markthandel gespro
ken over verplaatsing. Dat had uit
eindelijk geresulteerd Ir» handhaving.
wat plannen geweest en gemaakt,
maar niets was doorgegaan. Lof had
hij evenwel voor wethouder Plomp,
die „in elk geval zijn uiterste best
heeft gedaan om de zaak te redden.
Wij zijn hem daar zeer erkentelijk
voor", aldus de CDA-woordvoerder.
De oplossing die nu aangedragen was,
bouwen in combinatie met de Stich
ting Jeugdzorg, was niet juist omdat
het plan te duur was. er geen oplos
sing kwam op korte termijn, temeer
omdat de Stichting misschien op an
dere wijze in haar huisvesting ging
voorzien; het bestuur van de muziek
vereniging de plannen voor de bouw
bij Ie kerk al zo goed als rond had;
de bouwkosten daar lager waren, veel
werkzaamheden gratis verricht zou
den worden, ook leveringen in natura
om niet zouden geschieden.
Inmiddels was er contact geweest
met de wethouder en de heer Ver-
heus sprak de hoop uit dat middels
een postzegelplannetje (een klein be
st emmingspl annet je) de muziekvereni
ging met spoed geholpen zou worden.
Wethouder Plomp behandelde daarna
punts-gewijs de schriftelijke vragen
van het CDA:
Geruime tijd waren er al besprekin
gen gevoerd, al had hij ze niet alle
maal meegemaakt. En was ook voor
zijn tijd al het een en ander behan
deld. Of men toen accoord gegaan
was met de plaats bij de kerk, kon
hij niet zeggen. Wel was er van ge
meentezijde meegewerkt aan het op
stellen van een bouwplan. Juist was
het dat conform het bestemmingsplan
daar niet voor een muziekvereniging
gebouwd mocht worden, maar dat
was op 13 februari nog schriftelijk
aan de vereniging meegedeeld. Omdat
hij de besprekingen niet van het be
gin af had bijgewoond, kon hij niet
verklaren of men zich wel voldoende
georiënteerd had. Hij had de indruk
van wel. Dat er kostbare tijd ver
loren was gegaan, vond hij ook wel,
Bij die besprekingen was oók* een
vertegenwoordiger van de consumen
ten aanwezig geweest. Wel had men
besloten de markt „op te peppen". De
heer Ebbers wees er ook op, dat zeer
recentelijk op een congres van de
ambulante handel nadrukkelijk ge
wezen was op het gevaar van ver
plaatsing van markten. Belangrijk was
ook dat bij verplaatsing van een
markt de nabijgelegen winkelstand
aanzienlijke verliezen zou lijden. Met
de markthandel was afgesproken dat
men t.z.t. het gesprek over verplaat
sing nog eens zou hervatten en dat
gesprek had inmiddels plaatsgevon
den. Het ontging hem of de markt
handel te Amersfoort uitbreiding van
de Soestermarkt tegen zou gaan. Wel
moest gesteld worden dat in Soest
geen speciaal-markt gehouden kon
worden, maar dat het een algemene
markt moest zijn. Wat de resultaten
van de nieuwe gesprekken zouden
worden, kon wethouder Ebbers uiter
aard nog niet vertellen. Wel wilde hij
vast rekening houden met het ko
mende centrum.
De heer Oldenboom constateerde dat
het toch maar nuttig was dat het
CDA de vragen gesteld had; er was
immers inmiddels weer gesproken. Hij
zag daarom af van het indienen van
een motie, waarin hot college uitge
nodigd werd zijn passiviteit te laten
varen. Verkeerstechnisch bleef de
zaak evenwel moeilijk, dacht de heer
Oldenboom. Omdat zijns inziens het
nieuwe dorpscentrum toch niet haal
baar zou zijn in 1976, vond hij dat er
toch verplaatsing overwogen moest
worden.
Mevrouw M. van Stiphout-Croonen-
ber (PvdA) meende dat de huisvrouw
in Soest wel gelukkig was met de
situatie. Zij althans wel; zij vond het
een ideale plaats en zij had niets aan
te merken. Wel gaf zij in overweging
t.z.t. in Overhees bijvoorbeeld een
extra markt te beginnen.
Ir. M. A. van Ee (VVD) constateerde
dat „de huisvrouw goed gesproken
had"; de heer Van Poppelen (CDA)
vond dat de mening van één huis
vrouw er niet toe deed: „Wjj vragen
de mening van de consument".
Die mening vragen zou het houden
van een enquête betekenen en daar
was een extra krediet voor nodig, zo
besloot wethouder Ebbers de discus
sie, waarbij hij opmerkte dat de door
mevrouw Van Stiphout gevraagde
deelmarkt, door de markthandel als
een nog grote gevaar gezien werd
dan verplaatsing.
Muziekvereniging
„Het zal u niet verbazen dat onze
fractie de hele gang van zaken rond
de bouw van een oefenlokaal voor de
muziekvereniging Soesterberg, in ho
ge mate betreurt", zo begon de heer
C. Verheus (CDA) zijn betoog, waarin
h(j nader uiteenzette waarom het
CDA vragen gesteld had.
Naar zijn mening zouden er aan bei
de kanten wel fouten gemaakt zijn,
maar dat nam niet weg dat het ge
meentebestuur in een veel eerder sta
dium had moeten laten weten dat er
op het terrein bij de R.K. Kerk te
Soesterberg niet geboüwd mocht wor
den. Hij wees op het feit dat wet
houder De Haan, in 1973 bij het 40
jarig bestaan van de vereniging, had
meegedeeld tijdens de receptie „dat
de misère rond de oefengelegenheid
nu spoedig tot het verleden zou be
horen". Men had hem een applaus
gegeven, maar de feiten spraken in
middels wel anders. Er waren nogal
"gezien de nood van de muziekvereni
ging. Van een verplichting om nu met
de Stichting Jeugdwerk mee te doen,
was geen sprake, alhoewel de mu
ziekvereniging zich wel bereid ver
klaard had mee te doen. Dat dat niet
de mening was van alle leden van de
vereniging, naar later bleek, was jam
mer en had ook weer vertragend ge
werkt. Het was hem niet bekend dat
nu weer wel gebouwd zou mogen
worden op een perceel waar dat eerst
verboden zou zijn. Bij het stijgen van
de bouwkosten zette hij een vraagte
ken omdat de vereniging zijn eigen
inbreng zou hebben.
ÉAsW
C. Verheus
Het grootste probleem was evenwel
de vereniging alsnog te laten bouwen
naast de kerk, omdat daar nogal wat
obstakels te nemen waren. De ge
meente zou dan bouwen op ander
mans terrein; er zou een postzegel
plannetje gemaakt moeten worden
met daaraan verbonden een artikel
19-zaak. Het zou de snelheid niet ten
goede komen, maar hjj bleef bereid
tot praten.
Daar was de heer Verheus natuurlijk
blij mee al was zijn optimisme dat
met artikel 19 snel gehandeld kon
worden, nqgal voorbarig. De burge
meester wees hem daar bij herhaling
op.
De heer Van Poppelen (CDA) infor
meerde nog of de muziekvereniging
dan mocht bouwen op het andere ter
rein (Sterrenberg), maar dan los van
de Stichting Jeugdwerk en dat bleek
ook mogelijk.
Nadat mevrouw Van Stiphout (PvdA)
het CDA gewezen had op het bestaan
van de culturele commissie, vestigde
de heer W. Blaauw (VVD) de aan
dacht op de konsekwenties voor ande
re verenigingen, die ook huisvesting
zoeken.
Wethouder Plomp antwoordde hem
dat het wat de financiën betrof slechts
zou gaan om garanties, niet om sub
sidies. Daarmee werd de discussie ge
sloten.
k. Brief van de heer M. J. Kranen
burg, Plesmanstraat 7 te Soesterberg.
omtrent onderhoud en afrastering
van de groenstroken, gelegen voor de
woningen aan de Plesmanstraat te
Soesterberg, met het voorstel deze
brief in handen te stellen van burge
meester eh wethouder.
Conform besloten.
1. Brief van de heer D. v. d. Wijden
inzake betaling nota gasbedrijf met
voorstel deze brief in handen te stel
len van burgemeester en wethouders.
Conform besloten.
3. Voorstel tot wijziging van het al
gemeen ambtenarenreglement.
Conform besloten.
4. Voorstel tot wijziging van de Be
zoldigingsverordening 1971.
Conform besloten.
5. Voorstel tot het beschikbaar stellen
van een krediet voor het houden van
een onderzoek naar hart- en vaat
ziekten onder het gemeentepersoneel-
Conform besloten.
6. Voorstel tot het beschikbaar stellen
van een krediet voor het houden van
een bevolkingsonderzoek naar long
aandoeningen.
Conform besloten.
Op een vraag van mevrouw Greef-
horst-Van Overdam (CDA) zei wet
houder De Haan dat dit onderzoek
ook in Soesterberg zou gehouden wor
den. De Soesterbergers hoefden daar
voor niet naar Soest te komen.
H(j rekende wel af met het wqkraad-
sp rook je dat het cervix-onderzoek
ook best in Soesterberg gehouden zou
kunnen worden. Daarvoor had men
geen mobielcentrum zoals voor het
longonderzoek.
7. Voorstel tot het beschikbaar stellen
van een krediet voor het verbeteren
van de luchttoevoer en ventilatie-
afvoer in de keukens in gemeente
woningen.
Conform besloten.
8. Voorstel tot het verlenen van een
éénmalig subsidie van 1.125,in de
kosten van een opleidingscursus ten
behoeve van de welfarehelpsters van
de Stichting trDe Zonnebloem", afde
ling Soest.
Conform besloten.
Monument
9. Voorstel tot het Indienen van be
zwaren tegen het voornemen om het
pand Eigendomweg 107 te plaatsen op
de lijst met onroerende monumenten.
Conform besloten.
Aan de minister zal gevraagd worden
de boerderij van de aanvullende lfjst
af te voeren. Daarbij zal niet gewe
zen worden op het feit dat de boer
derij toekomstige plannen van de ge
meente misschien in de weg zal staan.
De heer W, Blaauw (WD) vond dat
niet netjes, omdat de eigenaar van
de boerderij het pand indertijd van
de gemeente kocht en hem toen mee
gedeeld was dat de boerderij ingepast
zou worden in een toekomstig plan.
„We konden de boerderij toen laten
slopen voor 3000 gulden; als we straks
willen slopen kost uitkopen ons een
vermogen", aldus de heer Blaauw. Hij
volgde enigszins de heer J. Visser
(P.S.), die de boerderij wilde behou
den en dat behoud het best gewaar
borgd zag indien de monumentenlijst
er aan te pas kwam. Visser was het
geheel eens met de drie inwoners (v.
d. Werf, Roos en Zweers) die de raad
verzochten het voorstel van het colle
ge niet over te nemen.
Zover ging de heer Blaauw niet. Hij
wilde de boerderij laten staan, dat
ook vastgelegd zien, maar hij vond
het pand niet zo'n historische waarde
vertegenwoordigen dat het persé op
de monumentenlijst moest.
Mevrouw Van Stiphout (PvdA) en de
heer Van Poppelen (CDA) sloten zich
bij de opvatting van de heer Blaauw
aan.
De burgemeester zegde toen toe de
zin over de toekomst te laten verval
len. Zij wees op een raadselachtig
standpunt van CRM, die jaar gele
den de eigenaar had bericht dat hij
niet in aanmerking kwam voor sub
sidie (voor herstel van het rietendak)
„omdat de monumentale waarde van
het pand alsmede het landschappelijk
belang hiervan, is niet zodanig dat
een dergelijke subsidie hierdoor ge
rechtvaardig zou kunnen worden". Nu
weer wel, dat noemde ze „CRM-
kronkels". Overigens was ze het met
iedereen, behalve Jan Visser, eens dat
het een aardig huis was, maar dat
het niet op de monumentenlijst thuis
hoorde. Jan Visser bleef tegen; hij
houdt vertrouwen in CRM.
10. Voorstel tot verhoging van het
maximum krediet in rekening-cou
rant, bij de N.V. Bank voor Neder-
landsche Gemeenten.
Conform besloten.
11. Voorstel tot wijziging van de Ver
ordening rechten ziekenvervoer.
Conform besloten.
Het ziekenvervoer wordt 50 °/o duur
der. Volledige dekking van de koster»
vindt dan nog niet plaats, al zijn de
verliezen dan miniem.
De heer J. van den Brakel (PvdA)
stelde zijn vraag over de betaalde-
vrijwilligers en de wethouder redde
zich daar uitstekend uit, waarschijn
lijk tot verbazing van Van den Bra
kel.
P.V.O.
12. Voorstel tot het garanderen van
rente en aflossing van een door de
Muziekvereniging P.V.O. aan te gane
geldlening.
Conform besloten.
Mevrouw Van Stiphout (PvdA) wilde
medewerking van PVO bjj zalenver-
huur in het nieuwe gebouw aan de
leerlingen van de muziekschool. Het
bleek dat ze het allemaal verkeerd
gelezen had. Er was geen sprake van
verhuur van zalen door PVO. PVO
zou geld besparen doordat de vereni
ging zelf geen zalen meer hoefde te
huren. „Als het niet zo was", zo vond
wethouder Plomp, „dan was het nog
een zaak, die alleen PVO aanging".
13. Voorstel tot overdracht van be
voegdheden van de raad aan burge
meester en wethouders (artikelen 173,
177 en 212 van de Gemeentewet).
Conform besloten.
Op voorstel van mevrouw E. Kort-
huis-Elion (VVD) werd het bedrag
van de delegatie teruggebracht van
10.000 gulden op 5000 gulden. Zij
voorzag problemen en verzocht ook
de commissie sociale zaken in te
schakelen.
14. Voorstel tot het verlenen van
medewerking ex artikel 72 van de
Lager-onderwijswet 1920 aan het be
stuur van de Vereniging voor Chris
telijk Nationaal Onderwijs te Soes
terberg ten behoeve van de aanschaf
van een leesmethode.
Conform besloten.
15. Voorstel tot aankoop van twee
percelen grond nabij het Monniken
bos te Soest van de R.K. Parochie
van de Heiligen Petrus en Paulus te
Soest.
Conform besloten.
Voor al uw reserveringen
STEENHOFFSTRAAT 9a. rfgZfr,
TELEFOON 16571 en 14905 ^§£7
(Een allround reisbureau)
Wethouder G. Plomp
16. Voorstel tot verkoop van een per
ceeltje grond in het bestemmingsplan
Steenberghe I aan de P.U.E.M. voor
de bouw van een transformator-
station.
Conform besloten.
17. Voorstel tot het aangaan van een
overeenkomst van grondruildng aan
de Kerkstraat hoek Eemsfcraat met
de heer A, C. van Ee,
Conform besloten.
Dansschool
18. Voorstel tot verkoop van grond
aan de Weegbreestraat aan de heer
W. Slingerland voor de bouw van een
dansstudio met woning.
Conform besloten.
Het schriftelijk verzoek van de ver
eniging De Soester Gemeenschap kon
niet voorkomen dat de raad in meer
derheid besloot de heer Slingerland
aan de bouwgrond te helpen. Er werd
mondeling over gestemd; Visser en
de dames Van Stiphout en Van Gel
der (beiden van de PvdA) waren te
gen.
Mevrouw Van Stiphout zei de visie
van b. en w. te missen op een wijk-
voorziening in het Smitsveen. Grieze
lig was het daarom dit stukje grond,
dat nog mogelijkheden daarvoor bood,
nu te verkopen. De prijs was haar»
inziens te laag.
Volgens Visser (P.S.) schreeuwde de
wijk om een voorziening, maar wet
houder De Haan zei „die schreeuw"
althans van de wijkbewoners, niet
gehoord te hebben.
Als Visser dansen elitair vond, dan
vond de wethouder de opmerking van
Visser elitair „want wij hebben er
geen barst mee te maken wat ze met
die dansschool uitvoeren". Overigens
gaf de wethouder toe dat er mogelijk
in de beginfase wel eens een foutje
gemaakt zou kunnen zijn met de op
zet van de wijk. De wijk had toch
nog wel wat met Kinderboerderij, De
Open Hof en de zaal van het Medisch
Centrum. Evenwel zou in Overhees
de zaak anders aangepakt worden
(plannen werden gemaakt) en daar
zou Smitsveen dan ook weer van
kunnen mee profiteren.
Mevrouw Van Stiphout en Visser had
den het uiteraard moeilijk met de be
weringen van wethouder De Haan,
maar die kreeg steun van mevrouw
Korthuis (WD) die ook dacht dat de
bewoners zelf in de eerste plaats ken
baar moesten maken wat er ontbrak.
„Als wij het gaan doen, lukt het
nooit". Er werd over gestemd en het
voorstel haalde met vlag en wimpel
de eindstreep.
19. Voorstel tot verpachting voor kor
te duur van enige grond aan diverse
personen.
Conform besloten.
G. van Aalst (VVD)
Milieubelasting
Tot slot werd de brief van de heel
G. van Aalst (VVD) behandeld, waar
in h(j de raad voorstelt te protesteren
tegen de aanslagen die aan de ge
meente zijn opgelegd voor de ge
meentelijke gebouwen te Soesterberg.
Iedereen was het daar roerend mee
eens. Ook de heer Verheus (CDA) die
opmerkte dat hij als bestuurslid van
een christelijke school vorig jaar
reeds geprotesteerd had. Dat beroep
was verworpen, zodat hij nu niet zo
heel veel hoop had.
Van belang vond men het echter dat
de gemeente ging procederen; deze
geldkostende bezigheid kan menig
burger zich niet permiteren.
De heer Van Poppelen (CDA) wilde
de deurwaarders niet meer in Soes
terberg laten komen, die nu bezig
waren de belasting alsnog geïnd te
krijgen en de heer Van Aalst vroeg
zijn collega-raadsleden ook hun geest
verwanten in provinciale staten voor
de Soesterbergse problemen warm te
maken. Ook daar bleek men voor te
voelen.