,Geen behoefte aan nieuw centraal Winkelcentrum" Vijf jaar Bureau Voorlichting in Soest B. J. van Os „Voorlichter allereerst dienstbaar aan het bestuur" 1974 was dieptepunt voor het Natuurbad Werkgroep Partij van de Arbeid Soest: Faciliteiten voor voetgangers op Van Weedestraat en Soesterbergsestraat Verslag eerst nu pas gereed 32 P.V.'s voor ontbreken deel Hl Donderdag 4 maart LJ S OESTER 54e jaargang no. 29 COURANT Abonnement per kwartaal f 5,00. Buiten Soest per kwartaal f 10,-. Uitgave Drukkerij Smit b.v. - Soest Bureau voor redactie en administratie Van Weedestraat 29, Soest Verschijnt iedere donderdag Tel. 14152 - Postgiro 126156 De werkgroep Ruimtelijke Ordening van de Partij van de Arbeid, afdeling Soest is van mening dat Soest geen behoefte heeft aan één centraal winkelcentrum. De werkgroep meent dat zowel het winkelcentrum Van Weedestraat als het winkelcentrum Soesterbergsestraat verder uitgebouwd dienen te worden en dat daarnaast een bestuurlijk centrum moet worden gecreëerd met mogelijkheden om er een kleinschalig winkelcentrum bij te doen verrijzen. De werkgroep stelt zich wel op het standpunt dat de inwoners van Soest in eigen omgeving, in iedere wijk, terecht moeten kunnen voor de niet-duurzame ver- bruiksgoederen, de dagelijkse levensbehoeften. In de twee c.q. drie centra kunnen de verkoopplaatsen voor duurzame ver- bruiksgoederen geconcentreerd worden, waarbij faciliteiten gecreëerd moeten worden voor de voetgangers. Ook is de werkgroep van mening, dat Soest aan niet meer dan 44.000 inwoners woonruimte moet bieden en dat daarvoor tot 1990 circa 2200 woningen gebouwd mogen worden. Als potentiële groeigebieden opteren de leden van de werk groep voor de plannen Lazarusberg, Overhees fase één tot en met vier en Klein Engendaal; en te Soesterberg voor Steenberghe, Egghermonde en Soesterberg- Oost. In verband met de wens voetgangers faciliteiten te scheppen in de winkel centra, wordt voorgesteld het doorgaand verkeer uit Soest te weren door omlei dingen via Biltseweg, Koningsweg en een nieuw aan te leggen verbinding tussen Koningsweg en Birkstraat. In zijn welkomstwoord stelde de heer Raymond van Gelder, voorzitter van de afdeling, vast dat het ondanks alle pro vinciale en rijksplannen toch zinvol was de eigen opvatting over de meest ge wenste ontwikkeling van Soest kenbaar te maken. Hij vond dat er daarbij zelfs geen rekening gehouden behoefde te worden met de concept-plannen van de plaatselijke overheid omdat ieder de vrijheid heeft een ander standpunt in te nemen. Deze mening werd gedeeld door het PvdA-statenlid, mevrouw mr. A. S. Holleman-Stratman, die met o.a. het gemeenteraadslid drs. H. J. Goote en het wijkraadlid mevrouw J. M. van Dijk-van Staveren, de bijeenkomst bij woonde. Mevrouw Holleman drong wel aan op een duidelijke stellingname ten aanzien van de in de verstedelijkingsnota opge nomen uitbreiding van Soest met 3000 tot 6000 woningen. Chris Uiterwijk was van mening, dat Soest met z'n concept-ontwikkelingsplan zelf alle aanleiding gegeven had om dergelijke woeste plannen voor woning bouw te laten ontstaan. De potentiële groeigebieden waren immers door Soest aangegeven. Naar zijn mening was het daarom beter geweest dat eerst met de bevolking overlegd was, vóór er iets op papier kwam. Raadslid Goote merkte op, dat de in spraak in Soest ter elfder ure toch echt op gang gekomen was en dat tot zijn genoegen daarbij inspraakbegeleiders waren aangetrokken. Zowel hij als zijn fractiegenoot De Wilde hadden in de commissie R.O. hun voorkeur uit gesproken voor de werkgroep 2000, die een uitgebreidere en betere inspraak procedure-voorstond. Dat hield evenwel niet in, dat hij tegen de begeleiding door hetNCTV was. Minimummodel Werkgroep voorzitter F. Kingma gaf daarna de visie weer van de werkgroep ten aanzien van de woningbouw, het bevolkingsaantal, de groeigebieden en de winkelvoorziening met globale ver- keersstructuur Volgens de werkgroep moet het mini mumgroeimodel (tot 44.000 inwoners) van het concept-plan als maximummo- dël gehanteerd worden. Mét het oog daarop mogen slechts woningen ge bouwd worden voor de natuurlijke aan was. Om het leefklimaat voor de inwo ners zo optomaal mogelijk te houden moet men zuinig zijn met de opvang van buiten. Deze opvatting werd gedeeld, waarbij mevrouw Kamphuis opmerkte, dat het terrein te Soesterberg, waar nu de. wo ningen van Ons Belang staan, t.z.t. een industriebestemming zal krijgen. Met enige migratie diende daarom toch rekening gehouden te worden. Voorzitter Van Gelder vatte de discus sie zo samen, dat de werkgroep de migratie doelbewust wil beïvloeden in negatieve zin. Woningbouw Rekening houdend met in totaal een be hoefte aan 2200 nieuwe woningen, wil de werkgroep als bouwterreinen aange merkt zien de Lazarusberg, Overhees (fasen 1 tot en met 4), Klein Engen daal en te Soesterberg: Steenberghe, Egghermonde en Soesterberg-Oost. Alle andere in het conceptplan genoemde _gebieden dienen gespaard te blijven. Derhalve geen woningbouw iangs de Lange Brinkweg, Wieksloterplas en •weg, Boerenstreek, Zuidereng, Ker- ckenlandt en Kort-End. Op verzoek van de vergadering werden daar als abso luut te sparen gebieden aan toegevoegd: Soestdijk-Noord, Stadhouderslaan, Ko- ninginnelaan, Hees, Kolonieweg en Amersfoortsestraat (Soesterberg). Flatbouw werd in totaliteit afgewezen, ook niet in Klein Engendaal, waar deze hoogbouw in het plan werd opgevoerd om het gedachte winkelcentrum renda bel te maken. Gediscussieerd werd over de toch nog bestaande vraag naar flats, die volgens mevrouw Kamphuis nog een totaal aantal zou belopen van 640. Daarvan zou, via doorstroming, in 523 gevallen voorzien kunnen worden, waar na altijd nog een reële vraag van 117 overbleef. In de vergadering werd verondersteld dat ook door aanvragers bedoeld kon zijn, „kleinere wooneenheden". Daar wilde men rekening mee houden, zoals men ook vond dat bij woningbouw aandacht besteed diende te worden aan experimentele wwonvormen. Uitgeslo ten móest het bovendien worden dat eventuele meergezinshuizen gebouwd zouden worden in de particuliere sec tor. Unaniem was men van mening, dat een dergelijke bouw, een vestigingslek inhield. Winkelvoorzieningen Wat de winkelvoorziening betreft stelde de werkgroep zich op het standpunt dat in elke buurt (van bepaalde om vang) voldoende gelegenheid moet zijn de directe levensbehoeften te kopen; de zogenaamde niet-duurzame ver- bruiksgoederen. De andere sectoren, de duurzame verbruiksgoederen, zouden naar de mening van de werkgroep on dergebracht moeten worden in twee of drie centra. Genoemd werden daarvoor het winkelcentrum Van Weedestraat en het winkelcentrum Soesterbergsestraat. Bij een te bouwen bestuurscentrum (gemeentehuis, politiebureau, eventueel postkantoor) zou ruimte voor winkel- groei beschikbaar kunnen komen. Aan getekend werd daarbij dat de gemeente lijke overheid slechts de ruimte kan a&nbleden; maar niet tot exploitatie kan overgaan. Het Zuiderengplan werd afgewezen en een voorkeur werd uitgesproken voor het terrein tussen Verlengde Talma- laan en Molenstraat. Samen met nieuw bouw van St. Jozefwoningen zou er een aantrekkelijk „centrumpje" met enige winkels van bovenwijksniveau, kunnen ontstaan. Wat de twee bestaande centra betreft is de werkgroep van mening, dat er voldoende voetgangersfaciliteiten bij ge creëerd moeten worden. Voor de Van Weedestraat zou dat inhouden, algeheel verbod voor gemotoriseerd verkeer en voor het centrum Soesterbergsestraat het gemotoriseerd verkeer terugbren gen tot een aanvaardbaar niveau. Het busstation aan de Soesterbergsestraat zal in deze visie verplaatst moeten wor den naar de Eikenlaan, waar er mo gelijkheden moeten komen om in dat centrum winkels bij te bouwen. Gesproken werd ook over het door de vereniging De Soester Ondernemer ge noemde „kooplek". Er werd ernstig aan de juistheid van het genoemde percen tage (50~°7o) getwijfeld. Kooplek Voorzitter Van Gelder: ,,Het kooplek is beslist kleiner dan gesuggereerd wordt. Men heeft bij het bepalen van het per centage geen rekening gehouden met de btw. Dat betekent, dat het kooplek in de voedings- en genotmiddelensector niet 26 maar 19 is en in de duur zame gebruiksgoederen niet 50 maar rond de 40 aldus Van Gelder. Hij wees daarbij op recente gegevens uit Engeland, waar een kooplek van 40 als vaststaand werd aangenomen in klei ne centra die omgeven zijn door grotere winkelconcentraties. Opgemerkt werd dat het onjuist zou zijn Soest vol te bouwen om een nieuw cen trum rendabel te maken, zoals men óók vond dat er rekening gehouden moest worden met wat de omringende plaatsen te bieden hebben. Van Gelder wist ook uit het rapport van het C.I.M.K. (cen traal instituut voor midden- en kleinbe drijf) dat de Soester winkeliers weinig interesse toonden voor het nieuwe cen trum. Mevrouw Holleman sneed het probleem aan dat inwoners die zich moeilijk kun nen verplaatsen (leeftijd of gezinssa menstelling) toch in Soest niet voldoen de keus vinden. Oplossing daarvoor zou zijn een beter openbaar vervoer. Zij wees de werkgroep ook op de situatie dat de Van Weedestraat nog steeds niet door het rijk aan de gemeente was overgedragen, maar de werkgroep meende, dat men in eerste instantie uit moest gaan van de meest ideale situ atie. Verkeer Tenslotte werd nog even gesproken over de verkeerssituatie en met name die van de Van Weedestr. De werkgroep is van mening, dat het doorgaand ver keer een onaanvaardbare belasting is voor de bebouwde kom van Soest. Met het oog daarop moet het gedwongen worden buiten Soest om te rijden. Gezien de beperkte mogelijkheden stel de de werkgroep een omleiding via Biltseweg, Koningsweg en de nog aan te leggen verbinding van de Koningsweg met de Birkstraat, voor. Naast de rijks weg door Soest zouden ook Nieuweweg en het probleemgebied Ossendamweg/ Vondellaan daar baat bij hebben. Als voorlopige directe oplossing stelt de werkgroep ook éénrichtingverkeer voor over de Van Weedestraat, Steenhoff- straat enz. door te voeren nadat de doortrekking van de Dalweg gereedge komen is. De resultaten van de vergadering zul len in een grote vragenlijst (enquete) van de gemeente verwerkt worden. Om dat men de bespreking niet kon afronden zal om enig respijt voor de inzending gevraagd worden. Binnenkort is het vijf jaar geleden dat het bureau voorlichting bij de gemeen te ging functioneren en dat de heer B. J. van Os als voorlichtingsambtenaar werd aangesteld. De communicatie overheid-burgerij werd in een baan geleid waardoor in de toekomst misverstanden moesten worden voorkomen. Tijdens de algemene beschouwingen op 22 november 1971 zei de CDA-woord- voerder, de heer G. Oldenboom: „Als overheid moeten wij streven naar een optimale comminicatie. Ik zeg met nadruk „optimaal" en niet maximaal. De communicatie Is uiteraard een belangrijk aspect, doch kan niet los gezien wor den van het gehele overheidsbeleid, zoals dit zich binnen ons democratisch be- stuurstelsel manigesteert. Een bijzonder goede verandering is geweest de. op aandrang van de KVP- en protestants-christelijke fractie, aangestelde voor lichtingsambtenaar. De gevolgen hiervan zijn reeds duidelijk merkbaar. Ook wij juichen het verschijnen van het voorlichtingsblad toe", aldus de heer Olden boom in 1971. Vier jaar later stond de gemeente vol ledig op z'n kop toen de gemeentelijke plannen rond de Zuidereng bekend wer den. Had de met veel gejuich binnen gehaalde voorlichting gefaald De heer Van Os stelt zich op het standpunt dat hij allereerst dienstbaar moet zijn ten behoeve van het bestuur. Hij is verbindingsman, de communica tie-deskundige, toegevoegd aan het be stuur als bestuurshulp, ten bate van een goede communicatie mét en infor matie óver wat leeft in de kring van de bestuurden en tevens toegewijd aan de zaak van de bestuurden, waar het betreft de bevordering van het goede contact met het bestuur. Toch ging daar wat fout, want het col lege zegt in de zo pas verschenen in spraaknota: „In de besluitvormende fase van de behandeling van de be stemmingsplannen vallen helaas nog wel eens hiaten. Op onverwachte voor vallen, meestal komend van buiten, is het gemeentebestuur in totaliteit (raad en college) niet ingespeeld. Met name het college van b. en w. heeft zich dan juridisch/technisch teveel Ingeleefd in de materie, terwijl soms de raad de voorbereiding, de gegeven voorlichting en de reeds genomen besluiten uit het oog is .verloren", aldus de inspraak nota. Taak De heer Van Os was, voor hij bij de gemeente Soest in dienst trad, werk zaam bij de legervoorlichtingsdienst en had als zodanig ervaring met voorlich ten. De gemeente daarentegen begaf zich op een min of meer onbekend ter rein en had voor de voorlichtingsamb tenaar geen taakomschrijving gereed. Sumier werd zijn taak omschreven als: het geven van voorlichting aan de bur gerij en diverse publiciteitsmedia om trent de achtergronden van het beleid van de overheid: of anders gezegd: het stelselmatig bevorderen van de goede verstandhouding tussen de plaatselijke overheid en de inwoners. Het pakte van lieverlee uit in vijf deel functies: interne voorlichting: de voor lichtingskrant het contact met de pers; de voorlichting aan de burgers én het organiseren van belangrijke gebeurte nissen zoals excursies, ontvangsten, werkbezoeken e.d. Wat de interne - alleen voor het dage lijksbestuur van de gemeente, de afde lingen, diensten en raadsleden bestem de - voorlichting betreft, stelt de heer Van Os dagelijks een „knipselnieuws" samen, met berichten uit de plaatsellj ke, regionóle en landelijke pers. Hij fungeert hier als „oog en oor" voor het dagelijks bestuur om positieve en ook negatieve reacties op besluiten te signaleren. Als „vakman" moet hij bovendien allen adviseren, die namens de gemeente het woord voeren voor radio, t.v. en pers. Niet altijd wordt evenwel van zijn vak manschap gebruik gemaakt. Dat raakt het terrein van de collegialiteit, die overigens volgens Van Os, door de bank genomen, ideaal is. V oorli chtin gsambtenaar B. J. van Os. De voorlichting aan de pers ziet de heer Van Os tweedelig: „actief" zover het het verstrekken van nieuws aan de hand van genomen besluiten betreft en „passief" als het gaat om inlichtin gen te geven waar om gevraagd wordt. De voorlichting aan de burgers ge schiedt via de voorlichtingskrant over zaken die de pers liet liggen, dan wel die een nadere verklaring behoeven. Bovendien houdt de voorlichtingsambte naar lezingen voor scholen en vereni gingen, over het functioneren van het gemeentelijk apparaat. Verder gaan van zijn bureau informatiepakketten uit aan de nieuwe ingezetenen, verzendt hij gelukwensen bij geboorten, adviseert hij instellingen van algemeen nut en be antwoord hij vragen die de gemeente bereiken via de ideeënbus. Ombudsman' De vragen via de ideeënbus betreffen zeer uiteenlopende zaken en daardoor komt de voorlichtingsambtenaar soms op het terrein van de ombudsman. Van Os vindt zelf dat het niet tot zijn werkterrein behoort, maar beschouwt het als volkomen logisch dat men met vragen bij hem terecht komt. Velen hebben inmiddels ervaren, dat zij snel en vlot geholpen worden en dat deuren opengaan, die anders zelfs niet bereikt konden worden. Lang niet alle gemeenten in Nederland hebben een voorlichtingsambtenaar; iedereen kent zo'n fenomeen, maar niet Prins Wulf I met de burgemeester, mevr. Corver-Van Haaften op het bordes voor het gemeentehuis begroeten elkaar met een „Alaaf na de overhandi ging van de sleutel van Soest. Op de achtergrond de voorzitter van „De Narre knollen", de heer A.J. v. d. Berg. ieder weet hem te plaatsen. Onlangs kwamen een tachtig voorlichters bijeen. Zij kwamen tot een opsomming van wat kan worden aangemerkt als min of meer karakterologisch gekenmerkte vereis ten. Unaniem vond men de volgende persoonlijkheidstrekken noodzakelij k integer, analitisch denkend, creatief, kritisch, intelligent, gevoel voor humor en zelfvertrouwen. Minder noodzakelijk was o.m. evenwich tig, inventief, relativerend, tactvol, or ganisatorisch vermogen en sociaal rechtvaardigheidsgevoel en onder aan de lijst stonden eigenschappen als be trokkenheid, Idealistische, strijdbaar en veelzijdige belangstelling. Volgens de heer Van Os moet de voor lichter echter wel als contactlegger, re latieverzorger, vertrouwenwekker, ver taler en vermelder kunnen optreden en hij moet bijzonder democratisch ge zind zijn. „Democratie is immers in hoofdzaak een kwestie van mentaliteit; de ontem bare neiging anderen mee te laten doen, open kaart te spelen, de minderheid eindeloos een kans te geven een meer derheid te worden en niet willen gelo ven dat wij zelf vlekkeloos opereren", aldus de heer Van Os. Naar zijn mening moet in een voorlich ter iets van natuurlijk verzet schuilen tegen de bureaucratie. Hij moet zorgen dat de doodgewone leden van de ge meenschap, die niet aan hun trekken ko men, hun recht kunnen verwerven en niet tussen de bestuurlijke raderen ver malen worden. Op dat gebied komt de voorlichter op het terrein van de ombudsman en de heer Van Os schroomt niet dat werk te doen. In toenemende mate weten de in woners van Soest hem te vinden. Hij heeft in de vijf jaren dat hij hier is een goede naam opgebouwd, zo zelfs, dat men in andere plaatsen van het land van hem wil horen wat de taak van een voorlichtingsambtenaar moet zijn. Daar zit, men met problemen als: Hoe hoort zo'n ambtenaar wat onder de burgers leeft? Wordt zo'n functionaris geaccepteerd door de ambtenaren Wie bepaalt wat in de openbaarheid mag of moet komen Mag een voorlichtings ambtenaar publiceren voor eigen ver antwoording Waar liggen de grenzen van zijn bevoegdheid Vraagt een voor lichter niet meteen om assistentie, om uitbreiding van zijn bureau In Soest werd dat allemaal soepel en vlot opgelost, al heeft de heer Van Os nog wel wat wensen. Om zijn taak goed te kunnen vervullen, om optimale voorlichting te kunnen geven, zou hij willen kunnen beschikken over een per manente expositieruimte, waar de plan nen van de gemeente aan de hand van kaarten en maquettes verduidelijkt kunnen worden. Eerst nu is het officiële verslag verschenen over het jaar 1974 van de Stich ting Zwembaden Soest. Dat kan nauwelijks gelegen hebben aan het bezoekers aantal, dat lager was dan in alle voorgaande jaren. In totaal bezochten 130.253 personen het bad en dat was bijna evenveel als het aantal verbruikte kubieke meters gas voor de verwarming van het water, n.1.130.221 m3. Er werden in dat jaar wel enige re cords gevestigd, maar dan records van laag bezoek. Twee dagen trok het bad minder dan 50 bezoekers: twaalf dagen nog geen 100; achttien dagen nog geen 200 en vijftien dagen nag geen 300 be zoekers. Er was slecht één dag dat het bad bezocht werd door 5362 gasten en dat was dan gelijk voor dat jaar het hoogste aantal bezoekers. Andere jaren waren er nog wel eens dagen 7000 tot 10.000 mensen, die de kassa passeerden. De lÓO.OOOste bezoeker werd geteld op 14 augustus en nog nooit was dat, sinds de vernieuwing van het bad, zó laat. Ter vergelijking: op 14 augustus 1973 passeerde de 200.000ste klant en op 4 juli de 100.000ste. Ooit, lang geleden, dat was in 1964, kwam de 100.000ste zwemmer binnen op 10 juni. Het gemiddelde aantal bezoekers lag in 1974 dan ook bijzonder laag, n.1. 965. In 1973 was dat gemiddelde 1645; in 1972 altijd nog 1313. Het aantal verkochte abonnementen was in het verslagjaar 5795 en daarmee iets hoger dan in 1973 (5607). Ter vergelij king: in 1970 was het aantal verkochte abonnementen 7401, maar sindsdien ging het achteruit. Ernstige ongevallen deden zich in dat jaar niet voor. Wel wordt door de op stellers van het verslag (nu nog?) de aandacht gevestigd op de veiligheid bij de ingang van het bad. „Zowel voor de op hun ouders wachtende kinderen, als bij het in- en uitstappen op de invoeg- strook, onstaan gevaarlijke situaties". In het nieuw te bouwen gemeentehuis was een dergelijke ruimte opgenomen, maar juist met dat nieuwe gemeentehuis in het plan Zuidereng, liep het fout. Het was uiteraard niet zijn schuld dat het daar mis ging en ter staving daar van staat in de eerder vermelde in spraaknota: „Het lijkt ons beter dat in woord en geschrift méér informatie aan de burger van Soest wordt ge geven". De voorlichting gaat een drukke tijc tegemoet. De Turf In 1974 werd het instructiebad De Turf door in totaal 81.774 zwemmers bezocht. De leerlingen van de lagere scholen namen daar met 34.919 het grootste part van. De jeugd is ook altijd goed vertegenwoordigd bij het recreatief zwemmen. Geteld werden er 16.350 on der de 15 jaar en 8175 ouder dan 15 jaar. Het aantal particulieren dat zwemles kwam nemen bedroeg 19570 en dan werd het bad nog bezocht door 1211 bejaarden en 1323 gehandicapten. Het aantal bezoekers dat gebruik maak te van de mogelijkheid voor recreatief zwemmen, trok iets aan vergeleken met 1973: 24.525 tegen 23.477. Er kwamen ook wat meer mensen zwemles nemen: in 1973 16.608 tegen in 1974 19570. Het aantal leerlingen van lagere scholen dat voor zwemles kwam, daalde echter van 41.842 tot 34.919. In totaal was het bad 849 uren in ge bruik voor recreatief zwemmen, 910 uren voor schoolzwemmen; 508 uren voor particuliere zwemlessen; 59 uren voor bejaarden; 57 uren voor gehandi capten en ruim 358 uren voor de leden van de zwemvereniging De Duinkikkers. Bij een nachtelijke controle op gepar keerde voertuigen te Soesterberg, heeft de politie 32 processen-verbaal opge maakt wegens het ontbreken van deel m van het kentekenbewijs. De controle wordt voortgezet. Ook werd controle gehouden op het par keren van vrachtwagens in de bebouwde kom. Dat is in Soest verboden; chauf feurs moeten de auto's op de Paralelweg parkeren als ze niet op eigen terrein terecht kunnen. Vier processen-verbaal werden oigemaakt voor op de Konings-, weg en de Inspecteur Schreuderlaan ach tergelaten vrachtauto's.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1976 | | pagina 1