'Dichter(s) in de groef
The Big Wha-Koft:
veel omvattende sound.
'Getrokken en bereden heden en verleden'
'De 30 grootste
successen van Dorus'
Twiggy
Mort
Shuman
DE MARINIERSKAPEL:
Tonny Eyk's Dance-Party'
Harold Meivin The Blue
Notes: rijke historie
Sffi
Soostor Courant van donderdag 12 mei 1977
Naar 't idee van dichter
Harry de Jong en Universe
producer Wobbe van Seijen
ontstond de langspeelplaat
'Dichter(s) in de groef'. Zes
prominente dichters, te we
ten Simon Carmiggelt (dit
jaar onderscheiden met de
P.C. Hooftprijs), Cees Bud-
dingh', Nico Scheepmaker.
Rutger Kopland. Harry de
Jong en Jan Kal waren on
middellijk bereid in de vorm
van de gedichten, sonnetten
en verhalen hun bijdrage te
leveren. Op de LP hoort U
a'lle zes uit eigen werk voor
dragen of liever gezegd
voorlezen, want Wobbe van
Seijen heeft kunnen voor
komen dat de LP een stijf en
koel karakter kreeg.
Daarom besloot hij ook de
LP niet in een kille studio
ruimte op te nemen, maar
gewoon in de huiskamer bij
Simon Carmiggelt, Nico
Scheepmaker en Rutger
Kopland, waarmee hij heeft
bewerkstelligd dat de LP een
gemoedelijke en spontane
sfeer uitstraalt.
Deze "literaire' LP "Dich
ters) in de groef is een zoals
Wobbe van Seijen zegt 'ple
zierig dokument, ontstaan
van Nederlandse dichters uit
de jaren zeventig', dat af
wisselend humoristische,
navrante, bijtende en spot
tende gedichten en aforis
men bevat.
'Je kunt goede teksten
schrijven, goede muziek
komponeren en toch kom-
mersiële songs maken.'
Deze uitspraak van David
Palmer geeft een goed in
zicht in alles waar de gloed
nieuwe formatie Big
Wha-Koo voor staat.
De eerste aanzet tot deze
groep werd in 1975 gegeven,
toen David Palmer en Danny
Douma bij een konfrontatie
tot de konklusie kwamen dat
zij erg veel op hadden met
eikaars muziek.
Palmer is gedurende een
jaar de zanger van Steely
Dan geweest (ten tijde van
'Can't buy a thrill'); ook
schreef hij alle teksten voor
Carole King's elpee 'Wrap
around you'.
Douma was een komponist
uit New York, die zijn geluk
eens in Los Angeles had wil
len beproeven en aldaar
weinig sukses boekte in de
filmbusiness en die ook aan
het platenfront met produ
cers als Gerry Goffin en Lou
Adler niet van de grond
kwam.
Palmer en Douma konden
het op muzikaal gebied zó
goed met elkaar vinden, dat
zij besloten een groep te for
meren. Heel toevallig (zo
gaat dat meestal) hoorden zij
in een kleine club drummer
Don Francisco en gitarist Nic
van Maarth. Palmer en
Douma waren zo onder de
indruk van het spel en de
zang van dit tweeta, dat zij
ogenblikkelijk werden inge
lijfd.
Don had o.a. Dan Fogelberg
en Linda Ronstadt begeleid,
terwijl Nick gewerkt had
met Delaney Bramlett en de
legendarische Crickets.
Tijdens een van de eerste
repetities liep ene Richard
Kosinski, die veel sessiewerk
voor Motown had gedaan
toen hij nog in Michigan
woonde, binnen om de piano
te stemmen. Twee weken la
ter werd 'Koz tijdens een
auditie uitverkoren om alle
toetsenborden in de nieuwe
groep te gaan bespelen.
Vervolgens werd de groep
versterkt met drummer
Claude Pepper (eks-Right-
eous Brothers), wiens komst
Don Fransisco in staat stelde
zich meer te konsentreren op
zijn zang en de percussie ter
hand te gaan nemen. Met de
toevoeging van bassist An-
drew Silvester was The Big
Wha-Koo kompleet.
De eerste elpee van deze
groep maakt direkt al veel
indruk. De zeer gevarieerde
achtergrond van de diverse
groepsleden heeft voor een
veelomvattende sound ge
zorgd, die producer Roy Ha-
lee (ook niet de eerste de
beste) in zeer welluidende
banen heeft geleid.
van de huidige inspekteur
der Militaire Muziek, de lui
tenant-kolonel J. p. Laro. die
toendertijd Direkteur van de
Marinierskapel der Konink
lijke Marine was. nam
Reuchlin het initiatief om
van de rijke oogst aan Ne
derlandse militaire marsen
tot een "Taptoe thuis' te ko
men.
Op initiatief van de Heer
Reuchlin'werd bij de afde
ling Speciale Projekten van
Phonogram een album ont
wikkeld met twee grammo
foonplaten met Nederlandse
militaire marsmuziek en een
tekstboekje, waarin militai
re en muzikale wetenswaar
digheden zijn samengevat.
De reaktie van het publiek
was geweldig en deze gram
mofoonplaten zijn waar
schijnlijk de enige die ooit in
het Nederlandse Parlement
zijn besproken (zitting van
de Tweede Kamer der Sta-
ten-Generaal op 20 januari
1976. Handelingen blz. 2299).
De verkoop is zodanig ge
weest (ca. 4000 albums), dat
een bedrag van 10.000,- kon
worden toegezegd aan de
Bond van Nederlandse Mili
taire Oorlogsslachtoffers.
Ter ere van het 300-jarig be
staan van de artillerie in 1977
heeft Reuchlin opnieuw het
initiatief genomen tot het
samenstellen van een gram-
mofoonplatenalbum. Orr.dai
de artillerie te weinig eigen
muziek heeft voor een dub
bel album. werd besloten om
naast de Nederlandse artil-
leriemuziek ook de artille
riemarsen op te nemen van
landen, waarmede onze ar
tillerie vriendschappelijke
betrekkingen onderhoudt.
Door gebrek aan medewer
king van de Belgische mili
taire kringen ontbreekt he
laas de artillerie-muziek uit
dat land. Op de tweede plaat
van het album 'Getrokken
en bereden - heden en ver
leden' is muziek opgenomen
van de overige bereden wa
pens. t.w. Cavalerie, Ko
ninklijke Marechaussee en
het in 1946 opgeheven regi
ment Wielrijders.
Naast vele bekende marsen,
die nu nog tot de veel uitge
voerde werken behoren, zijn
er ook een groot aantal wer
ken. di<j in verschillende
musea opnieuw ontdekt zijn.
Van de meeste van deze
•museumstukken' bestond
alleen nog maar een piano
partij, zodat voor de gram
mofoonplaten nieuwe ar
rangementen geschreven
moesten worden. Omdat bij
de artillerie het lied een gro
te rol speelt, zijn in het al
bum 'Getrokken en bereden
- heden en verleden' een
aantal gezongen nummers
opgenomen. Het op de plaat
opgenomen lied van de veld
artillerie wordt nog jaarlijks
op de dag van Sint Barbara
gezongen. Op die dag houden
de veldartilleristen hun reü
nie en de traditie wil. dat bij
het zingen een voet op de ta
fel staat als symbool voor de
voet in de stijgbeugel.
Dat Tonny Eyk van feestjes
houdt, hebben wij aan zijn
vorige releases kunnen mer
ken, want zijn party serie
begint al aardige vormen
aan te nemen. Vandaag een
nieuwe loot in deze serie en
dit keer nodigt Tonny ons
ten dans op de LP 'Tonny
Eyk's Dance-Party'.
Ongetwijfeld weet U dat het
stijldansen weer helemaal
'in' is en op de plaat is dan
ook precies aangegeven om
welke dansen het hier gaat.
Om U een indruk te geven:
QUICKSTEP: "Wenn die
kleinen Veilchen blühen',
FOXTROT: 'I thought about
you', SAMBA: 'Stars in your
eyes', WALTZ: Til see you
again', BOSSA NOVA:
'Eclipse', TANGO: 'Liebe
war es nie' en BEGUINE:
'Amor, amor, amor'.
Deze plaat is voor de recht
geaarde Tonny Eyk-fan een
welkome aanvulling van 't
Eyk-repertoire en ook bij de
dansliefhebbers zal hij on
getwijfeld in goede aarde
vallen.
'Please get my name right' is
de welsprekende titel van
Twiggy's tweede LP. Haar
debuutalbum 'Twiggy', dat
Phonogram uitbracht in
september van het vorig
jaar, werd door de Neder
landse pers zeer verschillend
beoordeeld.
Echter unaniem was de me
ning dat Twiggy een prima
meisje was zonder enige
sterallures. Op haar 2de LP
wordt zij begeleid door de
Californische folk/rock
groep Clover (van deze for
matie brengt Phonogram
binnenkort een LP uit). De
opnamen werden in de Hil-
versumse studio gemaakt
onder leiding van Tony
Eyers, die eveneens de groep
5000 Volts produceert. De LP
'Please get my name right'
bevat in vergelijking tot
haar debuutalbum nog meer
ballads en countrywerk.
Even leek het erop dat
Mort Shuman de Neder
landse hitparade zou be
stormen met het nummer
'Sorrow', ware 't niet dat
tegelijkertijd Ben Cra-
mer met een vertaling
van 'Sorrow' op de markt
kwam, zong en overwon.
Trouwens, voor meer Ne
derlandse artiesten is
Shuman als komponist
een uitstekende bron,
want op dit moment heb
ben The Cats weer een hit
met Mort's kompositie
'Save the last dance for
me'.
Maar laten we vooral
Mort Shuman's eigen
vertolkingen niet verge
ten. Zijn nieuwste LP 'My
name is Mortimer' is van
bijzondere klasse. Ro
mantiek en humor wisse
len elkaar af in titels als
'La Lampe' en 'Have you
seen my shoes?', het
nummer dat inmiddels op
de Franse hitparade is
binnengekomen.
Het klapalbun werd aan
de binnenkant voorzien
van foto's van Shuman
vanaf zijn geboorte tot
nu, waarbij de meester
zelf enige geestige kant
tekeningen heeft ge
schreven. 't Wordt tijd dat
een groter Nederlands
publiek deze uitzonder
lijke zanger/komponist
leert kennen. Aan Ben
Cramer en The Cats zal 't
niet liggen.
plaat, besloot Phonogram
voor al die Dorus liefhebbers
weer een verrukkelijk dub-
belalbum samen te stellen
waarop U de 30 grootste suc
cessen van Dorus kunt te
rugvinden. Een greep uit 't
omvangrijke repertoire:
'Poesie Mauw'. 'De crocus en
de hyacint', 'Me bolhoed op
me ene oor', 'Bij de marine',
'Figaro-parodie', 'De nacht
wacht' en 'Dollevie Zallevie
en ik'.
Medio 1975 had Jhr. Mr. J. G.
Reuchlin het plan opgevat
een grammofoonplaat te
maken met Nederlandse mi
litaire marsmuziek. Dit idee
werd enerzijds geboren uit
het feit, dat praktisch alle
Europese landen hun natio
nale militaire marsmuziek
op grammofoonplaten heb
ben uitgebracht, behalve
Nederland, anderzijds uit
het feit, dat in 1975 voor het
eerst Taptoe Delft geen
doorgang zou vinden,
waardoor vele enthousisa-
sten voor deze Nederlandse
militaire muzikale traditie
van hun evenement versto
ken zouden blijven.
Na besprekingen met de Le
ger Voorlichtingsdienst en
een zeer enthousiaste reaktie
Onder de titel 'Dorus is niet
dood' verscheen onlangs een
boek over één van de groot
ste komieken van deze eeuw,
Tom Manders, beter bekend
onder de naam Dorus. Aan
gezien de persafdeling van
Phonogram veel telefoontjes
kreeg van mensen die na 't
lezen van dit zeer geestig
geschreven boek weer eens
graag de onnavolgbare stem
van Dorus (en niet te verge
ten de bijdragen van Cor
Steyn) wilden horen op de
Harold Meivin The Blue
Notes hebben een indruk
wekkend aantal hits op hun
naam staan: 'If you don't
know me by now', 'I miss
you', 'Hope that we can be
together soon', 'Bad Luck',
'The love I LOST', 'Satisfac-
tion guaranteed' en ga zo
maar door. Af gezien van hun
platenprestaties hebben Ha
rold Meivin The Blue No
tes gedurende enkele jaren
veel waardering ondervon
den voor hun toneelpresen
tatie.
Het is een groep met een
rijke historie. In 1956 werd
de groep reeds door Harold
Meivin opgericht. Voor di
verse labels werden kleine
hits gescoord. Het grote suk
ses kwam echter pas in 1971
tijdens de opkomst van het
Philadelphia International
label.
Sinds 1973 maakt ook een
vrouw deel uit van deze door
Harold Meivin bestuurde
groep: Sharon Paige. Aan
vankelijk was zij gekon-
trakteerd om het voorpro
gramma te verzorgen, maar
nu doet zij aan de gehele
show mee. Voor Sharon staat
trouwens ook een solopro-
jekt op stapel. Harold Meivin
- inmiddels ook manager
(jawel) en producer van het
gezelschap - is de man waar
alles om draait: neemt op de
nieuwe elpee 'Reach for the
world' vier solo-vokalen
voor z'n rekening en zingt
één duet met Sharon Paige;
hij schrijft het merendeel
van de komposities en ook
nog eens de hele toneelpre
sentatie in elkaar.