VERKIEZINGSSPEL
naar een idee van Gerard Paul
Spelregels verkiezingsspel:
DS'70 (6 zetels)
SGP (3 zetels)
CDA (47 zetels)
CPN (7 zetels)
GPV (2 zetels)
PSP (2 zetels)
Het dagblad Trouw
heeft de
programma's van de
politieke partijen
eens naast elkaar
gelegd en de punten
samengevat in korte
bondige zinnen.
Hierbij werden alleen
de programma's
betrokken van de
partijen die reeds in
de Tweede Kamer
vertegenwoordigd
zijn.
De Soester Courant kreeg
toestemming om van dit
onderzoek gebruik te maken
voor een verkiezingsspel, dat
alsvolgt gespeeld wordt.
De partijprogramma's zijn ondergebracht in 21 sectoren, waardoor een schematisch over
zicht ontstond. Uitbreiding van het aantal sectoren zou de overzichtelijkheid slechts schaden.
Alle plannen, wensen en beloften zijn in willekeurige volgorde onder elkaar geplaatst, af
wijkend van de rangorde bij de komende verkiezingen. We beginnen bij groep A (Onderwijs).
Lees wat de verschillende partijen hierover zeggen en ga bij uzelf na welk antwoord het
meest overeenkomt met uw eigen mening. Dat is bijvoorbeeld antwoord no. 5. In het score
bord noteert u nu achter de letter A een kruisje in het vijfde hokje. Per regel mag u slechts
één kruisje plaatsen, want bij de verkiezingen kunt u uw stem ook slechts op één partij uit
brengen.
Als u alle 21 sectoren behandeld heeft, telt u de kruisjes bij elkaar op en u weet bij welk
nummer u zich het beste thuis voelt. Dat is de partij waarop u eigenlijk zou moeten stemmen.
U weet echter nog niet welke partij dat is, ook al heeft u misschien sterke vermoedens.
De uitslag kunt u volgende week lezen in de Soester Courant.
N.B. Dit spelletje heeft een serieuze ondergrond. Vergeet u vooral niet de (mooie) woorden
van nu te vergelijken met de daden uit het verleden.
A. ONDERWIJS
1. Gratis onderwijs. Tot 16 jaar leerplicht (funderend
onderwijs). Na 16 jaar recht op vorming (open school
en educatief verlof). Meer projectonderwijs.
2. Accent op kleuter- en basisonderwijs. Geen misbruik
van onderwijs om bepaalde politieke en maatschappe
lijke veranderingen te bewerkstelligen. Geen uniforme
middenschool. Geen verlenging leerplicht. Kennis is
macht. WD doet niet mee aan anti-kennishouding
in onderwijs.
3. Reformatorische scholen mogen niet worden achter
gesteld. Stichtingsnormen voor scholen zo laag mo
gelijk. Geen samenwerkingsscholen. Voorkeur voor
kleine scholen. Geen seksuele voorlichting. Nog geen
middenschool. Geen uitbreiding leerplicht.
4. Gratis onderwijs voor iedereen. Studieloon voor stu
denten en scholieren, die niet thuis wonen. Opheffing
verzuiling. Bevordering openbaar onderwijs. Espe
ranto als leervak.
5. Na experimenten wet op de middenschool. Kleinere
scholen bij voortgezet onderwijs. Gebouwen van
bijzondere scholen overdragen aan gemeenten.
Schoolbesturen etc. democratisch samenstellen. Na
gaan of betaald educatief verlof mogelijk is. Kleinere
klassen.
6. Kleine, overzichtelijke scholen met betekenisvolle
relaties tussen lerenden en onderwijsgevenden.
Leerplicht tot 16 jaar, daarna leerrecht. Geen over
haaste hervormingen. Kleinere klassen. Voortzetting
experimenten middenschool. Vrijheid van inrichting
van onderwijs.
7. Onverkorte handhaving vrijheid van onderwijs. Over
heid stimuleert niet samenwerkingsscholen. Her- en
bijscholing onderwijsgevenden. Verkleining klassen
tot 30. Niet vooruitlopen op experimenten met midden
school. Herziening wet op voortgezet onderwijs.
8. Experimenten mogen geen risico's meebrengen voor
de leerlingen. Dit geldt vooral voor de middenschool.
Grotere eigen bijdrage aan studie. Schoolgebouwen
ook voor andere doelen beschikbaar stellen.
9. Kleine scholen moeten mogelijk zijn. Wettelijke rege
ling leerrecht. Overheid werkt niet mee aan samen
werkingsscholen. Leerplicht blijft zo.
Sociale rechtvaardigheid.
Persoonlijke vrijheid
B. GRONDSTOFFEN EN
KERNENERGIE
1. Groei energiegebruik moet in 1985 gestabiliseerd zijn.
Beperking verkeersbehoefte, woongebieden in nabij
heid van werk. Kernenergie niet aanvaardbaar;
bestaande kerncentrales stopzetten, huidige kern
energieprojecten beëindigen.
2. Zuinig energie verbruik stimuleren. Aardgasopbrengst
mede gebruiken om bedrijven in staat te stellen te
voldoen aan hogere milieu-eisen. Kernenergie verder
ontwikkelen; een oplossing moet worden gevonden
voor veiligheidsproblemen (afval, terreur).
3. Enkele kerncentrales niet uitsluiten, mits strenge
waarborgen tegen straling en sabotage. UCN-Almelo
uitbreiden.
4. Geen nieuwe kerncentrales; bestaande stopzetten,
evenals „Kalkar" en UCN-Almelo. Afschaffing voor
deliger energie tarieven grootverbruik; progressief
tarief voor consumptief verbruik. Opbrengst aardgas
en oliewinning volledig naar overheid.
5. Beperking produktie goederen die grote aanslag doen
op schaarse grondstoffen. Geen nieuwe kerncentrales
bouwen; „Kalkar" en UCN krijgen geen vervolg.
Overheid neemt meerderheidsbelang in onderzoek
en winning olie en
6. Verlenging gebruiksduur van produkten. Geen weg-
werpartikelen en „verpakkingswaanzin". Hoger tarief
gas, olie en elektriciteit naarmate verbruik hoger is.
Geen uitbreiding kernenergie zolang problemen vei
ligheid en radio-actief afval niet zijn opgelost.
7. Beleid richten op voortgaande besparing, produktie
en gebruik wegwerpartikelen beperken groei van het
verkeer terugdringen. „Uiterste terughoudendheid"
met kernenergie vanwege risico's en deels nog onbe
kende effecten op langere termijn.
8. Beperking groei consumptie, maar geen nul-groei.
Geen stimulering energiegebruik, afschaffing rekla-
me. Stijging energieverbruik gezinnen lager dan
bevolkingsgroei. Kernenergie toegestaan indien on
vermijdelijk en beveiliging verantwoord is.
9. Snel bouw drie kerncentrales beginnen; voortzetting
„Kalkar"; onderzoek naar kernfusie; bewakings
dienst voor afvalbevolking vertrouwd maken met
eigenschappen radio-activiteit.
10. Opwekken en toepassen kernenergie is overheidstaak
maximale en controleerbare veiligheidsgaranties
vereist.
Gerechtigheid verhoogt een volk
C. ONTWIKKELINGSHULP
Doel van hulp is de bevrijding van de armste en
ontrechte groepen uit armoede en onderdrukking.
Toename van de hulp. In 1980 drie procent van het
bruto nationaal produkt.
Nederland moet vooraanstaan in de rij van rijke
landen bij de hulp aan de hulpbehoevende landen.
Directe voedselhulp aan armste landen.
Doel van hulp niet alleen de bestrijding van de armoe
de, maar ook de verkondiging van het Evangelie.
Daarom steun voor zendingsprojecten. Toegang van
produkten uit de derde wereld op de Europese markt.
Hulp in de eerste plaats aan socialistische landen.
Rechtstreekse steun aan bevrijdingsbewegingen.
Nieuwe internationale economische orde, gebaseerd
op socialistische beginselen. Hulp 1^ procent natio
naal inkomen. Hulp aan Indonesië stopzetten. Soli
dariteit met de allerarmste landen.
Nieuwe internationale economische orde als doel van
EG-beleid. Hulp nu voor allerarmste landen. Besteding
1% procent van netto nationaal inkomen.
Nieuwe internationale economische orde. Rechtvaar
diger inrichting van de wereldhandel. Hulp minimaal
1% procent van netto nationaal inkomen. .Voorrang
allerarmste landen. Kleine projecten in sfeer van mis*
sie en zending.
Geen hulp aan anti-democratische landen of voor
agressieve doelen. Betere internationale arbeidsver
deling.
Voorrang aan hulpverlening, die aansluit bij de ver
kondiging van het Evangelie. Geen hulp als de evan-
lieverkondiging onmogelijk wordt gemaakt. In de
eerste plaats de armste landen helpen.
D. KUNST
1. Iedereen moet in contact komen met de kunst.
Kunstenaars werken mee aan de vorming van geïn
teresseerden.
2. Extra zorg voor monumenten. Geen bevoorrechting
van beeldende kunstenaars. Aandacht voor kunst en
amateurs.
4. Gratis toegang musea, toneel en concerten.
5. Kunst toegankelijk maken voor iedereen. Kunstenaars
betrekken bij het woon- en leefmilieu. Musea gratis
voor de jeugd.
6. Subsidie aan bedrijven, die opdracht geven aan
kunstenaars. Bij subsidiëring niet bepaalde richtingen
en stromingen bevoordelen. Niet onevenredig op
kunst bezuinigen.
7. Aanmoediging van kunst door amateurs. Kunste
naars inschakelen bij bouw en inrichten van open
bare gebouwen. Eigen plaats Friese cultuur.
8. Culturele vorming in de leerplichtige leeftijd. Reor
ganisatie toneel- en orkestwezen. Kunstenaars be
trekken bij het woonmilieu.
9. Geen geld voor amusement en voor kunst in dienst
van politieke en maatschappelijke indoctrinatie.
10. Nationale traditie in de kunst verbinden met creatief
werk, dat stelling neemt tegen oorlog en fascisme.
Wettelijke registratie en uitvoerverbod van kunst
schatten.
E. JUSTITIE
1. Niet altijd vervolging tegen burgerlijke ongehoor
zaamheid. Goede rechtshulp voor iedereen. Dras
tische beperking taken van geheime diensten.
2. Handhaving rechtsorde en naleving van wetten.
Krachtige bestrijding van de misdaad. Overheid
moet burger beschermen. Eén nationaal politiekorps.
3. Krachtige bestrijding van de misdaad. In ernstige
gevallen de doodstraf. Krasse maatregelen tegen
uitingen van homofilie, prostitutie en agressieve
sexhausse. Krachtig optreden tegen burgelijke on
gehoorzaamheid.
4. Druggebruik uit wetboek van strafrecht. Meer rech
ten voor minderjarigen.
5. Oorzaken van wetsovertredingen opsporen. Vrijheids-
straffen alleen in uiterste noodzaak. Boeten naar
inkomen opleggen. Iedere burger recht op dezelfde
rechtshulp, ongeacht het inkomen
6. Rechtshulp waar de behoefte het grootst is. Controle
van parlement op vervolgingsbeleid. Gebruikers van
drugs niet strafbaar, handelaars wél.
7. Onderzoek naar oorzaken crimaliteit. Meer voor
waardelijke straffen en alternatieve straffen. Betere
voorzieningen in de gevangenissen. Bezinning op
massale wetsovertreding. Eén nationaal politiekorps.
8. Uitbreiding politieapparaat. Voorbereiding voor be
strijding van terreuracties. Krachtige bestrijding
handel in drugs.
9. Herstel Openbare christelijke zede.
F. WELZIJNSBELEID
1. Algemene raamwet regelt rechten van de werkers;
Beleid bij gemeenten. Meer zeggenschap voor bewo
ners van tehuizen. Meer arbeidsplaatsen voor gehan
dicapten zo lang mogelijk zelfstandig.
2. Voorrang aan het verbeteren van de leefomstandig
heden van de zwakkeren. Bejaarden blijven zo lang
mogelijk zelfstandig. Eigen woonvormen voor gehan
dicapten - aanpassing openbare gebouwen.
3. Kerk moet ruimte krijgen van de overheid voor het
maatschappelijk werk. Voorrang aan vrijwilligers
werk. Bejaarden zo lang mogelijk zelfstandig.
4. Kaderwet, die recht geeft op voorzieningen. Zo nor
maal mogelijk gezinsleven voor gehandicapten- Geen
grote inrichtingen.
5. Algemene kaderwet met accent op democratisering
van het werk. Welzijnswerk moet zich bij de mensen
naast de deur afspelen. Bejaarden zo lang mogelijk
zelfstandig wonen. Woningen en verkeersvoorzie-
ningen voor gehandicapten - voorschriften voor open
bare gebouwen.
6. Goed geïntegreerde welzijnsnetwerken (wijkgezond
heidscentra, jeugd- en gezinscentra, centra voor
bejaardenzorg) op plaatselijk niveau. Bevordering
werk van vrijwilligers, cliënten niet van kastje naar
de muur sturen.
7. Algemene kaderwet: geeft ruimte voor levensbe
schouwelijke instellingen en particulier initiatief
Raad voor bejaardenbeleid. Bejaarden zo lang moge
lijk zelfstandig. Goede betaalbare huisvesting voor
gehandicapten - aanpassing verkeersvoorzieningen.
8. Gehandicapten moeten volwaardige leden van de
maatschappij kunnen zijn. Geen aparte subsidiëring
door rijk en gemeenten. Bejaarden blijven zo lang
mogelijk zelfstandig.
9. Bejaardentehuizen niet via bijstandswet bekostigen.
Normale plaats voor gehandicapten in de samen
leving. Ruime financiën voor monumenten. Bejaar
den blijven zo lang mogelijk zelfstandig wonen.
10. Wettelijke basis. Verbetering en uitbreiding accom
modaties. Dringend noodzakelijk: verbetering rechts
positie welzijnswerkers.
Niet bij brood alleen
G. BESTUUR
1. Afschaffing Eerste Kamer. Verkiezing burgemeester.
Geen betaalde bijbanen voor Kamerleden. Bevoegd
heden voor wijk- en buurtraden.
2. Handhaving huidige kiesstelsel. Tweede Kamer 100
en Eerste Kamer 50 leden. Geen nieuw Kamergebouw.
Andere taakverdeling tussen departementen.
3. Krachtig optreden tegen ontluistering van het ko
ningschap. Geen staatsrechtelijke nieuwigheden.
Meer taken voor provincies en gemeenten. Kleine
gemeenten niet klakkeloos opofferen.
4. Afschaffing Eerste Kamer. Tweede Kamer 300 leden.
Geen kiesdrempel. Afschaffing of tenminste verkie
zing burgemeester. Staatsvorm: socialistische raden
republiek. Verdwijning geheime diensten.
5. Geen kabinetswisseling zonder verkiezingen. Afschaf
fing Eerste Kamer. Tweede Kamer 225 leden. Kamer
leden mogen geen betaalde nevenfuncties hebben
Verkiezing burgemeester en commissaris der ko
ningin. Meerbevoegdheden voor wijk- en dorpsraden.
6. Overheidsapparaat kan door zijn enorme omvang
bedreiging van de burgers zijn Daarom ombudsman
Taak van ministers beperken tot beleidsvorming
erandering van het kiesstelsel
7 Bestuur zo dicht mogelijk bij de burger. Rijk moet
laken afstoten Knelpunten in taakverdeling tussen de
departementen moeten direct worden opgelost
8 Geen vjerde bestuurslaag in vorm van gewesten.
Aantal provincies niet sterk uitbreiden. Noodbrigades
voor rampbestrijding. Optimaal aantal departe
menten.
9. Versterking lokaal bestuur. Decentralisatie binnen de
gemeenten. Voldoende financiële middelen voor de
gemeenten.
10. Sterke gemeentelijke autonomie. Raad kiest burge
meester. Uitbreiding rechtspositie van arbeiders en
andere werkers. Democratisering politie-apparaat,
uitzuivering rechtse elementen uit politie.
H. MILIEU
1. Forse ingreep in het economische leven nodig. Sobere
levenswijze. Behoud van stadjes en dorpjes. Grond in
handen van de overheid. Rookverbod voor openbare
ruimten.
2. Vervuilers betalen in beginsel. Algemene kaderwet.
In belang van ondernemingen geleidelijke verscher
ping van de milieu-eisen.
3. Bij milieumaatregelen zoveel mogelijk rekening hou
den met de werkgelegenheid. Concurrentiepositie
mag niet ondermijnend worden. „Wegwerp-economie"
vervangen door „reparatie-economie".
4. Meer macht voor minister van milieuzaken. Strenge
controle door speciale milieudiensten. Geen kanker
verwekkende stoffen in het water.
5. Internationale afspraken. Algemene wet. Bevordering
milieu-vriendelijke produkten. Geen autorally's in
natuurgebieden en woonwijken. Afschaffing BTW op
reparaties.
6. Overkoepelende milieuwet. Streven naar zinvol werk
in een schoon milieu -en leefbare omgeving. Daarom
een gericht industrie-beleid. Internationale overeen
komst voor Waddenzee.
7. Europese voorwaarden voor vestiging van bedrijven.
Scherp kritisch beleid bij uitgifte vestigingsvergun
ningen. Kaderwet voor milieubeheer. Andere wetten
aanpassen.
8. Behoud en uitbreiding natuurgebieden.
9. Afdoende straffen tegen overtreding van milieu
wetgeving. Bij nationaal inkomen meer rekening
houden met het milieu. Voorrang geven aan milieu
vriendelijke bedrijven. Aanpassing hinderwet.
10. Bestrijding van de vervuiling aan de bron. Onder
neming betaalt. Personeelscommissies waken tegen
vervuiling en zien toe op bedrijfsveiligheid.
I. MEDIABELEID
1. Gerichte steun aan pers indien nodig. In komende vier
jaar oprichting instructieve omroep. Reklame moet
meer voorlichting worden. Geen uitbreiding STER-
reklamë.
2. Geen subsidie voor kranten.
3. Strenge maatregelen tegen zedenkwetsende en gods
lasterlijke publikaties en uitzendingen. Geen speciale
steun aan noodlijdende kranten, weekbladen of tijd
schriften. Afschaffing STER-reklame.
4. Subsidiefonds voor de pers. Geen STER-reklame^
Kabelnetten in handen van de overheid. Ontkoppeling
lidmaatschap en abonnement omroepen.
5. Waarborgen voor een veelvormige pers. Geen com
merciële exploitatie van de omroep. Geleidelijke
afschaffing STER-reklame. Aanleg en beheer van
kabelsystemen door de overheid. Abonnement om
roepblad ontkoppelen van lidmaatschap.
7. Behoud van een vrije en veelvormige pers. Steun aan
noodlijdende kranten volgens bepaalde normen.
Minder zendtijd voor de NOS. Geen reklame in regio
nale omroep en uitzendingen via kabeltelevisie.
8. Geen subsidie voor de pers. Geen uitbreiding van
STER-reklame. Betere controle op besteding van
omroepgelden. Ontkoppeling abonnement en lid
maatschap van omroepen.
J. GEZONDHEIDSZORG
Accent op het voorkomen van ziekten. Meer voorlich
ting aan patiënten. Grotere aandacht voor begeleiding
van stervenden. Socialisering en democratisering
van de gezondheidszorg.
Eigen bijdrage aan ziekenfonds. Geen algemene
volksverzekering. Grondrechten van patiënt vast
leggen. Kostenontwikkeling beteugelen door wet
geving.
Accent op zorg buiten ziekenhuizen en inrichtingen.
Extra aandacht voor volksziekten (hart- en vaat
ziekten en kanker). Toenemend gebruik van medi
cijnen niet juist.
Overal1 gezondheidscentra. Algemene volksverze
kering. Artsen en specialisten in ziekenhuizen in
loondienst. Vrij gebruik van organen bij overlijden*
tenzij men zich ertegen heeft verklaard. Nationalisatie
geneesmiddelenindustrie.
Op den duur nationalisatie van gezondheidszorg en
socialisatie apotheken en farmaceutische industrie.
Artsen in vaste dienst. Vrije keuze artsen. Algemene
volksverzekering. Controle op werk van artsen. Wijk
gezondheidscentra.
Verplichte nascholing van medici. Steeds hulp aan
wezig bij acute psychische nood. Zij, die de gezond
heidszorg uitoefenen, dienen bij het beleid te worden
betrokken. Inventarisatie van de knelpunten.
Betaalbare en bereikbare hulp voor iedereen. Meer
aandacht voor vereenzaamden. Rechten van patiënt
vastleggen in statuut. Gebruik opwekkings- en kalme
ringsmiddelen tegengaan. Krachtige bestrijding
volksziekten.
Geen sterkere bevoogding van de patiënt dan nodig is.
Ernaar streven, dat specialisten en artsen in loon
dienst komen.
Instellingen op christelijke grondslag. Dit geldt ook
voor kruisverenigingen. Vrije keus van arts ook bij
vestiging van wijkgezondheidscentra. Geen oneigen
lijk gebruik drinkwater.
Van Agt eruit, de CPN erin
K. RUIMTELIJKE ORDENING
1. Grondige aanpak stadsvernieuwing. Geen verdere
bouw tweede woningen. Beheersovereenkomsten voor
natuugebieden. Behoud karakter van stadjes en
dorpjes. Grond in handen van de overheid.
2. Initiatieven voor Europees beleid. Wettelijke rege
lingen voor inspraak bij plannen. Groene hart van
Randstad zoveel mogelijk sparen. Betere regeling
planschade. Afwijzen anti-autobeleid. Particulier en
openbaar vervoer vullen elkaar aan.
4. Grond in handen van dé overheid. Uitgifte alleen in
huur en erfpacht. Dichte bebouwing van steden.
Volkscomité's voor controle op ruimtelijke ordening.
Nadruk op openbaar vervoer,
5. Behoud stadskernen. Grootscheepse aanpak woning
en wijkverbetering. Indien mogelijk openbaar vervoer
gratis. Beperking van wegenaanleg. Bouw tweede
woning tegengaan. Grond geleidelijk in handen van
overheid. Centrale ruimte in Randstad behouden.
6. Verplichte inspraak van de bevolking bij voorbereiding
van plannen. Onafhankelijke deskundigen voor wijk
bewoners.
7. Herstel functie van de stad als regionaal centrum.
Meer aandacht voor ontsluiting platteland. Accent op
openbaar vervoer. Eerder verbetering van wegen dan
nieuwe wegen.
8. Centrale open ruimte sparen. Particulier eigendom
van grond mag geen gelegenheid geven tot specu
latiewinsten. Grond als'ëigendom van overheid bevor
deren. Stadsvernieuwing is een nationale zaak.
Toekomst van Nederland
L. CONSUMENTENBELEID
1. Verplichte produktaanduidingen: prijs per hoeveel
heid, samenstelling, producent. STER moet binnen
zes jaar verdwijnen. Strenge wettelijke normen voor
reklame, met name voor geneesmiddelen, rookarti
kelen, alcohol, drugs. Onderzoeken welke vormen van
reklame kunnen worden afgeschaft.
2. Producenten, overheid en consumentenorganisaties
bevorderen in samenspel keuzevrijheid consument.
Consument beschermen tegen opdringerige verkoop-
methoden.
4. Bevordering consumentencoöperaties voor inkoop
consumptiegoederen. Afschaffing reklame; voorlopig
belasting op reklame, te bestemmen voor consu
mentenvoorlichting. Afschaffing STER. Verbod re
klame nicotine, alcohol en geneesmiddelen.
5. Strengere eisen veiligheid en kwaliteit van voedsel,
huishoudelijke apparaten en gebruiksvoorwerpen.
Reklame voor sterke drank, snoep, sigaretten en
auto's aan banden; STER-reklame hiervoor direct
afschaffen. Verbod reklame geneesmiddelen. STER
geleidelijk afschaffen. Zendtijd voor consumenten
bonden.
6. Er komt een „consumenten-ombudsman". Scherper
toezicht op veiligheid produkten. Subsidiëring consu
mentenonderzoek naar effecten voor milieu en ge
zondheid.
7. Kwaliteitsmerk voor industrie-produkten, met aan
duiding klasse van veiligheid, milieubelasting en
energieverbruik. Mogelijkheid om nieuwe produkten
te verbieden. STEROnderzoeken of ze wel nodig is,
niet uitbreiden of intensiveren, niet op zondag, ver
schuiven naar minder dwingende tijdstippen, STER-
reklame voor produkten als alcohol afschaffen.
8. Verplichte genormaliseerde etikettering voor indus-
trieprodukten met gegevens over gebruik, veiligheid,
milieunadeel, energieverbruik, gebruiksdatum, prijs
per hoeveelheid, samenstelling. Procederen door
consumenten moet eenvoudiger en goedkoper. Geen
uitbreiding STER.
Voor een werkelijk
socialistische politiek
M.ABORTUS EN EUTHANASIE
M. ABORTUS EN EUTHANASIE
1. Voorbehoedmiddelen en abortus in ziekenfondspakket.
Patiënt kan beslissen, welke middelen hem worden
toegediend om zijn biologische leven te rekken.
2. De overheid onthoudt zich van een algemeen geldend
verbod van zwangerschapsafbreking. De beslissing
van de abortus ligt bij de vrouw. Arts raadpleegt
een andere deskundige, wanneer de zwangerschap
langer dan ongeveer drie maanden heeft geduurd.
3. Abortus alleen wanneer het leven ven de vrouw ernstig
gevaar loopt. Geen euthanasie.
4. Abortus als medische ingreep onder medisch tucht
recht. Beslissing bij de vrouw. Geen toetsingscom
missie. Wet voor vrijwillige euthanasie.
5. Abortus -- is medische ingreep in ziekenfonds-
pakket. Geen onnodige verlenging van stervings-
proces. Dit kenbaar maken door levenstestament of
verklaring tegenover arts onder getuige.
6. De impasse rondom de abortus wordt doorbroken.
Uitgangspunt: de beslissing ligt bij de vrouw. De
taak van de overheid kan niet verder gaan dan er
voor zorgen, dat de vrouw hulp krijgt als zij die wenst.
7. Menselijk leven is gave Gods. Daarom bescherming
van het ongeboren en naar het einde neigende leven.
Wettelijke regeling voor passieve euthanasie en
orgaantransplantatie. Medische macht niet tegen de
mens gebruiken.
8. Nodig is een medisch, sociaal en juridisch verant
woorde regeling.
9. Herstel van de openbaar christelijke zede. Daarom
abortus strafbaar stellen, als leven van de moeder
geen gevaar loopt. Euthanasie niet wettelijk toestaan.