„nee
NOU WORDT IE
MOOI"
Wat ik in
Knollendam
nog steeds
mis.. door Jantje Buskruit
„Mijnheer
de
president
Frans
Bosman
Deze week vele anders dan andere pagina's in de Soester Courant.
Dit zijn er twee van. Nog ruim een week en Prins Jan de
Eerste heeft voor enkele dagen de sleutels van Soest in handen. Hij
en zijn Raad van Elf hebben het dan tijdelijk voor 't zeggen. Wat
staat de Narre Knollen straks te wachten? Daarover spraken wij
met Frans Bosman, president van de Narre Knollen, en natuurlijk
met Prins Carnaval 1979, Jan de Eerste. Verder op deze pagina's
een verhaal over een stukje geschiedenis van het Carnaval, een ar
tikel van Jantje Buskruit en veel grappen en grollen.
Men kent hem als direkteur
van het elektrotechnisch instal
latie-bureau Frans Bosman
B.V. Een self made man met
een indrukwekkend bedrijf. De
loonlijst telt bijna 50 medewer
kers, de inzet is groot, de ar
beidsvreugde niet gering. Frans
Bosman, als zoon van een café
houder geboren in Achterveld,
zat op jeugdige leeftijd al
in zijn wilde haren. Toen al ont
werper van leut en gein, met
als gevolg dat het hoofd ener
R.K. Mulo het niet meer met
hem zag zitten|(j,;,ê jiu
Drüjjpéï die de ruimschoots ge-'
vulde emmer deed,overlopen:
Frëiiis „leéhdé" van v&dèY
Bosman op 15-jarige leeftijd
enkele flessen wijn, liet daar
schoolvrienden mee kennis
maken, met als gevolg dat een
van de leerkrachten les gaf aan
een min of meer „snurkende"
klas. Laatste mededeling van
de A'foortse Mulo-direkteur:
„Frans, jongen je zult het niet
ver brengen in de maatschap
pij." Zes jaar later ontmoette
Frans Bosman, net in het bezit
van een fonkelnieuwe auto, de
zich op een fiets voortbewegen
de Mulo-direkteur. Kon niet la
ten op te merken: „Wat is dat
nou mijnheer, nog steeds op de
fiets?"
De onvrijwillige schoolverlater
heeft tussen toen en nu keihard
gewerkt. Had het geluk dat al
leen getalenteerde doelver-
dedigers toelacht en heeft als
eerste en voornaamste hobby:
Carnaval. Werd daar mee be
smet toen hij kennis maakte
met de Soester Instuif, toender-
tijd meer een gezelligheids- dan
Carnavalsvereniging. Werd
uitgenodigd toe te treden tot de
Raad van Elf en ontmoette
daar bekende Soesters als Ben
Rademaker, Ben v. d. Linden
sr„ Anton Hilhorst e.a. In dat
tijdperk leek Wim Butzelaar
Prins voor het leven te zijn. On
der zijn bewind, volgens Frans
Bosman nog altijd de beste
Prins die Soest heeft gekend,
raakte hij vertrouwd met het
Soester Carnaval. Verschil van
inzicht en opvatting waren er
de oorzaak van dat Instuif en
Carnavalsvereniging ieder hun
eigen weg gingen.
De toenmalige Raad van Elf
Prins stapten op, maar vormen
tot op de dag van vandaag als
strikt besloten gezelschap nog
steeds een hechte vriendenclub.
In de interim-periode fungeer
de Evert Kerkhof niet zonder
sukses als Prins Carnaval,
vooral bekend om zijn zeer
geestige speeches. Boze tongen
beweren nog altijd dat Evert er
een speciale tekstschrijver
voor in dienst had.
Mannen als Ott, Van Dam, Kei
zer, v. d. Berg e.a. waren de
oprichters van de huidige Nar
re Knollen. Op de dag dat Ko
ninklijke goedkeuring werd
verkregen, de elfde van de
elfde 1974, koos de nieuwe
Raad van Elf Frans Bosman
tot Prins. Anton Snijders was
het vooral die Bosman's ver
kiezing stimuleerde. Frans
Bosman regeerde in '74 en '75.
Herinnert zich uit die periode
„Het begin was verschrikke
lijk. De ene bestuurscrisis had
je nog niet achter de rug of de
ander stond al weer voor de
deur. Het leek bij ons wel een
duiventil. Een zenuwtoestand.
Hoe we toen met goed fatsoen
nog Carnavalsdagen van de
grond gekregen hebben is mij
een raadsel". Buitenstaanders
hebben van die moeilijkheden
weinig gemerkt. Het Prinselijk-
paleis van destijds, de Knollen-
burcht (oude Jozef-gebouw)
leek voor Carnaval te zijn ge
bouwd, totdat de tand des tijds
zodanig knaagde dat de Carna
valsviering daar niet langer
verantwoord was.
De fabriekshal van Soester
zakenman Fred de Zoete leek
als tijdelijk „paleis" een waar
dige vervanger. Tot één minuut
voor de aanvang was alles tot
in détails geregeld. Slechts met
dei vochtigheidsgraad, die orit*
staat- wanneer hossende men
sen zich in een afgesloten ruim
te bewegen, was geen rekening
gehouden. De feestgangers
stonden een uur na aanvang tot
aan hun enkels in het water, de
Soester schoenhandelaren had
den 't er goed mee. De jaarlijk
se tent achter het Soester Na
tuurbad is sinds de „lekkage"
het nieuwe domein van de Prin
sen Carnaval, hun Raden en de
bezoekers. De ingebruikne
ming van het nieuwe onder
komen is ook een verhaal apart
in de nog jonge historie van De
Narre Knollen. Het had dagen
en nachten gevroren. De Car-
navalsgangers gaven er de
voorkeur aan in het warme
restaurant te blijven. Ze waren
niet in de tent te jagen, totdat
Frans Bosman en de zijnen de
start tot een polonaise gaven.
Die vertrok vanuit het restau
rant en eindigde in de tent,
waarna het restaurant op slot
ging. Het speelde zich af in een
tijdperk dat Frans Bosman in
middels tot president van de
Narre Knollen was gekozen.
Dit jaar is hij aan zijn derde en
laatste ambtstermijn bezig.
Over zijn a.s. aftreden zegt hij
„Het wordt mij allemaal te
veel. Ik heb het met mijn eigen
zaken te druk om daarnaast
nog zo veel verantwoordelijk
heid te dragen. Bovendien be
staat het gevaar dat je als pre
sident teveel een stempel op
alles drukt. Laat nu een ander
het maar eens gaan proberen.
Natuurlijk blijf ik bij De Narre
Knollen betrokken. Wie van
zo'n unieke vereniging heeft
geproefd wil er altijd op de een
of andere manier bij blijven
horen." De realisering van
vele plannen heeft de huidige
president voor ogen gestaan
toen hij het presidentschap
aanvaardde. Frans Bosman:
„Ik heb er in de eerste plaats
een feest voor iedereen van wil
len maken, en daarin ben ik
met het bestuur, De Raad van
Elf, en onze honderden begun
stigers een beetje geslaagd.
Soest kent in Carnavaistijd
geen rangen en standen. We
bereiken boeren - burgers en
buitenlui waardoor het een
echt volksfeest is geworden.
Bejaarden en kinderen hebben
evenmin iets te klagen, kortom
het is een feest voor iedereen
die er zich voor open en in wil
zetten. Er is tot nu toe geen
feest in Soest waarbij zoveel
duizenden zijn betrokken. Dat
heeft natuurlijk ook te maken
met het feit dat dit feest geen
typisch Katholiek gebeuren
meer is."
Blijft over de vraag wat voor
aantrekkingskracht Carnaval
op Bosman en de zijnen nog
altijd weet uit te oefenen.
Frans Bosman: „Moeilijk in
een paar woorden te zeggen.
Het feest begint al met de voor
bereidingen die je met velen
treft. Vergaderen - plannen
maken - bouwen - lachen en
pret hebben. Dan de dagen zelf.
Het is vooral geloof ik het onge
remde en ongerijmde karakter
van het feest dat trekt. Is het
Frans Bosman
eenmaal zover dan stort ik mij
er zelf ook helemaal in. Als het
goed wordt gevierd dan is het
jaarlijks een groot verbroede
ringsfeest. Tot aan de jongens
van de motorclub toe, en dat
zijn in veler ogen toch niet de
gemakkelijkste klanten, hou
den zich bij ons aan de spel
regels. Fantastisch."
Het lijkt er op dat Carnaval in
de opvatting van „mijnheer de
President" geen schaduwkan
ten kent. En het overmatig
alcoholgebruik dan?
Frans Bosman: „Het valt niet
te ontkennen dat Carnaval
soms in een slecht daglicht
staat i.v.m. een te overmatig
alcoholgebruik. Ik durf te stel
len dat daar bij ons, een uitzon
dering daargelaten, over het
algemeen geen sprake van is.
Natuurlijk komen ze niet naar
Carnaval om koffie te drinken.
Als je ziet wat er aan bier om
gaat dan is dat echt niet kinder
achtig. Desondanks werkelijk
dronken mensen tref je bij ons
niet of nauwelijks aan. Ze hos
sen, springen, dansen, zweten
de drank er uit en kunnen van
alles eten. Bij ons is Carnaval
geen zuipfeest. We tolereren
het ook niet. Dreigt er op dat
punt iets scheef te gaan dan
grijpen we tactisch in. Om orde
en gezelligheid veilig te stellen
nemen we geen enkel risico.
Een rel kunnen en willen we
ons niet veroorloven.
Frans Bosman, president van
De Narre Knollen, die dit jaar
Voor het laatst „meedraait". Het
zal straks wennen zijn voor zijn
onderdanen. Tien tegen één dat
ze bij zijn afscheid niet zonder
weemoed maar met eerlijke
overtuiging zullen zingen. „Zo
een goeie hebben wij nog niet
gehad".
We hebben een schoon dorp,
we hebben een fijn Carnaval.
Daar zijn wij het in Knollen
dam allemaal over eens.
En we hebben in Knollendam
beste mensen die het langza
merhand verdienen eens in }t
zonnetje te worden gezet.
Neem nou, ik noem maar een
boom in het bos, zo'n Jan de
Visser.
Waar die man het allemaal
vandaan haalt kan ik met mijn
klompen niet bij. Hij is een
soort politieke duizendpoot, die
veel voeten in de aarde heeft,
zijn poot stijf houdt en dan ook
nog overal zijn vinger in de
Knollendamsepap steekt. Een
mirakel van een kerel.
Dat kan je nou net niet zeggen
van onze burgemeester. Een
bar best mens. Die heeft in d'r
Knollendamse leven al wat Sin
terklazen zien komen en gaan,
en zo als ze de Knollendam
se Raad onder de duim heeft.
Fantastisch. Zou zo'n lief mens
het nou nooit eens verder kun
nen schoppen dan Knollendam.
Toch eens aan van Agt vragen,
of moet Knollendam daarvoor
bij Anne Vondeling terecht?
Ook een machtig beste kerel.
Kun je aan zijn neus zien. Die
viert 365 dagen in het jaar
Carnaval. Maar laten we in
Knollendam blijven anders
verliezen wij het Carnaval uit
het oog. Wethouder Plomp wel
eens van nabij gezien? Ook
zo'n monumentaal persoon. Je
kan de man zo gek niet vragen
of hij weet alles te vertellen
over het Onderwijs in Knollen
dam. Die verkoopt je zowel
knollen als citroenen.
Even een stapje lager, komen
we terecht bij de doodgewone
Knollendammer burgers. Van
die IfO.OOO til ik er een handvol
uit. Wel eens van Rooie Sien
gehoord? Zwarte schaap in de
Knollendamse familie, maar ja
dat wicht moet ook d'r boter
ham met wat erop verdienen.
En dan Herman Sjindvall
Kuiphof. Was de beste sport
verslaggever van Knollendam.
Zit tegenwoordig niet meer in
en op de kast, maar er achter.
Jammer dat we dit Carnaval
de Knollendamse Orkest-ver
eniging niet te horen krijgen.
Die mannen hebben laatst bij
Petrus en Paulus gestreken op
een manier die je deed vermoe
den dat Carnaval in Knollen
dam op een vroeger tijdstip
werd gevierd. Machtig mooi.
Nou we het toch over cultuur
hebben, de meest artistieke
woestelingen in Knollendam
zijn toch wel de leden van de
culturele commissie. Ze komen
er eerlijk voor uit zelf geen
kunstwerken te kunnen maken,
maar beoordelen. Praat mij
er niet van. Het ene monument
is nog niet geplaatst of het an
der is al onderweg.
Jammer dat in zo'n commissie
nooit eens een eenvoudige ziel
zit.
Goed die heeft er vandaag mis
schien nog geen verstand van,
maar wat niet is kan komen.
Daar weten de zittende leden
wel over mee te praten. En
wat heeft zo'n commissie nog
een hoop werk te doen. Waar
ze het allemaal moeten plaat
sen is geen probleem, er is
ruimte zat in Knollendam.
Neem nou het Kerkplein bij
voorbeeld, daar kan nog wel
een regiment sokkels geplaatst
worden. De vraag is alleen:
wat zet je er op? Mag ik nou
eens een voorstel doen, ook al
kan ik het natuurlijk niet hele
maal, of helemaal niet beoor
delen. Ik zou zo graag op een
sokkel iets geplaatst zien waar
in we ons allemaal een beetje
herkennen. Waar heel Knollen
dam mee wordt bedacht en
geëerd. Je zou er je eigen bloe
metje voor moeten kunnen
neerleggen. En daarom stel ik
ae commissie voor een stand
beeld op de sokkel te plaatsen
en te onthullen waar ieder
mens vrede mee heeft, omdat
er onderaan de sokkel staat
geschreven: DE MENS DIE
het buskruit niet
HEEFT UITGEVONDEN.
G.A.K.
Ambtenaar tegen werkzoekende:
,,Wat zijn uw referenties?"
Klagende man: ,,Ik heb een vrouw en
veertien kinderen".
Ambtenaar: „En wat kunt u nog
meer...?"
IJsje
Miesje koopt bij zwembad een ijsje
en merkt op: „Wel klein voor een
kwartje hoor'
IJscoman: „Denk je misschien dat je
voor een kwartje de hele ijsbaan kunt
krijgen?"
De artieste
„Wat denkt u" vraagt vader aan le
raar, „zal ik mijn dochter piano of
zang laten studeren?"
„Piano" luidt het antwoord.
„Hoezo, heeft u haar al horen spelen?"
„Nee, maar wel horen zingen..."
Een voor een
„En Jansen, gehuwd?"
„Ja. kolonel"
„Kinderen?"
„Vijf meisjes, twee jongens"
„Zeven tezamen?"
„Nee kolonel, één voor èén"
Ambtenaar
Ambtenaar: „Dokter, ik heb een pro
bleem. ik praat in mijn slaap".
Dokter: „Dat is toch niet erg"
Ambtenaar: „Nou, toen ik gisteren
wakker werd stond het hele kantoor
mij uitte lachen".
Napoleon
Dokter vraagt aan patiënt „Wie heeft
u verteld dat u Napoleon bent?"
Patiënt: „De Heer zelf"
„Dat liegt ie" roept de patiënt in het
bed ernaast.
„Dat ben ik..."
Portret
Bij de onthulling van een schilderij
zegt de spreker: ,,Nu wij hier het por
tret onthullen van een medeburger
voldoen wij aan een dure plicht. De
man heeft zijn hele leven al verdiend
hier te worden opgehangen".