Te veel vitamines kan gevaarlijk zijn voor huisdieren vW «M In de buurt van kinderen altijd langzaam rijden Flets moet voldoen aan aantal eisen Zes tips voor geluidsffilmers. ...en natuurlijk beter en ontspannender op dat lekker-liclite tweede rijet ij ds-fietsje Ongevalscijfers 29 Soester Courant van woensdag: 3 oktober 1979 29 Vitamines... we weten Ze ItintroomnrhoMJ ntlnMA„i 1. rii^^ooreen^La!'™ 10 '^Stamerhand allemaal wel dat zo onontbeerlijk direct schadelfüf h 'ShZ°na- de mens een teveel luln vitamines niet min^ Ü!S' J huisdieren kan het geven van teveel aan bepaalde vita- r ismoren^.ó^io'Jnon de dood ,ot cevol« »ebben. Missen kunnen ook 'X vlta'P1I'es echter niet. Willen we goed gezonde dieren, dan Ann on Ih. S ■""eten zorgen voor een minimale hoeveelheid vitamine voo he. net?» an a met,m,oeten overdrijven. Het voor de vuist weg gebruiken voor huisdieren tot een pijnlijk einde leiden, in- w'i?? .1 V°°r dier toelaatbare overschreden worden. Speciaal op die A- en D-vitamines gaan we wat nader in. Het bestaan van vitamines en de ac tiviteit ervan in het menselijk lichaam was iets dat pas eind vorige eeuw op zeer bescheiden schaal naar voren kwam. Voedingson ierzoeken concentreerden zich in het verleden namelijk vooral op eiwitten, koolhydraten en vetten. Pas in 1911 dacht de onderzoeker Funk een stof ontdekt te hebben in het lich aam. die onontbeerlijk zou zijn voor een goede gezondheid. Deze stof was een chemische verbinding met onder meer stikstof (aminegroep met een duur woord). Al snel werd Funk's ont dekking onderkend en werd de naam vitamine (vita in het Latijn: leven) aan deze stof gegeven. Vandaag de dag kennen we hele series vitamines die kernfuncties vervullen in de lichamen van mens en dier. Elke vitamine heeft zijn eigen letter gekre gen. In de voeding van kleine huisdieren worden we regelmatig geconfronteerd met het feit, dat veel baasjes wat ex tra vitamines aan het voedsel voor hun dieren toevoegen. Vooral de vitamines A en D en het zogenaamde vitamine B-complex. Dit laatste schept geen problemen. Geeft men het dier teveel, dan leidt dat niet tot schade. Heel anders is het echter gesteld met de vitamines A en D. Daarmee is het oppassen geblazen! Vitamine A De functie van vitamine A in het mense lijk of dierlijk lichaam is nog niet hele maal bekend, althans lang niet alle acti viteiten van deze vitamine hebben we weten te achterhalen. Het gekke van vi tamine A is eigenlijk dat het hele maal geen specifieke functie lijkt te hebben. Toch doet het een heleboel dingen in het lichaam. Een soort ma nusje van alles. Weten we lang niet alles van deze vitamine, wat we er wel van weten is welke ziektebeelden ontstaan wan neer er geen vitamine A in de voe ding aanwezig is. Een van de oudst bekende gevolgen van vitamine A-gebrek is het onvermo gen om in de duisternis te kunnen zien: nachtblindheid. Wordt het tekort weer aangevuld, dan verdwijnt het ziektebeeld vanzelf weer. Al in de veertiende eeuw was het ver schijnsel bekend, zonder dat men wist wat de oorzaak was. Het eten van gei telever kende men echter al als een ..geneesmiddel" hiervoor. Overigens bevat niet alleen geitelever vitamine A; iedere leversoort is een rijke bron van vitamine A. Sommige dierlijke leversoorten bevatten zelfs gevaarlijk veel van deze vitamine (bijvoorbeeld ijsbeerlever). Blind worden Door tekort aan vitamine A treden di rect veranderingen aan de huid op. Deze gaat langzaam verhoornen en veel sneller schilferen. Zelfs het doorzichtige hoornvlies van hét oog gaat na verloop van tijd verhoornen, waardoor het ge zichtsvermogen verloren gaat. Ook anderzins kan blindheid bij het dier optreden. Tijdens de groei zorgt vitamine A namelijk voor een nor male botvorming. Een tekort aan deze vitamine zorgt voor te dikke botten, waardoor zenuwen in de knel raken. Soms is dat waar te nemen doordat het dier blind is geworden of doof door het afknellen van de gezichts- respectievelijk gehoorszenuwen. Pas op met het AD-flesje Iedereen wil zijn huisdier in optimale conditie brengen en houden. Men gaat er - onwetend - dan vaak vanuit, dat alles wat voor de mens gezond is ook voor het dier wel gezond zal zijn Dat is ten dele ook waar. maar hele maal gaat dat niet op. Het flesje met vitamine A D druppels wordt veel al te royaal gebruikt, want té veel vitamine A is beslist niet goed voor het huisdier. In te grote hoeveelheden toegediend blijkt het namelijk giftig te werken. De hond kan er - net als de mens - nog het beste tegen, want hij is in staat om de vitamine A langs natuur lijke weg (binding aan een alcohol) via de nieren weer uit te scheiden. Bij een kat is dat niet het geval. Aan vankelijk constateren we een daling van de eetlust, terwijl bij jonge die ren de groei begint te stagneren. Wor den deze signalen door de eigenaar niet tijdig onderkend, dan treedt een volgende fase in: afwijkingen van het skelet. Het meest kenmerkende verschijnsel is dan een stijve nek. De dieren kunnen niet meer zo goed bukken om voedsel en water op te nemen. Het ziektebeeld kan dan in één keer zo ernstig worden dat de kat vrij snel sterft. Fabrieksvoer Het is niet alleen oppassen met het flesje AD-druppels, bij veel fabrieks matig bereid dierenvoer kan het toe dienen van deze vitaminedruppels zelfs gevaarlijk zijn. De zogenaamde volledige voeders bevatten voldoende vitamine A en D. Extra druppels be tekenen dan een overdosis. Anders ligt het bij zelfgemaakt voed sel. Aan de hand van analysetabellen (o.a. verkrijgbaar bij het Voorlich tingsbureau voor de Voeding. Laan Copes van Cattenburgh 44 te Den Haag) kan berekend worden hoeveel vitamine A al in het voedsel aanwe zig is. Vervolgens wordt ook de hoe veelheid caroteen berekend. Deze stof (provitamine genaamd) wordt in het lichaam van het dier automa tisch omgezet in vitamine A. Rekensommetjes Wie zijn dier evenwichtig wil voeden met vitamines zal regelmatig reken sommetjes moeten maken. We kunnen ervan uitgaan, dat een hond circa 100 internationale eenheden vitamine A per kilo lichaamsgewicht mag hebben. Bij een hond van 15 kg. is dat dus 1.500 eenheden. Bevat het zelfgemaak te voer 800 eenheden vitamine A en nog eens 200 equivalente eenheden in de vorm van caroteen, dan mogen maximaal 500 eenheden extra ver strekt worden. Bij katten gaat het om 300 interna tionale eenheden per kilo lichaams gewicht. Voor een poes van vijf kilo betekent dat dus 1.500 eenheden. Een kat kan geen caroteen omzetten in vitamine A. Uitgaande van hetzelfde voer als boven 800 A 200 equi valenten in caroteen) kan dus nog 700 bijgegeven worden, omdat het caroteen niet omgezet wordt. Op het flesje AD-druppels moet de concentratie per milliliter afgelezen worden. Een milliliter bevat circa 30 a 35 druppels. De concentratie per drup pel is te berekenen. Dan is het een fluitje van een cent, maar... houd het bij druppels. Simpel? Ach, er moet wat ervaring opgedaan worden en dagelijks zal zeer consequent moeten worden gerekend. Wie zich die moeite wil besparen houdt zich dan maar liever bij fabrieksma tig bereid volledig voedsel. Behalve een juiste hoeveelheid vitamine A be vat dit alle stoffen die het huisdier nodig heeft in een evenwichtige samen stelling. Vitamine D Deze vitamine zorgt ervoor dat de kalk en fosfor uit de darm opgenomen worden en aan het skelet toegevoegd. Een tekort veroorzaakt de bekende Engelse ziekte of rachitis. De botten van het dier blijven slap in de groei en onder het toenemende lichaams gewicht ontstaan de bekende O- of X-benen. Veel minder bekend is, dat te grote hoeveelheden vitamine D giftig zijn. Dat uit zich in eerste instantie niet zozeer door bovengenoemde rachitis- verschijnselen, als wel door pijnsymp- tonen wanneer het dier aangeraakt of opgetild wordt. Deze pijn ontstaat doordat er uit de botten kalk en fosfor weggehaald wor den, die zjch weer op de buitenzijde van het bot neerzetten. Er ontstaat een ruw en rafelig botoppervlak. Als er spieren overheen bewegen wat bij optillen zeer zeker het geval zal zijn) manifesteert zich die pijn het duide lijkst. Bovendien treedt in en rond de ge wrichten van het dier verkalking op. Elke beweging zal voor het dier na verloop van tijd teveel pijn veroor zaken, waardoor het in een hoekje bewegingloos blijft liggen. Gevaarlijke bij-eflecten Niet alleen op botten en gewrichten treedt neerslag van kalk en fosfor op, ook elders in het lichaam heeft ver kalking plaats. De meest gevaarlijke plek vormen de nieren. Zij slibben als het wart dicht en zijn niet meer in staat het bloed voldoende te zuiveren van afvalstoffen. Het is duidelijk dat de concentratie afvalstoffen al snel zo groot wordt, dat er een uiterst gifti ge werking van uitgaat. Braken en diarree zijn - als deze verschijnselen van niet voorbijgaande aard zijn - de meeste symptonen. Voor hen die hun huisdier ,,met de pot" laten mee-eten weer een reken sommetje. Honden hebben per dag circa 10 in ternationale eenheden vitamine D per kilo lichaamsgewicht nodig. Katten 30, waarbij opgemerkt moet worden, dat katten zelf ook vitamine D kunnen vormen als ze regelmatig in de zon kunnen vertoeven. De vitamine D wordt dan in de huid gevormd. Ten aanzien van honden zijn de geleerden het wat dit betreft nog lang niet eens. Een klein beetje vitamine D is bij honden dus aanbevelenswaardig, maar blijf vooral een stuk onder de maximaal toelaatbare grens. Het berekenen geschiedt op dezelfde wijze als bij vitamine A. Wordt het dier gevoed met fabrieksmatig bereid volledig voedsel, dan is toediening van extra vitamine D absoluut uit den boze. Ook deze vitamine is in voldoen de mate aanwezig in het voer. Rest nog te zeggen, dat toedienen van vitamine D alleen maar zinvol is als gezorgd wordt voor een verhou ding tussen kalk en fosfor (1:1 tot circa 1,5:1). MAAK FILMS MET UW OREN OPEN. 2. BRENG EEN RONDOMGEVOE- LIGE MICROFOON ALTIJD NAAR HET GELUID TOE. De rondomgevoelige standaard-micro foon is voorzien van een snoer van ca. 2 meter. Het is verstandig om deze micro foon altijd zo dicht mogelijk nsar de ge luidsbron toe te brengen. Filmt u bijv. een stel jonge poesjes leg dan gerust deze microfoon op het randje van de mand. Bij sprekers de microfoon dicht bij de mond houden en de camera ca. 2 meter van hem vandaan. Dan worden de stem men goed verstaanbaar opgenomen en hoort u ge'én camerageluiden. Filmen met geluid met uw ogen en uw oren open, dat is toch nog mooier dan opschrijven en nog mooier dan kiekjes maken. Nu blijven ook de geluiden bewaard. In de laatste jaren zijn tienduizenden Ne derlanders begonnen met geluidsfilmen. Zij hebben tezamen miljoenen meters Super 8 Geluidsfilm volgeschoten. Tussen de grote en kleine boekwerken die deze groeiende schare geluidsfilmers ter beschikking staan met vele tips over het geluidsfilmen, viel ons oog op een 28 pagina's tellend handig zakboekje van de bekende filmcamera-fabrikant CANON. Een zéér overzichtelijk en zéér compact boekje. Met toestemming van CANON hebben wij de zes voor naamste tips samengevat. 3. INTERVIEWS AFNEMEN. De standaard-microfoon is voorzieh van een schakelaar waarmee de geluidscame ra op afstand kan worden bediend. U kunt de camera op een statief plaatsen en zo gaan staan dat u en degene die u gaat interviewen samen in beeld zijn. Zo als u dat bij de TV vaak ziet. Richt steeds de microfoon naar de mond van de spreker en houdt die op ca. 20 30 cm. afstand tijdens het spreken. Stel uw vragen met de microfoon gericht op uw eigen mond. Gebruik altijd de bijgelever de windkap (die zwarte bol). Anders krijgt u plop-geluiden bij mensen die de letter P hard uitspreken. En dat zijn er nogal wat. 4. BINNENSHUIS FILMEN. Bij feestjes en verjaardagen zal de feest vreugde zich vaak in het midden van de kamer afspelen. Bijvoorbeeld rondom de verjaardagstaart met kaarsjes. De beste plaats voor de microfoon is dan bijv. pal boven de taart of de plek waar de spelle tjes worden gedaan. U kunt de micro foon bijv. aan de lamp hangen. Leg de microfoon echter nooit op een tafel, want het gerammel van kopjes, bordjes, lepels, glazen enz. enz. zal dan ook wor den opgenomen. 5. PAS OP MET HET SNOER. Zorg dat het microfoonsnoer niet langs uw kleren heen en weer gaat schuiven, want dat veroorzaakt bijgeluiden. Wik kel het snoer bij interviews een paar keer om uw hand, zoals u dat de TV presenta toren ook ziet doen. U kunt een verleng snoer voor de microfoon in elke foto zaak los kopen. Dat kan handig zijn als u bijv. een toneeluitvoering wilt opne men. Dan zet u de camera in de zaal op een statief en microfoon op de één of an dere standaard dicht bij het toneel. 6. CLAER/SOFT OF HIGH/LOW. Op de geluidscamera zit een schakelaar tje voor het instellen van de toonhoog ten van het geluid. In het algemeen zult u het beste de instelling kiezen die als "Soft" of "Low" wordt aangeduid. Dat is voor normale opnamen. Dan neemt u op met een breed frequentiebereik. Dus zeer geschikt voor het opnemen van mu ziek. Alleen in ruimten met veel omge vingslawaai, op straat, in een sporthal of derdelijke, stelt u in op de stand die als "Clear" of "High" is aangeduid. Deze zes tips voor filmen met uw oren open zullen naar wij hopen niet tot do vemansoren zijn gericht. Hebt u sugges ties, hebt u bijvoorbeeld zelf aardige trucs bedankt om plezierige, boeiende en mooie geluidseffecten te bereiken: schrijf ons. We zullen die tips yaag doorgeven! Bij de foto: De CANON 312 XL sound is een toestel in de betaalbare prijsklasse. Men kan er ook zonder filmzon (film 160 ASA) mee filmen in huiskamer, toneelzaal of sport hal. Ideaal voor het maken van geluids films, waarop u de belevenissen van de kinderen voor later vastlegt. 1. KIES DE BIJ HET ONDER WERP EN DE SITUATIE PASSEN DE MICROFOON. Net als elke lens heeft elke microfoon een eigen karakteristiek. Doorgaans krijgt u bij de geluidscamera een stan daard-microfoon meegeleverd. In het algemeen een z.g. "rondom-gevoelige microfoon". Dat betekent dat deze al le geluiden in een cirkel van 360° rond de camera oppikt. U hoeft hem dus niet te verplaatsen als u bijvoorbeeld gesprek ken van een groepje mensen opneemt. Het is verstandig om ook een heel andere type microfoon, de speciale richtmicro foon aan te schaffen (op de foto ziet u de richtmicrofoon boven op de camera). Deze richtmicrofoon pikt hoofdzakelijk de geluiden op uit de richting waarheen hij wijst. Dat is heel belangrijk, want dat is precies wat het menselijk oor doet ais u ergens zeer geïnteresseerd naar luistert. Ook het oor zeeft alle "zijgeluiden" weg. Met de richtmicrofoon krijgt u dus een verbluffend realistisch geluid op de film. Verkeereopvoeding thuis, verkeereonderwijs op school, een veilige omgeving. Alleen daarmee is het kind-op-de-weg niet gebaat. Het heeft onderweg ook de hulp nodig van de automobilist, de motorrijder, de bromfietser. Daarop wijst Veilig Verkeer Nederland nog eens tijdens de actie „Help ze 'n handje die wordt gevoerd in samenwerking met de Centrale Politie Verkeerscommissie en de Verkeerscommissie Openbaar Ministerie. De beschermende rol die de gemotori seerde verkeersdeelnemer moet spe len, komt kortweg op het volgende neer: Het kind als medeweggebruiker aanvaarden met inachtneming van extra reserves en het in twijfelgevallen voorrang geven. Onberekenbaar Waar de ervaren weggebruiker reke ning mee moet houden is het volgende: - Veel kinderen kennen en/of begrijpen de verkeersregels niet, raken met het toepassen ervan in de knoop. - Kinderen geloven vaak dat automobi listen hun wagen meteen tot stilstand kunnen brengen en handelen daar ook naar door een paar meter voor de naderende auto over te steken. - Op straat heeft het kind belangstel ling voor heel andere dingen dan het verkeer en gaat het vaak zonder goed uit te kijken ergens op af. Duidelijk is dat kinderen nog veel kennis, inzicht en ervaring missen. Ze zijn zich de vele gevaren op de weg minder of helemaal niet bewust, ze gedragen zich argeloos, wispelturig en onberekenbaar, springen en hollen naar alle kanten de straat over. Inder daad, daar zijn het kinderen voor! Niet de wet... Hoe kunnen gemotoriseerde wegge bruikers het kind 'n handje helpen. Een paar dringende adviezen In woonbuurten altijd langzaam rij den. Een snelheid van 50 km is daar veel te hoog om bijtijds te kunnen stoppen voor 'n kind dat in het vuur van zijn spel of gehaast op weg naar school plotseling de rijbaan oprent. Niet de wet moet de snelheid bepalen, maar de omstandigheden en het eigen Inzicht van de bestuurder. Houd ook Jongens en meisjes die ogen schijnlijk rustig op de stoep lopen of aan de kant van de weg staan, goed In de gaten; in de volgende seconde kunnen ze zonder een duidelijk „waar om" de straat oversteken. Waar het steeds op aankomt is: in de buurt van kinderen snelheid matigen. Langzaam rijden geeft dan blijk van goed rijden Op de fiets Ook van fietsende kinderen is geen redelijk verkeersinzicht te verwach ten, gewoonweg omdat kinderen geen volwassenen zijn. Volwassenen weten dat met drie auto's naast elkaar rijden dom is. Maar met z'n drieën naast elkaar fietsen doen kinderen wél. Jongens en meisjes willen met hun tweewieler ook nogal eens onverwach te bewegingen maken, ze geven heel vaak geen richting aan en kijken niet om voordat ze linksafslaan. Bijzondere zorg Zó kan het fietsende kind 'n handje worden geholpen: Geef al op flinke afstand een waarschuwingssignaal als u een jeugdige wielrijder van achteren nadert. Waarschuwen op het laatste nippertje kan tot gevolg hebben dat het kind schrikt en daardoor naar links zwenkt, vlak voor uw voertuig... Passeer fietsende kinderen met bij zondere zorg. Houd daarbij goed af stand, vooral als er veel wind staat, om te voorkomen dat ze onder uw wagen of uw achterligger worden „gezogen". Help het kind 'n handje. Anders ge zegd: Gedraag u tegenover het kind in het verkeer zoals u verwacht dat andere weggebruikers zich tegenover uw eigen kind zullen gedragen! Van de ln totaal 238 kinderen van 0 t/m 12 iaar die ln 1977 bij verkeersongeval len ln ons land om het leven kwamen, waren er 90 voetganger en zaten er 94 op de «ets (als bestuurder ot als duopassagier Verdeeld naar leeftijd werd ln de groep 0-6 jaar SI voetgangers en 19 «etsers gedood en ln de groep 7-12 jaar 39 voetgangers en 76 «etsers. In 1977 werden 6.490 kinderen van 0 t/m 12 jaar ln het verkeer gewond. Van hen wrn-en er 2.688 voetganger en 2.577 fletser (of duo-passagier). Verdeeld naar leeftijd werden in de eroen 0-6 jaar 1.302 voetgangers en 396 «etsers gewond en in de groep 7-12 jaar 1.386 voetgangers en 2.181 fietsers. DE FIETS MOET ZIJN UITGERUST MET HELDERE KOPLAMP GOED WERKENDE REM (MEN) HELDER ROOD ACHTERLICHT, helderwit! SPATBORD REFLEC TERENDE1 TRAPPERS 1 [banden meteen] GOED PR0EI6L „Het achterspatbord van fietsen moet duidelijk zichtbaar voor het achteropkomende verkeer, over een lengte van 30 cm helder wit dan wel reflecterend geel zijn" (art. 84 p. 12 WVK). Meer dan honderd jaar geleden verscheen op onze wegen de zo ge naamde vélocipède, die zich sinds dien heeft ontwikkeld tot de te genwoordige flets, die zeer veel uitvoeringen kent. Fietsen is ge zond. Omdat het motorische ver keer steeds duurder wordt en ook omdat men vaak daarmee niet kan komen waar men wil, neemt het ge bruik van de fiets nog steeds toe. Van de 14 miljoen Nederlanders berijden er 10 miljoen het stalen ros. De fiets is dan ook gewoon niet meer weg te denken uit de wir-war van ons dagelijkse verkeer. Overal ter wereld is de fiets de laatste jaren in opmars. De grote belangstelling die men internatio naal voor de fiets blijkt te hebben wordt onder meer beïnvloed door het feit dat fietsen als gezond wordt beschouwd, dat de fiets een milieu-vriendelijk vervoermiddel is en dat men door te fietsen op de duur en schaars geworden energie kan besparen. Volgens cijfers van de Stichting Fiets bezit maar 18 procent van de Nederlsuidse gezin nen geen fiets. 18 procent heeft EXTRA RODE I REFLECTOR één fiets, terwijl 28 procent er twee bezit. EISEN Gezien de belangrijke plaats die de fiets in het verkeer inneemt heeft de wetgever een aantal eisen gesteld waaraan de fiets, in het belang van de verkeersveiligheid, moet voldoen. Te vaak wordt het belang van het voldoen aan die ei sen onderschat, waardoor men soms vehikels op de weg ziet, die de naam van fiets in feite niet meer kunnen dragen. De fiets is dan ook niet zelden oorzaak van een onge val. Denk maar eens aan een slecht werkende rem of een defect ach terlicht! Elke fiets die in het vexeer wordt bereden moet zijn voorzien van een deugdelijk stuur, een bel, waarvan het geluid op een afstand van 26 meter duidelijk hoorbaar is en tenminste één goed werkende rem. Alle vitale delen van de fiets dienen steeds in een behoorlijke staat van onderhoud te verkeren. Belangrijk is ook het zadel zó te stellen dat de bestuurder(-ster) met de voet de grond kan raken. Dat is bijvoorbeeld heel plezierig bij het moeten stoppen voor een stoplicht. Ook ten aanzien van de veilig heid bij nacht gelden enkele be langrijke bepalingen. Om de ver eiste verlichting te kunnen voeren moet een fiets van een (niet defec te) koplamp en een achterlicht zijn voorzien. Het achterlicht moet zich bevinden op maximaal 60 cm hoogte van het wegdek op het witte Steeds meer Nederlanders pakken de fiets. Volgens de Stich ting Fiets bezit slechts 16 procent van de Nederlandse gezinnen geen tweewieler. of gele gedeelte van het achter- reflector geldt ook voor bromfiet- spatbord. Dat achterspatbord moet 8en; de regeling betreffende de duidelijk zichtbaar voor het ach- trappers geldt voor bromfietsers teropkomende verkeer, over een niet, omdat het bewegend effect lengte van 30 cm, gemeten van het daarvan bij bromfietsen ontbreekt, ondereinde af, helder wit zijn. Het Een en ander geldt ook voor drie- mag ook reflecterend geel zijn. wielige (brom)fietsen. Fietsen mo- Reflector gen, de lading medegerekend niet breder zijn dan 0,76 meter; drie- Vanaf 1 november 1979 moeten flet8en en brom_ en bak_ «etsen bovendien zijn voorzien van „etsen bredej. dan een afzonderlijke rode reflector. met,er Die reflector moet van een door de Het d0 „onderhoud is uw numster vastgesteld model rijn, on behoud„ ge,dt ooR voor flet8en Het zijn aangebracht in de ruimte tus- is een aanklacht tegen veel ouders sen bagagedrager en spatbord. Als dat 2ij huI] Wnderen tus8en het geen bagagedrager aanwezig is 8neiverkeer met zijn vele gevaren moet hij worden aangebraoht op ]aten rijden met fietsen die veel het spatbord op een hoogte tussen tekort schieten aan genoemde ei- 0,90 en 1,10 meter van het weg- sen_ En dat, terwijl zij toch zeggen dek. Bovendien moeten fietsen van hun kinderen te houden. Ou- vanaf diezelfde datum zijn uitge- ders, maak dat waar. Controleer en rust met trappers, die zijn voorzien repareer het fietsje van uw kind van oranje of gele reflectoren. voor het te laat isl Houdt ook uw Het bepaEdde ten aanzien van de eigen fiets in goede conditie.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1979 | | pagina 29