„Juffie"
Onderwijzen is
jonge mensen
opvoeden tot
goede leden
van onze
maatschappij.
Receptie
„juffie"
Broeckman
oooooooooooooooooooooooooooooooooooooo
11
Soester Courant van woensdag: 4 juni 1980
11
Broeckman
Op 26 november van het vorig jaar beleefde ze haar laatste
schooldag. Een dag later lag ze tussen de witte lakens van het
ziekenhuis Zonnegloren.
Het was haar niet vergund de tijd die haar tot de pensionering
restte uit te dienen. Want dienen heeft ze, in de meest positieve
zin van het woord, gedaan. Formeel ging op 20 mei, de dag
dat ze 65 werd, de schooldeur van de Prins Willem Alexander
•school definitief voor haar dicht. De herfst van een mensenle-
ven is begonnen. Hoe 't er uit zag in de lente en de zomer ver- Straks voltooid verleden tijd
telt u deze pagina. De pagina van „Juffie Broeckman".
Annie's tweede huis
zo strak als vroeger, het is
gezelliger en speelser.
Voor de kinderen plezieriger,
voor de leerkrachten minder
eenvoudig. Vroeger moest je je
aan het boekje houden, nu is
het meer improviseren'
Onaangeroerd in dit verhaal is
tot nu toe gebleven de rol die
de ouders spelen. Annie
Broeckman kan er heel wat
over vertellen en opnieuw
blijkt dat iets van haar va
der's opvattingen is overge
plant.
Annie Broeckman: „Mijn eers
te vraag aan moeders die mij
willen spreken is of de kinde
ren het op school plezierig vin
den. Als daar bevestigend op
wordt geantwoord dan zijn de
vorderingen die ze in de eerste
klas maken het minst belang-
Als er plekjes zijn waar het le
ven goed is in Soest dan is het
zeker de omgeving waar An
nie Broeckman haar uit een
sprookjesboek weggehaald
huisje, heeft staan.. Het is^&r
schilderachtig en stil. De na
tuur lijkt 't hier nog voor het
zeggen te hebben. Tegenover
haar huis kijken enkele ge
slachten hoog op de poten
staande watervogels mij aan.
Ik lijk kennelijk een vreemde
die verdwaald is. Een juiste
conclusie van de kleine batterij
ganzen, want ik heb Annie
Broeckman niet eerder ont
moet. En daar staat ze dan in
de kleine deuropening. Een
lief, klein grijs en gebrild kop-
pie. Sprekende, geestige ogen
die duidelijk maken dat het le
ven zo kwaad nog niet is.
Blosjes op de ronde wangen
verklaren dat het voor Annie
Broeckman geen alledaags
werk is om met iemand van de
krant te praten. Ze zal de laats
te zijn om zoiets te vragen.
Anderen, die haar van nabij
kennen en met veel respect en
waardering over haar werk
spreken, hebben dat gedaan.
Binnen verraadt alles stijl en
smaak. Geen minutieus opge
ruimde kamer, gewoon gezel
lig. Uit een bruine stenen thee
pot daalt „het bakkie" in gla
zen kopjes. Zo werd er vroeger
thee geschonken, en zo hoort
het nu nog. Roerend in de thee
gaat ze van start. Aarzelend
als ze over zichzelf spreekt,
een kwetterende zich "steeds
verplaatsende mus wanneer
het onderwerp kinderen ter
sprake komt. Wat wil je als
een mens er zoveel heeft ge
had?
Annie Broeckman, een oorlogs
kind. Ze werd in 1915 in Laren
(N.H.) geboren. Ze maakte
deel uit van een familie die uit
twee broers, een zusje en een
pleegbroer bestond. Middelen
van bestaan kwamen van va
der, kunstschilder. Afgaande
op hetgeen er van zijn werk bij
Annie bewaard is gebleven
moet schraalhans in haar
jeugd keukenmeester zijn ger
weest.
Annie: „Ik heb mij nooit mis
deeld gevoeld, maar rijk had
den wij het in financieel opzicht
zeker niet. Welke kunstschilder
had dat in die tijd wel?
Wij woonden op de hei. Om iets
bij te verdienen hield vader
kippen, maar dat is nooit een
sukses geworden. Er moest al
leen maar geld bij, want vader
had er helemaal geen verstand
van".
Dankzij het onderwijs dat ze
op de humanitaire school volg
de kon ze na de lagere school
doorstromen naar de kweek
school in Hilversum. Annie
Broeckman: „Dat was heel
wat in die tijd. Geen baantje
zoeken en geld binnen brengen,
nee studeren, werken aan een
stukje zekerheid in de toe
komst. Ik was twintig jaar toen
ik de kweekschool verliet.
rijk. Ze moeten er immers in de
eerste plaats plezier in hebben
om naar school te gaan. De rest
komt dan wel, dat is toch een
kwestie van aanleg en karak
ter. Sommige mensen zijn
overigens merkwaardige ou
ders. Ik heb op de kleuter
school eens een vader bij mij
gehad die er op stond dat ik
zijn zoontje van vier leerde le
zen. Motief: de man was zeer
laat getrouwd en wilde tijdens
zijn leven ongeveer al weten
waartoe zijn zoontje nu en la
ter in staat zou zijn. Het is
jammer dat ik het zeggen
moet, maar veel ouders tonen
weinig belangstelling voor het
onderwijs. Als het nieuwtje van
het voor 't eerst naar school
gaan van de kinderen er af
is dan daalt de interesse. Het
zit niet zo diep.
Ik geloof dat de tegenwoordige
ouders allemaal veel te jong
zijn. Ze hebben het vaak druk
ker met zichzefl dan met de
kinderen. Het klinkt niet erg
aardig, maar het is wel zo.
Neem nou ouderavonden. In
het begin kom je als het ware
ruimte tekort. Als er een jaar
voorbij is zie je ze zelden of
helemaal niet meer. Vaders die
een ouderavond bezoeken zijn
ook vrij zeldzaam. Schijnbaar
gaat men ten onrechte van de
gedachte uit dat opvoeding een
zaak is die alleen de vrouw,
de moeder aangaat. Het is zo
belangrijk dat ook de vaders
zich laten zien. Als je een kind
wil leren begrijpen dan moet
je soms beide ouders kennen.
Vergeet niet dat de sfeer van
thuis door het kind naar school
wordt meegenomen. Willen wij
de opvoeding van thuis op
school in positieve zin een ver
volg geven dan moet je meer
dan de naam en het adres
van een leerling hebben.
Dan pas kun je het beste er
uit halen en kun je proberen te
redden wat er te redden valt.
Zo denken ze er bij ons op school
allemaal over. Als het met kin
deren mis gaat of dreigt mis
te gaan dan moet je je zelf
altijd de vraag stellen: hadden
wij er meer aan kunnen doen?
Bijna altijd heeft het wel iets
met thuis of de buurt te maken.
Vader drinkt, moeder neemt
het niet zo nauw en ruzie is
dagelijks even vanzelfspre
kend als het ontbijt. Kom daar
maar eens achter, het kind
zelf is de laatste die met zijn
ellende te koop loopt.
„Juffie Broeckman"is ze ooit
een keer precies op tijd van
school weggegaan? Haar leven
is vele jaren uitsluitend afge
stemd geweest op en met kin
deren. Ieder schooljaar kende
slechts één verdrietig dagje.
De laatste dag. Afscheid ne
men van de kinderen die ze het
volgend jaar niet in haar klas
terug zou zien. Het definitieve
afscheid van school doet meer
pijn dan in woorden is uit te
drukken. „Misschien hebben ze
mij nog wel eens nodig'is haar
laatste houvast. Een mens zou
eigenlijk twee maal geboren
moeten worden. Al was het
maar om kans te maken bij
„juffie Broeckman" in de klas
te komen zitten.
JAN LEIJENDEKKER.
De „lichting" 1979 die afzwaaide
Geen schijn van kans op een
baan in het onderwijs. Nie
mand zat in 1935 op Annie
Broeckman te wachten. „In
Soest werd ze voor het eerst
„jufü?"
Vele Indiè-gangers keerden
naar Nederland terug of stuur
den hun kinderen. Een deel
daarvan vond onderdak bij een
particuliere kleuterschool in
Soest. Het schooltje aan de
Parklaan.
Annie Broeckman over die
tijd„Een merkwaardig begin.
Kinderen, peuters nog, bezig
houden in een schuur die eerst
dienst had gedaan als berg
plaats voor Angora-katten of
konijnen. Toen de fokkerij mis
lukte ging de eigenares met
kleuteronderwijs beginnen.
Toen ze ziek werd mocht ik
er gaan werken.
Iedere avond moest ik bij haar
thuis verslag komen uitbren
gen en kreeg ik opdrachten
voor de volgende dag. Zelfs de
liedjes die ik de kinderen moest
leren werden dwingend voorge
schreven. Met zoiets moet je
bij mij natuurlijk niet aankomen.
Er waren trouwens meer
merkwaardige dingen. Op een
dag mis ik een jongetje in de
klas. Ik maak daar melding
van en krijg te horen dat me
vrouw uitsluitend elite-kinde
ren op haar school wenste. De
vader van dat kleine manneke
was bezorger bij van Gend en
Loos, in de opvatting van mijn
werkgeefster was dat iets ge
heel anders. Voor mij niet
hoor. Voor mij zijn alle kinde
ren gelijk en hebben leerkrach
ten ook vandaag nog de op
dracht jonge mensen op te voe
den tot goede leden van de
maatschappij. En een stukje
van die opvoeding begint al bij
het kleuteronderwijs. Twee
jaar heb ik het er noodgedwon
gen moeten uithouden. In die
tijd trouwde ik Rien, raakte in
verwachting en verdween van
school". 1
Lange tijd heeft het er de
schijn van gehad dat Annie
Broeckman de school van bin
nen niet meer zou zien. Huwe
lijk en gezin eisten haar vol
ledig op., Niet zonder trots ver
telt zij hoe het haar kinderen
vergaan is. Toon, nog steeds
bij moeder thuis, is leraar aan
een MAVO in Amstelveen, oud
ste zoon Rien behoort tot het
gilde van de timmerlieden,
Dick heeft een vochtig beroep
als badmeester in Vianen, en
zoon Theo zocht het als verte
genwoordiger in de handel.
Twee jaar na de dood van Rien
Broeckman stapte Annie
Broeckman in 1961 het onder
wijs weer binnen. Terugkij
kend zegt ze: „Het is goed dat
ik het heb gedaan. Ook al heb
je vier zonen, de dood van mijn
man kwam als een klap aan.
Ik vloog zo'n beetje tegen de
muur op, en daarbij kwam
dat ik alleen voor de opvoeding
stond. Ik heb beste kinderen,
maar van leren moesten ze
niets hebben. Ik heb ze wel kun
nen helpen, eenvoudig was het
niet. Vreemde ogen dwingen
en daarom kun je kinderen van
anderen meer naar je hand zet
ten".
Er zullen weinig leerkrachten
in Nederland te vinden zijn die
zoveel voor invalster hebben
gespeeld als mevrouw Broeck
man. Heel wat scholen in Soest
en Baarn heeft ze van binnen
gezien. Vele jaren als inval
ster, meestal als juffrouw van
de eerste of tweede klas. De
oorzaak?
Annie Broeckman: „Het kwam
vroeger eenvoudig niet voor
dat een juf in een hogere klas
stond. Dat was gereserveerd
voor mannelijke leerkrachten.
Zelf heb ik daar nooit moeite
mee gehad. Ik voelde mij het
meest aangetrokken tot de
kleinsten. Wat verdeling van
werk betreft: discriminatie is
het natuurlijk wel.
Een van de vele Broeckmanklasjes
Collega'souderswerkgever gemeente Soest, leer
lingen en oud-leerlingen laten juffie Broeckman"
niet zo maar vertrekken. Donderdag 26 juni a.s. zal
tussen 17.00 en 17.30 uur in een nog nader te bepalen
restaurant een afscheidsreceptie worden aangeboden.
In verband met mevrouw Broeckman's gezondheid
moet voor de te verwachten grote belangstelling een
regeling getroffen worden. Het hoofd van de Prins
Willem Alexander-school, de heer J. Suvaal, (telefo
nisch bereikbaar 21538), verstrekt u nadere informa
tie. En omdat u het ook best eens van een ander mag
horen: een boeken- of platenbon is aan „juffie" best
besteed.
„Juffie"Broeckman... thuis
Aan de andere kant is het ook
wel logisch. Worden de kinde
ren ouder dan zijn ze anders
aanspreekbaar en willen ze lie
ver bij een meester zitten. Les
krijgen van een juf vindt een
jongen in de vierde of vijfde
klas kinderachtig'
Aan het bestaan van invalster
kwam voor Annie Broeckman
een eind in 1972. In dat jaar
kreeg ze haar vaste aanstel
ling bij de school die later werd
herdoopt in de Prins Willem
Alexanderschool. Tot aan 26
november '79 deed ze met groot
sukses wisselend de eerste en
de tweede, zij het dat de la
gere school-debutanten haar
voorkeur hadden.
„Dat komt „vertelt ze „omdat
het heerlijk is met die kinderen
op te trekken. Je kunt ze van
af het allereerste begin iets
leren. Kleine mensjes zijn won
deren als je ze een beetje le
zen en rekenen laat ontdekken.
Dat is toch heerlijk. Ze komen
in de eerste klas als kabou
ters binnen en stappen als
dwergen de tweede klas bin
nen. Daar komt bij dat die
eerste klassertjes je zo ver
schrikkelijk hard nodig heb
ben. Je bent in hun ogen zo'n
soort tweede moeder. Ze zeg
gen soms mama tegen mij. Ik
vertel ze dan dat ik dat niet
ben, maar het best zou willen
zijn. Zoiets is toch heerlijk".
Kinderen vroeger, kinderen
nu. Zo er verschillen zouden
bestaan dan heeft een leer
kracht als Annie Broeckman
deze vast ontdekt.
Annie Broeckman: „In de kin
deren die voor het eerst een
klas zien zie ik geen verschil.
Die komen, net als vroeger met
hun angstjes en nieuwsgierig
heid naar school. Ze praten
alleen over andere dingen dan
vroeger. Ze weten meer omdat
ze meer hebben gezien. Wij
konden niet over het buitenland
spreken omdat wij er nooit
geweest waren. Zij wel. In Ita
lië en Oostenrijk, met de auto,
caravan of vliegtuig. In hun
opvatting hebben ze de hoogste
bergen beklommen en de
zwaarste rotsen getild. Heer
lijk om naar te luisteren.
Verschillen bestaan er wel wat
de oudere kinderen betreft. Wij
waren veel bedeesder, zij zijn
vrijer, grover. En dan heb ik
er nog weinig moeite mee, om
dat ik humanitair onderwijs
heb gevolgd wat in die tijd zeer
progressief was. Groene
schoolborden, gele krijtjes".
Humanitair onderwijs, inspira
tie-bron voor veel openbaar on
derwijs.
De voorkeur van Annie Broeck
man gaat er- naar uit. Nie
mand hoort haar zeggen dat
openbaar onderwijs beter is
dan de bijzondere scholen. „Ik
heb geen religie en voel mij
vooral tot het openbaar onder
wijs aangetrokken omdat ik
het gevoel heb dat alle kinde
ren daar hetzelfde moeten en
kunnen zijn. Ik heb het van va
der meegekregen. Hij vond in
zijn tijd dat onderwijzers
niet aardig genoeg voor kin
deren zijn. Kan best waar ge
weest zijn hoor. Ik weet het
niet. Na mijn eerste schooldag
als leerkracht vroeg hij mij
of de kinderen mij aardig von
den. Ik heb hem toen geant
woord dat ik daar niet naar
had gevraagd en dat zelf wel
zou ontdekken.
Ik wil er mee zeggen dat hij
wou dat kinderen je aardig
vonden. Dat is tegenwoordig
geloof ik ook meer het geval
dan vroeger. Het heeft o.a. te
maken met de methode van
onderwijs. Het is niet meer