Gemeentebestuur straft St. Joseph
voor zelfstandig blijven
Pub
cDecK^rtec5uineiv%
Jan van
Gendt,
de pastoor
die geen
Paus werd
ïbiNNENhuis
DAT KAN
Gouden
Priesterjubileum
in Soest-Zuid
Buitenspel gezet:
Chaise-longue.
Tien kunstenaars verzorgen
bijzondere Soester Amnesty-avond
GEMEENTE
vraagt; uw aandacht;
voor:
Hinderwet-ontwerp beschikking
Bouwzaken
Verleende bouwvergunningen
P't moet
je zien!
Geweldige
Veiling van restaurant
aan de Kerkstraat
Met de hemelvaart gezellig thuis
dineren en toch niet koken?
Wij bezorgen gratis binnen
Soest en de verpakking
mag u houden.
Vanaf 12.00 p.p
RESTAURANT
Op de gemeentesecretarie (a/deling I) en de bibliotheek aan de Al-
bert Cuyplaan ligt ter inzage een verzoek van:
Woningbouwvereniging Soest. Laanstraat 84 te Soest om een vergunning
tot het oprichten, in werking brengen en in werking houden van een
onderhoudstimmerwerkplaats op het perceel Laanstraat 84 te Soest.
De strekking van het ontwerp van de beschikking is:
Vergunning wordt verleend onder het stellen van voorwaarden.
Gemotiveerde bezwaren tegen de ontwerp-beschikking kunnen schriftelijk
worden ingebracht door de aanvrager en degenen die reeds schriftelijk of
mondeling bezwaar hebben gemaakt tegen het verzoek om vergunning
en hen die daartoe redelijkerwijze niet (tijdig) in staat zijn geweest.
De bezwaarschriften moeten bij het gemeentebestuur worden ingediend
vóór 10 juni 1981. Indien men dat wenst, worden de persoonlijke gegevens
van degene die een bezwaarschrift indient niet bekend gemaakt. Het ver
zoek daartoe moet schriftelijk tegelijkertijd met het bezwaarschrift
bij het gemeentebestuur worden ingediend.
(Openbare bekendmaking)
Toepassing artikel 19 Wet op de Ruimtelijke Ordening en artikel 50. lid
8 van de Woningwet.
Bij het college zijn aanvragen binnengekomen voor:
het uitbreiden van een woonhuis op een terrein gelegen aan de Middel-
wijkstraat 20 te Soest (kadastraal bekend gemeente Soest, sectie K nr
2818)
het bouwen van een woonhuis op een terrein gelegen aan het Oude
Grachtje te Soest (kadastraal bekend gemeente Soest, sectie G.
nr. 6288)
Genoemde bouwplannen liggen vanaf 29 mei a.s. gedurende 14 dagen ter
inzage op de gemeentesecretarie (afdeling I) op de werkdagen tussen
9 en 12 uur.
Gedurende bovengenoemde termijn kunnen bij het college van b. en w.
schriftelijke bezwaren worden ingediend tegen de bouwplannen.
(Niet-gebonden besluiten
Verlening d.d. 20 mei 1981.
verbouwing van een magazijn en werkruimte op het perceel Koppen
laan 21 te Soesterberg (kadastraal bekend gemeente Soest, sectie E,
nummer 2026
uitbreiding van een woonhuis op het perceel Kerkpad ZZ 78 kadastraal
bekend gemeente Soest, sectie A. nummer 4574
vergroten van een woonhuis op het perceel Bartolottilaan 35
kadastraal bekend gemeente Soest, sectie C, nummer 3183)
bekleden van gevels van een woonhuis en bouwen van een schuurtje op
het perceel Gen.Winkelmanstraat 69 te Soesterberg (kadastraal bekend
gemeente Soest, sectie E. nummer 3021);
bouwen van een woonhuis met carport en berging op het perceel Vos-
senveldlaan 13a (kadastraal bekend gemeente Soest, sectie C. nummer
2151 ged.
bouwen van een erfafscheiding op het perceel Bartolottilaan 34 (kadas
traal bekend gemeente Soest, sectie C. nummer 2923)
bouwen van een woonhuis op het perceel Vosseveldlaan 48 (kadastraal
bekend gemeente Soest, sectie C. nummer 3918 ged.
bouwen van feen woonhuis op het perceel Vosseveldlaan 50 (kadastraal
bekend gemeente Soest, sectie C. nummer 3918 ged.
Ingevolge de Wet Administratieve Rechtspraak Overheids Beschikkingen
(Wet Arob) kan de natuurlijke of rechtspersoon, die door het besluit
rechtstreeks in zijn belang is getroffen, binnen 30 dagen na dagtekening
van de beschikking bij het college van b. en w. een gemotiveerd bezwaar
schrift indienen.
INFORMATIES: INFO-CENTRUM, STEENHOFFSTRAAT 9a
TELEFOON 02155 22555.
V OPEN MAANDAG t/m VRIJDAG VAN 10.00 -12.30 - 13.30 - 17.00 UUR
De woningbouwvereniging Sint Joseph
voelt zich door de gemeente ernstig
benadeeld, zowel wat het huidige toe
wijzingsbeleid als de nieuwbouw moge
lijkheden betreft. Het moet een gevolg
zijn van het feit dat St. Joseph na jaren
samenwerking in Stichting Samenwer
kende Woningbouwcorporaties, in 1979
besloot als zelfstandige vereniging
door te gaan. De leden maakten toen
duidelijk niets te voelen voor fusering
met de woningbouwverenigingen Pa
trimonium en Goed Wonen en het
gemeentelijk woningbouwbedrijf.
„Ons wordt nu duidelijk wat burge
meester mevrouw Corver in november
1979 bedoelde met haar opmerking in
de raadsvergadering, naar aanleiding
van opmerkingen van het raadslid Van
den Brakel: „U weet toch hoe we dat
doen!", aldus voorzitter H. Snel tijdens
de vorige week gehouden algemene
ledenvergadering.
De vergadering werd uiterst slecht
bezocht. Slechts 34 van de ongeveer
2000 leden die de bouwvereniging telt,
waren aanwezig. Voor hen luchtte
voorzitter Snel in zijn openingswoord
zijn hart ten aanzien van de behande
ling door het gemeentebestuur.
Hij stelde de zin van het lidmaat
schap onder deze omstandigheden ter
discussie en zei het afgelopen jaar daar
zelf aan getwijfeld te hebben.
Twee zaken spelen een belangrijke rol
in het bestaan van een dergelijke ver
eniging: het woningtoewijzingsbeleid
en de nieuwbouw. Op beide terreinen
wordt St. Joseph door de gemeente
tegengewerkt. „Aanvankelijk", aldus
Snel, „rekenden wij, na een onderhoud
met burgemeester en wethouders, op
een goede samenwerking. Zeker na de
toezegging dat wij als een wettig toe
gelaten instelling op erkenning van het
gemeentebestuur konden rekenen".
Er is niets van terecht gekomen, zei
Snel. „Er lijken wel geheime afspra
ken gemaakt te zijn om ons langs
andere wegen kapot te maken om het
gestelde doel. één woningbouwvereni
ging Soest, welke geheel in de macht
van het gemeentebestuur zou liggen, te
realiseren".
Sprekend over het toewijzingsbeleid
merkte hij op dat het nu gehanteerde
puntensysteem weliswaar goede kan
ten heeft om de urgentie van de
aanvragen te kunnen bepalen, maar
dat het aan de andere kant de moorde
naar van het beleid is.
„Zo ontbreekt elke visie omtrent de
woningnood, welke voor een groot deel
ondergebracht kan worden in het ver
langen ook voor andere woonruimte in
aanmerking te komen dan alleen maar
een flatwoning omdat het gezin uit
twee of drie personen bestaat", aldus
voorzitter Snel. Hij zei dat St. Joseph
nu nog slechts een lijstje met kandi
daten uit het ledenbestand mag indie
nen voor een bepaalde leegkomende
woning. Tachtig procent van de toewij
zingen vindt plaats aan niet-leden;
onze inspraak is minimaal, de leden
komen er praktisch niet meer aan te
pas.
„Heel duidelijk is wat een gemeente
ambtenaar opmerkte: „Jullie zijn er
alleen maar voor het beheer en het
onderhoud van de woningen. Met de
toewijzing moeten jullie je niet meer
bemoeien. Dat moeten jullie aan ons
overlaten", aldus Snel.
klassiek:
mollerusstraat 7
modem:
laanstraat 22
3743 BG Baarn
Ben royale bank voor twee.
Vlijt u zich eens behaaglijk in zo'n
fraaie twee-zits.
En laat u eens lekker lui informeren
door onze binnenhuisarchitekt.
Hij ontwerpt voor u met genoegen
een perfekt passend interieur.
Klassiek, modem of een
kombinatie van beide.
k.de boer&zoon bv
adviseurs voor interieur en
bimenhuisarchitektuur svm
Zeven dichters en drie musici ver
zorgen de bijzondere avond georgani
seerd door de Soester werkgroep van
Amnesty International ter gelegenheid
van het twintigjarig bestaan van deze
organisatie. De bijzondere Amnesty-
avond wordt gehouden op maandag 1
juni in De Borg te Soest.
Het zijn de dichters en auteurs
Adrienne van Vriesland, Ankie Pey-
pers, Mieke Bal. Dirk Kroon, Gerrit
Borgers, Kees Winkler en Willem Sin-
ninghe Damsté die een buitengewoon
indringend programma van gedichten
ten gehore zullen brengen in samen
werking met de politieke vluchtelingen
uit Uruguay, de zanger, komponist,
gitarist Hector Numa Moraes.
Leslie Somlai en Harry Schram, res-
pektievelijk op viool en piano zullen
het programma omlijsten met hun mu
zikale bijdragen. Leslie Somlai. thans
één der concertmeesters van het Radio
Filharmonisch orkest, is destijds als
politiek vluchteling uit Hongarije in
ons land gekomen. Harry Schram is
al vele jaren aktief Amnesty-lid. Voor
al op artistiek gebied heeft hij al veel
Amnesty-aktiviteiten ondersteund. De
avond begint om 20.00 uur precies met
een openingswoord door de burge
meester van Soest, mr. P.Scholten.
Een ieder die blijk wil geven van zijn
medeleven met Amnesty International
is van harte welkom. De toegang is
gratis. Programma gratis aan de zaal
verkrijgbaar. In de pauze zal worden
gekollekteerd voor schrijvers die om
hun werk, overtuiging, ras of geloof
gevangen zitten. Nadere informatie
verstrekt het sekretariaat van de
werkgroep. Draailier 23, Soest. Tel.
02155-17001.
Mieke Bal, een der medewerkenden
van de P.E.N. Poëziegroep
Ook de nieuwbouwmogelijkheden wa
ren op het moment nihil en op brieven
aan het gemeentebestuur, kreeg men
geen antwoord. „Wij zijn niet aan bod
gekomen bij het Albert Cuyplaanplan,
de Gouden Ploeg. Overhees 2 en nu ook
weer niet met het plannetje aan de
Beetzlaan. Het is vaak om moedeloos
van te worden", aldus de heer Snel.
„Ondanks het grote ledental moeten
wij vermoedelijk klein gehouden wor
den".
St. Joseph kreeg ook niet de kans grond
te kopen; die is in bezit van het
gemeentelijk grondbedrijf. „Verkoch
ten ze daar maar wat van", zei Snel.
„want daar is méér mee te doen dan
met het openluchttheater".
Hij riep de leden op als één man achter
het bestuur te blijven staan. „Dan is er
geen plaatselijke overheid welke om
ons heen kan. We zullen de verant
woordelijke overheid keihard met de
neus op de feiten moeten drukken.
Alleen met deze instelling heeft het zin
om lid te blijvenlid zonder bewoner te
zijn", aldus de heer Snel.
De vergadering had een bijzonder vlot
verloop. Notulen en jaarverslag
passeerden zonder problemen. Het fi
nancieel verslag over 1979 kon nog niet
behandeld worden omdat de eind
afrekening uit de periode van de S.S.W.
nog maar net enkele dagen binnen was.
Bij de bestuursverkiezing werden de
heren B. E. Onwezen, M. H. A. Hoog
straten en commissaris A. H. Rikhof
herkozen. In de vacatures De Graad en
Veen werden benoemd de heren M. van
Dalen en H. C. Hanja, terwijl het
aantal bestuursleden werd uitgebreid
door de benoeming van de heer W. H.
Schuurhannes uit Soesterberg.
Het voorstel de voorzitter een ver
goeding toe te kennen, werd door het
bestuur, mede op verzoek van voor
zitter Snel. ingetrokken en met een
rondvraag werd de vergadering beslo
ten.
nu
Ten overstaan van de Notarissen M. H
A. van Veeren en Mr. H. H. Elferink
te Soest en J. G. van der Laan te Laren,
werd dinsdagavond om 20.00 uur in
wijkgebouw „De Rank" te Soest,
publiek verkocht, ingevolge arlikei
1223 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek,
het restaurant met schuur, ondergrond
en erf, aan de Kerkstraat 59, te Soest,
groot 2.75 are.
Het perceel werd ingezet op 126.000,-
door de heer R. de Bruin te Soest en
niet afgemijnd, zodat de heer De Bruin
eigenaar werd van het restaurant.
^BIRKSTRAAT108 - SOEST
ase«
02155-13720
„Dat Is niet zo moeilijk. Ik heb de tijd aan mij zelf. Schikt het vanavond?", luidt
de telefonische vfbag wanneer ik een afspraak wil maken met de oud-pastoor
van Soest-Zuid, de heer J. van Gendt. Directe aanleiding voor mijn verzoek om
een vraaggesprek is het feestelijke feit dat hij op 31 mei a.s. in zijn oude
parochie kerk zijn gouden priesterfeest zal vieren.
Weliswaar is hij sinds 1970 om gezond
heidsredenen emeritus-pastoor, de be
lofte van de onlangs overleden Soest-
Zuid pastoor E. van Wijk dat het feest
niet onopgemerkt voorbij zal gaan
wordt nagekomen. Een uur of wat later
komt mijn auto in het grint van Heide
weg 52 tot stilstand. Bomen werpen
schaduwen op het huis van de zusters
van O.L.Vrouw van Amersfoort, Regi-
na Pacis („Koningin van de Vrede").
Hoog ln de lucht zingen wat vogels. Ik
bel aan en een vriendelijke non ver
schijnt ln de deuropening. Mijn bezoek
is al aangekondigd. Ze begeleidt mij
door een lange frisse gang naar mijn
gesprekspartner van die avond. Het
loopt tegen de klok van zeven uur. In en
met boeken, gemakkelijke stoelen en
beelden gevulde kamer begroeten wij
elkaar.
Op dat moment realiseer lk mij dat het
vijftien jaar geleden ls toen wij elkaar
voor 't laatst zagen en spraken. Hij
maakt een wat verslagen indruk. „Heb
je al gehoord wat er vanmiddag in
Rome is gebeurd? Er is een aanslag op
de Paus gepleegd. Laten wij eerst even
het journaal beluisteren om te weten
hoe de toestand is".
Terwijl wij wachten op de journaal
lezer wordt er koffie binnengebracht.
Koffie die onaangeroerd blijft, omdat
wij ons het eerste uur bezig houden met
het hoe en het waarom rond het
gebeuren op het Sint Pietersplein.
Wanneer het journaal van acht uur de
zekerheid verschaft dat niet het ergste
moet worden gevreesd begint Jan van
Gendt zijn levensverhaal. Het is in
gedachten bladeren in een halve eeuw
oud Rooms-Katholiek priesteralbum.
In dit verhaal kunt U met ons mee
kijken.
Meer dan de helft van zijn bewogen
priesterleven speelde zich af in een
periode dat R.K. kerken kaarsrecht
overeind stonden en er van het pro
gressieve katholieke Nederlandse
volksdeel niet of nauwelijks sprake
was. Zoals Michel van der Plas in „De
kerk gaat uit" schrijft: de kerk stond
er; op het Oosten gericht; alles had er
zijn vaste plaats: altaar en preekstoel,
communiebanken en biechtstoel;
banken voor de pachters en „armen-
banken"; en alles had er zijn vaste
uur: de heilige missen op zondag en de
werkdagenhet lof, de bijeenkomsten
van de congregaties; de kruisweg, het
biechthoren. De kerk stond er en daar
binnen stond alles veilig en herkenbaar
en vertrouwd vast. De klokken riepen
en men ging. En waar je ook ter wereld
zou komen, overal zou je hetzelfde
Credo kunnen meezingen, en was dat
geen zegen? Het speelde zich af in een
tijd dat het kerkvolk tijdens de zondag
se predicatie werd toegesproken met
„Beminde gelovigen". Een tijd van
geuren en kleuren, knielen en zitten,
belletjes en gongslagen. Een tijd ook
waarin het altaar uitsluitend aan de
priester scheen toe te behoren. Hij
stond met zijn rug naar „de beminde
gelovigen of dierbare parochianen" en
sprak zijn gebeden in het Latijn. Dui
delijker en begrijpelijker was hij wan
neer hij van de preekstoel het kerkvolk
vermanend toesprak. In deze zes we
ken die jaarlijks aan Pasen vooraf
gingen verliet men na sommige vas-
tenpredicaties soms de kerk met het
pijnlijke gevoel een of meerdere
brandblaren te hebben opgelopen.
Zo is het ongeveer geweest toen Jan
van Gendt op 25 februari 1906 onder de
Dom, in de Utrechtse Keistraat werd
geboren. Vader de bakkerij, moeder de
zorg voor een door en door Rooms
gezin dat maar liefst twaalf kinderen
telde. De ouders van dit kinderrijke
gezin zijn reeds lang gestorven. Twee
van hun dochters kozen voor een lang
en arbeidzaam leven als klooster- en
missie-zuster, zoon Jan werd priester.
Jan van Gendt: „Ik heb een heerlijke
jeugd gehad. Thuis vormde je een
groot gezin. Je voedde elkaar op. Mijn
negen broers en twee zusjes vormden
eigenlijk een grote clan. Prachtig on
derwijs gehad. Leraren die zich tij
dens. maar ook na de schooluren met
je bezig hielden. Fijne kerels. Aan mijn
ouders en het onderwijs uit die tijd heb
ik het te danken dat ik priester gewor
den ben. Mijn zusje Christine die 53
jaar lang in de missie is geweest weet
zich nog precies te herinneren hoe het
in alle speelsigheid allemaal begonnen
is. Paus Pius X stierf in de periode van
de eerste wereldoorlog. Mijn vader
maakte zich grote zorgen over de
opvolging en vroeg zich af wie in
oorlogstijd de meeste geschikte opvol
ger zou zijn. Ik schijn toen te hebben
uitgeroepen dat, als er niemand gevon
den werd, ik bereid zou zijn de Paus op
te volgen. Kindertaal natuurlijk, maar
ik sprak in de geest van mijn vader.
Een man waar ik een grenzeloos grote
bewondering en respect voor heb ge
had. Hij bekleedde allerlei funkties in
het kerkelijk leven. Waar mogelijk
betrok hij mij op vrij jeugdige leeftijd
in zijn kerkelijke aktiviteiten. Dan
denk je misschien dat er pressie op mij
is uitgeoefend om een priesterop
leiding te volgen, maar daar is nooit
sprake van geweest. Alvorens ik thuis
had laten weten naar het seminarie te
willen gaan stond hij er op dat ik toe
latingsexamen voor het gymnasium
zou afleggen. Toen ik daar voor slaag
de had hij in ieder geval de zekerheid
dat ik kon studeren. Mijn priesterroe
ping heeft te maken gehad met het
klaarstaan voor mensen. Mijn ouders
waren daarin een groot voorbeeld. Ik
heb 't als het ware ingedronken gekre
gen. En dan is de uiteindelijke priester
keuze daarvan het logische gevolg. Tot
op de dag van vandaag heb ik er geen
spijt van daarvoor te hebben gekozen.
Em. pastoor J. van Gendt
Twijfels aan de juistheid van mijn
roeping heb ik nooit gekend, wel aan de
uitvoering die ik aan die roeping moest
geven. Tijdens mijn studie-tijd kwa
men er regelmatig missie-paters die
over hun werk vertelden. Ik heb mij
toen wel eens afgevraagd of mijn
roeping in de missie niet beter gestalte
zou krijgen. Vergeet niet dat een vijf
jaar oudere zus van mij toen al in de
missie werkzaam was. Niemand heeft
mij van die plannen willen afhouden en
misschien is het daarom dat ik in alle
vrijheid, zonder dwang of beïnvloeding
van bovenaf, uiteindelijk toch voor een
priesterschap in de Nederlandse kerk
provincie heb gekozen. Het seminarie
sloot aan op wat ik van thuis had
meegekregen. Ook daar vond ik wat
mij thuis zo had getroffen: onderlinge
solidariteit. Na mijn priesterwijding in
1931 werd ik kapelaan in het plaatsje
Duiven bij Zevenaar. Een stevig begin.
Net als nu was daar toen een crisistijd.
Grote voorraden bij de steenfabrieken,
maar geen afnemers. Overal werke
loosheid. In die tijd sociale studie
dagen gevolgd bij de legendarische
Mgr. Poels, katholiek voorvechter voor
de arbeidende klasse. Van hem ge
leerd dat wij niet moesten toekijken.
Dat hebben ze in Duiven geweten. Ik
was er de eerste kapelaan die er een
betoging voor het stadhuis voor betere
uitkeringen heeft belegd. Dat was no
dig ook. Vaders van grote gezinnen
moesten het doen met een wekelijkse
steunuitkering van elf gulden. Te veel
om van te sterven, te weinig om van te
leven. De burgemeester met een dub
bele naam in alle staten. Hij belde mij
op en vroeg wat hij moest doen. Samen
zijn wij naar de betoging gegaan. Geen
wanklank is er gehoord, Meer geld is er
wel gekomen. Ondanks het kleine gel
delijke suksesjes was het een afschu
welijke tijd. Wie niet te werk werd
gesteld moest iedere dag ter controle
komen stempelen. Mensonterend. Een
jaar Duiven, daarna werd ik benoemd
in de Vitus-parochie in Bussum. Een
prachtige parochie. Je hoefde er nooit
een collecte aan te bevelen, je had het
alleen maar mee te delen. Er was van
alles te doen en wat je er ook onder
nam, het slaagde. Ik had gehoopt er te
kunnen blijven toi lk pastoor zou wor
den. Dat is er niet van gekomen. In mei
'39 kreeg IR een briefje van de toenma
lige kardinaal De Jong die mij bij zich
ontbood. Er naar toe, nieuwsgierig,
maar ook niet helemaal zeker van mijn
zaak. Nou stond de aartsbisschop er
om bekend dat hij er nogal tijd voor
nodig had alvorens je een rechtstreek
se mededeling te doen. Zo ook bij mij.
Na een inleiding van een half uur
kwam het er uit als een kip die een ei
legt. Hij had mij mede te delen dat ik
was benoemd tot 'directeur van de
katholieke actie van de vrouwelijke
jeugd voor het gehele diocees. Ik heb
hem gezegd dat hij mij overal voor had
kunnen benoemen behalve voor die
funktie. In mijn tijd als kapelaan had
ik alles bij de hand gehad, maar dat...
In de opvatting van de aartsbisschop
was dit echter eerder een voordeel dan
een nadeel. Daar zat ik. Probeerde nog
wat argumenten naar voren te bren
gen. Tevergeefs. Zijn besluit stond
vast. Zo ging dat in die tijd. Het woord
inspraak en medezeggenschap was nog
niet uitgevonden. In een allerongeluk
kigste tijd ben ik met dit werk begon
nen. Toen ik goed en wel op dreef was
kwamen de Duitsers ons land bezetten.
Die maakten al spoedig duidelijk dat ze
slechts van één beweging, de natio-
naal-socialistische jeugdbeweging, ge
diend waren. De rest moest verdwij
nen. Stad en land ben ik afgereisd om
ledenlijsten, geld en andere zaken in
veiligheid te brengen. Overal liet ik
instructies achter hoe men de zaken zo
onopvallend mogelijk moest voortzet
ten. Helemaal gek waren die Duitsers
natuurlijk ook niet, en dus kwam de
dag dat ik als directeur bezoek kreeg
van de Sicherheitsdienst. Urenlange
verhoren, waarna ze vertrokken. Niet
lang daarna kreeg ik een oproep om bij
„de heren" in Anrhem te verschijnen.
Met de mededeling dat ik ziek was heb
ik „de uitnodiging" afgewezen en met
de eerste de beste trein naar Utrecht
gegaan. Daar werd ik door kardinaal
De Jong ontvangen. Hij gaf mij alle
volmachten om elders werk te vinden
zonder dat ik daarbij het risico liep
door de bezetters te worden opgepakt.
Zes weken ben ik ondergedoken ge
weest, totdat ik van de burgemeester
van Gorssel waterdichte garanties
kreeg dat ik in zijn woonplaats veilig
kon werken. In die periode koerier voor
de kardinaal geweest. Brieven rond
brengen aan pastoors, geheime in
structies afleveren. In de laatste jaren
van de oorlog werd ik benoemd in de
Walburgkerk in Arnhem. De kardinaal
noemde dat een „mooie" parochie. Hij
noch ik wist wat mij daar te wachten
stond. In de bombardementen gelegen,
kerk afgebrand en alles kwijt geraakt.
Met de Arnhemse bevolking geëva
cueerd naar het Veluwse Beekbergen.
Na de oorlog met burgemeester Mat-
ser terug naar Arnhem om het kerke
lijk puin te helpen ruimen. Noodkerk
gebouwd en vervolgens rector gewor
den bij een zusterscongregatie. Einde
lijk zou ik dan pastoor gaan worden. Ik
werd benoemd in Leerdam. Daar ben
ik niet verder dan de stoep geweest. De
pastoor wenste te blijven zitten waar
hij zat en weigerde plaats te maken.
Een week later was mijn benoeming
als pastoor in Didam een feit. Van
Didam terug naar Arnhem. Daar is
wat mij persoonlijk betreft de ellende
begonnen. Na een eerste oogoperatie
werd een parochie met 8000 zielen een
te zware taak. Dat zag men ook in
Utrecht en ik mocht zelf een kleinere
parochie gaan zoeken. In 1966 ben ik in
Soest-Zuid gekomen en er pastoor ge
bleven tot 4 januari 1970. Het ging met
mijn gezichtsvermogen zo slecht dat
het niet langer verantwoord was mijn
funktie te vervullen. Sinds januari '70
ben ik bij de zusters aan de Heideweg
ingetrokken. Enkele jaren heb ik links
en rechts nog geassisteerd, maar mij
nadrukkelijk niet met het parochie
leven willen bemoeien. Dat zou niet
fair t.o.v. mijn opvolger zijn geweest.
Misschien is het mijn oud-parochianen
nu duidelijk waarom ik ze nooit meer
heb bezocht. Als je een besluit neemt je
terug te trekken dan moet je er ook de
consequenties van aanvaarden. Dat
heb ik gedaan, al is het lang niet altijd
even gemakkelijk geweest. Zondag
31 mei a.s. ga lk hier mijn feest vieren.
Met mijn zusjes. Zes weken later is er
weer een feest. Dan herdenken zij het
feit dat ze respectievelijk 55 en 40 jaar
non zijn, en wordt mijn 50-jarig pries
terfeest nogmaals gevierd. Wij doen
dat in Driebergen, in de kerk waar ik
mijn eerste H.Mis opdroeg. Wat de
viering in Soest betreft ben ik er heel
gelukkig mee dat een priesterzoon van
deze parochie, pater Gerard Smeele,
mij bij de kerkelijke viering assisteert.
Met de bejaarden van Soest-Zuid heb ik
al een klein feestje gevierd. Ik hoop dat
mijn vroegere parochianen zich mij op
31 mei nog weten te herinneren. Na af
loop hebben ze in ieder geval een kopje
koffie tegoed."
Jan van Gendt, vandaag 75 jaar oud,
straks 50 jaar priester. Bezig aan de
laatste etappe van zijn veelbewogen
leven. Sinds elf jaar leeft hij in een
soort gedwongen aanpassing. Omge-
ven met een meer dan liefderijke en
zorgzame begeleiding ln Regina Pacis.
Ondanks zijn zware visuele handicap
kent hij het geluk dagelijks In het
kleine knusse kappelletje de eucharis-
tievlering te kunnen doen. Het luiste
ren naar televisie en radio, gesprekken
met schaars bezoek en zusters houden
hem niet helemaal van de bulten-
wereld afgesloten. Een buitenwereld
die in kerkelijk en geestelijk opzicht
vraagt"11 68n Onm0ïelUke aanpassing
Daarover zegt hij: „Het klinkt als een
cliché wanneer ik beweer dat wii hier
ln Holland wel erg hard van stapel
lopen. Ik weet al vijftig jaar dat de
zaak veranderen moet. In mijn leven
heb Ik op mijn manier gepACrS
daaraan iets te doen. Jammer alleen
dat er een aantal belangrijke waarden
verloren zijn gegaan. Het is treurig en
verdrietig dat men zo ongenuanceerd
tegen het instituut kerk schopt en zRh
daarbij dan ook nog beroept op het
Nederlands Pastoraal Concilie Ge
makshalve vergeten ze dan maar de
brochure die kardinaal Alfrink ee
schreven heeft en waarin hij stelt dat
men van de hiëarchische structuur van
de kerk moet afblijven. Met dat laatste
hangt samen de opvatting van het
ambt. Toen ik ging bedanken voor miin
pastorale funktie in Soest-Zuid heb ik
de kardinaal gevraagd of ik na die tijd
nog wel priester zou zijn. Hij vroeg of
en waarom ik daaraan twijfelde ik
heb hem toen geantwoord dat er tegen
woordig zoveel meningen over het
ambt en sacramenteel priesterschap
worden verkondigd dat je je gaat
afvragen of je het nog wel bent
Tegenwoordig zegt men dat je priester
bent. niet krachtens je wijding, maar
omdat er een nodig is.
Neem een geloofswaarde als het biech
ten. Dat is toch een geweldig verlies
Het is geen toeval dat psychiaters voilé
wachtkamers hebben. Wij zijn er mee
opgehouden en zij zitten er mee. Ik las
laatst een artikel in de Amersfoortse
Courant. Het kwam er samenvattend
op neer dat gewijde priesters geen
voorwaarde meer zijn en oude pastoors
vroeger het allemaal even te goed
geweten hebben. Die pastoors zijn er
natuurlijk geweest. Als wij het over die
pastoors hebben dan spreken wij
meestal over dezelfden. En ter ver
ontschuldiging, ze zijn niet zo geboren,
ze zijn zo gemaakt. Niemand is vroe
ger als een wijsgeer of een autoriteit
begonnen. Tegenwoordig studeert men
geen theologie meer, men kiest uit het
voor of tegen wat zich rond die theo
logie beweegt. Zeer recent, bij roepin
genzondag, had een reclameman de
kreet bedacht: „Pastor wat doe Je?".
Een kreet die volkomen nergens op
slaat. Waar wij priesters ln de toe
komst mee staan of vallen is de eer
lijke beantwoording van de vraag:
„Pastor wat ben je?".
Jan Le yendekker