"Is het probleem van de vluchteling
niet veel groter dan ons probleem;
AU€
«MS*
Vluchtelingenwerk maakt
asielzoeker/vluchteling
beetje wegwijs in Soest
Diepgewortelde vooroordelen over asielzoekers en vluchtelingen zijn niet
gebaseerd op kennis van de situatie
Onderscheid
asielzoeker/
vluchteling
tl
WOENSDAG 12 JANUARI 1994
OP 'T HOOGT
PAGINA 2
Wethouder Frans Kingma (PvdA) over opvang in Soest:
Vluchteling is
meest urgente
woningzoekende
Er is bij een grote groep
mensen in de samenleving
nog steeds sprake van mis
verstand en onwetendheid
over asielzoekers en vluchte
lingen. De negatieve reacties
van die groepen zijn hiervan
het bewijs. De mensen voe
len zich door de komst van
asielzoekers en vluchtelin
gen bedreigd, zeggen ze, zij
het soms niet met zoveel
woorden. En: "Ze profiteren
van onze sociale voorzienin
gen, leggen beslag op een
deel van het werk en houden
de woningnood in stand
doordat zij meestal vóór
gaan, hoewel 'eigen' mensen
allang aan de beurt zijn".
Zo zijn er nog wel een paar voor
beelden te geven van kenne
lijk diepgewortelde vooroordelen.
Vooroordelen kenmerken zich
doordat ze niet gebaseerd zijn op
kennis van de situatie. Het zijn
spontane, meestal negatieve maar
altijd voorbarige oordelen.
Hoe is de situatie nu werkelijk? In
een gesprek met wethouder Frans
Kingma van welzijn, Wibo Rip,
hoofd van de gemeentelijke afde
ling sociale dienstverlening, en me
vrouw Ammy Langenbach, coördi
nator Vluchtelingen Werk in Soest,
wordt de situatie bekeken zoals die
nu in Soest is en wat de verwachtin
gen zijn voor de toekomst.
Asielzoekers en vluchtelingen, zijn voor velen vaak meteen een pro
bleem. "Waarom eigenlijk?", vraagt wethouder Frans Kingma zich af.
"Is het probleem van de vluchteling niet veel groter dan ons probleemIs
het wel terecht dat we ons zo druk maken? In z'n algemeenheid is het zo
dat de mensen een heleboel niet weten over asielzoekers en vluchtelin
gen. Je merkt telkens weer dat er mensen zijn die zeggen: Ik heb mets te
gen vluchtelingen, hoor, maaren dan volgen er een paar vooroordelen.
Dat kun je gewoon over je heen laten gaan en zeggen: dat is dan jammer,
maar het is natuurlijk beter om de mensen te informeren over wat er wer- Alles Kwijt
kelijk aan de hand is, wat er precies gebeurt, om wat voor mensen het gaat
die hier naar toe komen en met wat voor problemen ze te kampen heb
ben".
in flatwoningen. Wethouder King
ma erkent dat dit voor inwoners die
allang op een woning wachten en
hoog op de wachtlijst staan, een
domper is. Hun geduld wordt im-
mers nog iets langer op de proef ge
steld.
Soest telt momenteel tachtig asiel
zoekers. Dat is op dit moment de li
miet, het aantal dat Soest redelijker
wijs kan opvangen. De limiet ver
schilt per gemeente en hangt af van
de grootte ervan. Een opvangcijfer
van twee promille van het aantal in
woners wordt redelijk geacht. Voor
de tachtig asielzoekers in Soest zijn
25 flatwoningen beschikbaar ge
steld. Met de woningbouwvereni
gingen is uitdrukkelijk afgesproken
dat deze worden verspreid over de
flatblokken. Dat werkt volgens Wi
bo Rip tot nu toe goed: "Er zijn bij
de gemeente niet echt klachten bin
nengekomen".
De uit hun land gevluchte buiten
landers worden overal in de wereld,
dus ook in Nederland opgevangen
als ze hebben laten weten dat ze als
vluchteling erkend willen worden.
Elke individuele asielzoeker wordt
dan door een medewerker van het
ministerie van justitie beoordeeld
op zijn of haar vluchtverhaal. Ver
"Maar dan is het goed om je eens
voor te stellen wat jij zou doen als je
in de situatie van de asielzoekers
verkeerde. Als iemand al een tijd op
een flatje wacht die nog bij z'n ou
ders thuis woont, dan waag ik te be
twijfelen of het echt een probleem is
als hij of zij nu over een maand of
over een halfjaar een flat krijgt. De
asielzoeker aan wie de flat wel
wordt toegewezen, is écht een
schrijnend geval. Hij heeft helemaal
niets, is praktisch alles kwijt, heeft
geen inkomen, spreekt de taal niet,
heeft heimwee, is bezorgd over het
lot van familie, vrienden en kennis
die zijn achtergebleven en
Een asielzoeker is iemand die een
asielverzoek heeft ingediend en nog
op antwoord wacht. Een vluchte
ling is iemand die als vluchteling er
kend is en in Nederland mag blij
ven.
Dit is het onderscheid tussen een
asielzoeker en een vluchteling.
Voor de opvang zijn landelijke re
gels vastgesteld. De norm voor
Soest is, dat er voor de periode
1993/1994 tachtig asielzoekers
2 promille) en 91 vluchtelingen op
gevangen moeten worden.
Nederland heeft zich, net als 113
andere landen, verplicht tot de op
vang van asielzoekers/vluchtelin
gen door ondertekening van het
Vluchtelingenverdrag Genève van
1951. Het gaat om de opvang van
mensen die uit angst voor vervol
ging hun geboorteland zijn ont
vlucht. Ze worden gediscrimineerd,
bedreigd, gemarteld, en zijn bang
om gevangen genomen te worden.
Het Vluchtenlingenverdrag om
schrijft een vluchteling als iemand
'die uit gegronde vrees voor vervol
ging wegens ras, godsdienst, natio
naliteit, het behoren tot een bepaal
de sociale groep of zijn politieke
overtuiging, zich buiten het land be
vindt waarvan hij de nationaliteit
bezit, en die de bescherming van dat
land niet kan, of uit hoofde van bo
venbedoelde vrees niet wil inroe
pen'.
Eén van de meest gestelde vragen
over de opvang van vluchtelingen in
Nederland betreft hun huisvesting.
Waarom krijgen die 30.000 vluch
telingen voorrang bij het vinden van
woonruimte?
Omdat zij definitief in Nederland
mogen blijven en dus geen asielzoe
kers meer zijn, mogen ze niet in de
voorzieningen voor asielzoekers
(asielzoekerscentrum of ROA-wo-
ning -regeling opvang asielzoe
kers-) blijven. Ze staan in feite op
straat, zonder dak boven het hoofd.
Daarmee behoren zij tot de groep
hoogst urgenten en krijgen zij voor
rang bij het zoeken naar woonruim
te.
Het rijk komt de gemeenten finan
cieel tegemoet in de kosten en werkt
bovendien mee aan het zo snel mo
gelijk realiseren van woonruimte
voor 30.000 vluchtelingen. Dit is
mogelijk door nieuwbouw maar
ook door het verbouwen van be
staande gebouwen tot wooneenhe
den.
op zijn 01 naar viucmveiiiaai. vei- sen me zijn acntergeoieven ei
volgens worden de meeste asielzoe- WOrdt bovendien gekweld door na
L-ore #»p.rct r\nHprCTphmrht in P.P.n Otl- ,mnh H^rinnprin
kers eerst ondergebracht in een on-
derzoeks- en opvangcentrum (OC)
waar de procedure wordt voortge
zet.
Niet zomaar
Het is dus absoluut niet zo dat asiel
zoekers 'zomaar' bij de gemeente
terechtkomen, zoals nog wel eens
wordt verondersteld. Als ze inder
daad naar een gemeente gaan, zijn
ze bij de centrale rijksopvang al
'door de molen' geweest. Vanuit het
OC zijn ze eerst nog doorgestuurd
naar een asielzoekerscentrum
(AZC) voordat ze in een gemeente
worden opgevangen. Het gaat dan
om mensen die grote kans maken
op erkenning als vluchteling.
In Soest worden zij ondergebracht
re, vaak onuitwisbare herinnerin
gen of heeft zelfs te lijden van oor
logstrauma's".
Wibo Rip legt uit, dat de gemeente
de woonruimte huurt. Die is mini
maal, sober ingericht en wordt dan
aan de asielzoekers in bruikleen ge
geven. Meestal worden drie of vier
personen of een gezin in één huis
geplaatst. Zoveel mogelijk worden
mensen van dezelfde nationaliteit
en hetzelfde geloof bij elkaar ge
huisvest.
Extra opvang
De gemeente Soest zit momenteel,
zoals gezegd, met tachtig asielzoe
kers aan haar tax. Dat betekent dat
er pas plaatsen openvallen voor de
opvang van nieuwe asielzoekers als
er onder de huidige groep mensen
zijn die de vluchtelingenstatus krij
gen en dus definitief mogen blijven.
Overigens wordt op dit moment
landelijk bekeken of het systeem
veranderd kan worden. Wat hier
van de gevolgen zijn, kan wethou
der Kingma nog niet overzien. Het
is mogelijk dat door de verwachte
komst van extra vluchtelingen,
hoofdzakelijk uit het voormalige
Joegoslavië, voor zo'n 30.000 men
sen extra opvang geregeld moet
worden. Dit zou kunnen betekenen
dat er in Soest zo'n 30 tot 40 wonin
gen extra beschikbaar moeten ko
men. "Voor mensen die op straat
staan, geen dak boven hun hoofd
hebben, en vaak niet meer hebben
kunnen meegenomen dan een paar
koffers met de hoogstnodige spul
len".
Overigens zijn het niet alleen inwo
ners van het voormalige Joegoslavië
die in Soest verblijven. Er zijn bij
voorbeeld ook mensen bij uit Soma
lië, Iran, Irak, Rusland en Algerije.
Mensen met een verschillende ach
tergrond, die in een gemeente
meestal worden opgevangen door
vrijwilligers/sters van de Stichting
Vluchtelingenwerk. Ook in Soest
heeft de gemeente het werk dat aan
de opvang, begeleiding en onder
steuning van asielzoekers en vluch
telingen verbonden is in handen ge
geven van Vluchtelingenwerk.
Overigens blijft de afdeling sociale
dienstverlening hier nauw bij be
trokken, aldus Wibo Rip, vooral als
het om de materiële kant gaat. Niet
alleen het huren en inrichten van
woonruimte is een taak van sociale
dienstverlening, ook op het gebied
van de uitkering en andere financië
le zaken speelt ze een belangrijke
rol.
i
i
De begeleiding van de asielzoe
kers en vluchtelingen die in Soest
komen wonen houdt volgens me
vrouw Ammy Langenbach, coör
dinator van Vluchtelingenwerk
- maatschappelijke ondersteuning
(bijvoorbeeld de weg wijzen in
Soest naar de verschillende organi
saties);
- begeleiding naar Nederlandse
taalles, opleiding en betaald werk;
- juridische ondersteuning voor de
mensen die nog geen verblijfsver
gunning hebben.
Omdat er steeds meer mensen (zul
len) binnenkomen met oorlogser
varingen, zal Vluchtelingenwerk in
de toekomst samen met de daar
voor geëigende instanties meer aan
dacht besteden aan hulpverlening.
Vluchtelingenwerk heeft drie keer
per week spreekuur in Soest en bin
nenkort één keer per week in Soes-
terberg, waar mensen met hun vra
gen terecht kunnen. Daarnaast
heeft iedere nieuwe asielzoeker/
vluchteling een vaste begeleider en
is er de mogelijkheid om een intro
ductieprogramma te volgen.
Negentig procent van het werk van
Vluchtelingenwerk wordt gedaan
door een enthousiast team van tien
vrijwilligers/sters. Sinds kort is me
vrouw Ammy Langenbach bij deze
organisatie als coördinator in deel
tijd werkzaam.
Op termijn is het werk van Vluchte
lingenwerk gericht op integratie en
het opbouwen van een zelfstandig
bestaan van de asielzoeker/vluch-
teling binnen de Soester gemeen
schap.
De stichting vindt het, evenals de
gemeente, van groot belang dat
Soest zich houdt aan de normen
voor opvang, die landelijk zijn vast
gesteld. Dat betekent de opvang
van 80 2 promille van het aantal
inwoners) asielzoekers, en 91
vluchtelingen voor de periode
1993/1994.
Vluchtelingenwerk krijgt van de
gemeente bericht over de komst van
asielzoekers/vluchtelingen. Ammy
Langenbach: "Wij halen hen dan op
en daarmee begint de vrij intensieve
begeleiding. Dat is noodzakelijk,
want er is voor hen nog helemaal
niets geregeld. Ze weten niet wat er
gaat gebeuren. Ze kennen Soest
niet. We maken eerst een halve dag
een rondje langs de instanties. We
leren hen bijvoorbeeld hoe het in de
supermarkt toegaat, hoe de ge
zondheidszorg is geregeld en het
onderwijs en wat een peuterspeel
zaal en volwasseneneducatie is.
In het begin hadden de mensen die
informatie al in het opvangcentrum
gekregen, maar we merken dat dit
de laatste tijd steeds minder ge
beurt. Ze zitten trouwens steeds
langer in de centrale rijksopvang
voordat ze naar een gemeente gaan.
Alles raakt een beetje 'verstopt'.
De mensen zijn dus ontzettend blij
als ze eigen woonruimte krijgen.
Daarin moeten we hen ook wegwijs
maken. Iemand die uit een koud
land komt, zal gemakkelijker leren
hoe de centrale verwarming werkt
dan iemand uit een warm land in
Afrika. Zo zijn er nog tal van voor
beelden te noemen". Een probleem
is volgens mevrouw Langenbach
ook, dat de asielzoekers niet mogen
werken. Dat is ook één van de oor
zaken waardoor sommige mensen
een negatief oordeel over hen heb
ben. De regering gaat er van uit dat
asielzoekers (nog) geen erkende
vluchtelingen zijn. Daarom mogen
ze niet integreren in de samenle
ving, want de kans bestaat dat ze
straks worden weggestuurd omdat
ze niet als vluchteling worden er
kend. Pas als men de vluchtelingen
status heeft, mag men een opleiding
volgen en werk zoeken. Voor die
tijd is dat niet toegestaan. Het is dus
niet terecht de asielzoekers te be
stempelen als mensen 'die maar de
hele dag rondhangen en te lui zijn
om te werken'. Dat vinden ze zelf
trouwens ook een heel probleem.
Ze zijn gedwongen zich voorlopig
bezig te houden met andere dingen,
en dat in een periode van grote on
zekerheid: moeten ze zich aanpas
sen (in de hoop te mogen blijven) of
blijven ze afzijdig (in de veronder
stelling uitgewezen te worden)? De
meesten van hen, zo blijkt telkens
weer, willen graag werken. In het
land van herkomst hadden ze ook
werk en waren ze vaak heel actief.
In tegenstelling tot wat vaak wordt
beweerd, vinden de meeste vluchte
lingen het heel vervelend afhanke
lijk te zijn van een uitkering. Ze wil
len juist graag een bijdrage leveren
aan het land dat hen heeft opgeno
men!