Amersfoort en Omstreken.
1872. No. 4.
Zaturdag 20 Januari.
Uitgever: A. M. SLOTHOUWER,
Uren van vertrek der algemeene Communicatie middelen voor Amersfoort.
Amersfoort en de Oosterspoorweg.
IDA F A. NE.
WEEKBLAD
VOOR
Dit Blad verschijnt des Zaterdags namiddag.
Abonnementsprijs \oor Amersfoort per 3 maanden ƒ0.75.
Eranco door het gelieelc Kijk0.85.
Afzonderlijke nummers7Vo Cent.
Boekhandelaren en Postdirecteuren nemen bestellingen aan.
TE AMERSFOORT.
Advertenticn van 15 regelsƒ0.50.
Iedere regel meer0.10.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen door den belanghebbende in
persoon bezorgd0.25.
Nederlandsche Centr aal-Spoor,wecDiligence-dienst naar. Maarsbergen en Barneveld.
Vertrek van Amersfoort naar Utrecht 9.17, 1.42, 2.20, 8.6. Van Amersfoort naar Maarsbergen: Naar Barneveld:
Zwolle 9.14, 2.5, 4.19,8.25. 's mofgens 6.45namiddag 4.30. des ar. 81/, n. aank. d. laatste tr.
Meermalen hoort men zeggen, dat wan
neer eenmaal de Oosterspoorweg voltooid
en Amersfoort dus door een tweede lijn met
het Nederlandsche spoorwegnet verbonden
zal zijndie stad een tijdperk van groote
ontwikkeling zal intreden.
Er zal verbetering komen in al die zaken,
waarin Amersfoort nu nog bij andere steden,
die aan de knooppunten der spoorwegen
liggen, ten achteren is; men droomt als het
ware van een gouden eeuw, die de Eemstad
zal beleven. Ook wij koesteren groote
verwachtingen van dien Oosterspoorweg.
Waarop die verwachtingen voor den bloei
onzer stad gegrond zijn, zullen wij hierin
aangeven.
Het denkbeeld waarvan de concessionaris
sen bij het ontwerpen van den Oosterspoor
weg uitgingen is van tweeledigen aard. Het
o o o
voordeel dat zij in die lijn zagen, grondden
zij ten eerste op het feit, dat de handel steeds
naar de kortste verbindingslijnen zoekt; ten
tweede daarop, dat de nieuwe baan zou zijn
een concurreerende lijn voor de Rijnspoor
weg-maatschappij, die door hare baatzuch
tige en willekeurige bepalingen den handel
zooveel moeilijkheden in den weg legt.
De Rijnspoorweg-maatschappijhet mo
nopolie van het vervoer tusschen Nederland
en Duitschland in handen hebbendeis
meester om te handelen zooals zij wil. Zij
maakt daarvan dan ook ruimschoots tot haar
eigen voordeel gebruik, ten nadeele echter
van handelaren en industrieëlen, die hunne
goederen vervoerd willen hebben. Dat die
maatschappij haar eigen voordeel behartigt
begrijpt een ieder; of dat behartigen den
toets der loyaliteit steeds kan doorstaan,
moge een enkel voorbeeld doen zien.
Het is namelijk een welbekend feit, dat
des winters, wanneer het slechts een paar
dagen gevroren heeft; eene verandering in
het goederenvervoer wordt gebracht. Geen
koopmansgoederen worden meer vervoerd
dan als veilgiit", waarvoor natuurlijk veel
meer vracht moet betaald worden, dan wan
neer die als gewone goederen worden aange
merkt. Daar men nu weet, dat de handel
van geen andere haan kan gebruik maken
wordt alleen aan het finantieel belang der
maatschappij gedacht en niets gedaan om
het handelsverkeer gemakkelijk te maken.
Al mogen aandeelhouders het zeer prij
zenswaardig vinden, dat hunne belangen
door de directeuren dezer maatschappij zóó
behartigd worden, dat hun jaarlijks het
hoogst mogelijke dividend wordt uitgekeerd,
wij gelooven, dat door die wijze van hande
len hun voordeel slechts van tijdelijken aard
zal zijn. Zoolang toch die personen in hun
ijver alle loyaliteit uit het oog verliezen
meenen wij niet, dat hun gt a rag door het al
gemeen geprezen kan worden. Een spoor
weg is eene verbindingslijn voor handel en
nijverheid, een bron van welvaart, als zoo
danig dus eene zaak van algemeen belang.
Een maatschappij, diezooais die van den
Rijnspoorweg, alleen op voordeel let, werkt
ten nadeele van het algemeen.
De eindpunten van den Oosterspoorweg
zijn Amsterdam en Zutphen. Van Amster
dam, uitgaande van het centraal goederen
station aan het in aanbouw zijnde IJ-kanaal,
loopt de baan door de polder Watergraafs
meer naar Weesp en van daar met een bocht
door het offensief van Naarden, verder over
Hilversum en Baarn naar Amersfoort. Van
laatstgenoemde plaats is hare richting mid
den door de heistreek der Veluwe over Apel
doorn naar Zutphen. Een zijtak H ilversum-
Utrecht zal de baan in verbinding stellen
met het groote knooppunt der spoorwegen
in laatstgenoemde plaats.
In den laatsten tijd wordt er daarenboven
gesproken over een tweeden zijtak van
Apeldoorn naar het Loo, die voor bijzondere
rekening zou worden aangelegd.
Gaat men de richting op de kaart na, dan
ziet men dat de geprojecteerde lijn, kleine
bochten niet medegerekendbijna de
rechte en dus de directe verbinding is
tusschen Amsterdam en Zutphen. Deze
laatste plaats is door de haan Zutphen
RheineOsnahrück met het net der Duit-
sche spoorwegen verhonden. De in aanbouw
zijnde spoorweg OsnabrückBremen en de
lijn BreinenHamburg vormen ongeveer
eene rechte verbinding tusschen Hamburg
en Rheinezoodat uit een handelsoogpunt
de Oosterspoorweg een gedeelte van de kort
ste handelslijn zal zijn tusschen Amsterdam
en Hamburg. Een groot goederenvervoer
tusschen Amsterdam en de handelsteden van
bijna geheel Noord-Duitschland zal dus on
getwijfeld langs dien Oosterspoorweg plaats
vinden.
En wat zullen nu wel de voordeelen zijn,
die Amersfoort in het bijzonder door den
Oosterspoorweg zal genieten? In de eerste
plaats zal er een middel zijn om gemakke
lijk in en uit die stad te komen, en dat zoo
iets een groot voordeel is, zal iedereen moe
ten toegeven; dan alleen toch zal eene stad
vooruit kunnen gaan, wanneer zij gemakke
lijk te bereiken is. Ligt de plaats tevens in
een gezonde en schoone streek, zooals met
Amersfoort in hooge niate het geval is, dan
zal die meer gemakkelijke communicatie er
voorzeker personen toe doen hesluiten om
zich daar te vestigenvooral nu door de be
langrijke verbeteringeu van het onderwijs
deze stad ook in dit opzicht bij anderen niet
achterstaat.
Het is niet onder alle omstandigheden
waar, dat een spoorweg eene handelstad in
bloei doet toenemen. Ongetwijfeld zal dit
het geval wezen, wanneer in die stad de pro-
duktie vermeerdert, of wanneer de plaats
FEUILLETON.
V e r v o 1 g.
Men dacht algemeen op het dorp, dat
Mevrouw Fane na den dood van haar man
weer naar hare vrienden in de stad zou te
rug keeren; met des te grooter ingenomen
heid vernam men daarom, dat het haar voor
nemen was, op de plaats te blijven wonen
waaraan ieder plekje in haar gedachten on
afscheidelijk verbonden was met de herinne
ringen aan haren verloren echtgenoot. Hier
had hij voor de laatste maal gewandeld, hier
zijn laatste rijtoertje gemaakt. En het huis,
nu zoo eenzaam, maar waarin hij nog voor
zoo korten tijd den zegen zijner tegenwoor
digheid had verspreid; en die kleine huiska
mer, waarin hun zoo dikwijls onder lectuur
en muziek de dagen als uren omgevlogen
waren, en waar zij geluisterd had naar de
stem, die nu voor altijd zou zwijgen; en die
kamer, waar hij in hare armen de eeuwig
heid was ingegaan kon ze dat alles veria-
o o
ten? NeenMevrouw Fane gevoelde de
kracht niet om zich los te rukken van eene
plek, waaraan haar hart door de banden der
smart gehecht was, en schoon hare vrienden
niets ongezegd lieten van al wat hartelijk
heid en liefde hun konden ingeven om haar
van besluit te doen veranderenhunne po
gingen hieven vergeefsch.
Toen haar vader stierf, had Ida Fane der
tien zomers zien voorbijgaan. Zij was een
van die zeldzame, schoone en beminnelijke
kinderen, op wie, van hun geboorte af, zonde
en schuld geen indrukken achterlaten; en
terwijl ze van kind tot jonkvrouw opwies,
groeiden ook de bekoorlijke eigenschappen
van zachtheid, zedigheid en vriendelijkheid
met haar op. Wij spreken dikwijls van we
zens, die te goed voor deze aarde zijn. Zij
wandelen onder ons rond als engelendie
voor een korten tijd de betere gewesten ver
laten ze troosten en helpen ons in ons
lijden, vervullen ons hart met blijdschap en
liefde en doen ons alleen door hunne tegen
woordigheid de wereld beter toeschijnen.
En wanneer ze van ons worden weggeno
men, laten ze hij ons de gezegende overtui
ging achter, dat zij als engelen naar den he
mel zijn teruggekeerd. Van Ida kon men
dat alles zeggen.
oo
Haar trekken hadden na den dood van
haar vader, aan wien ze met haar gansche
hart gehecht was, bij eene volkouiene regel
matigheid cn schoonheid een zeker waas
van ernst gekregen. Slechts zelden maakte
o o
de lelieblanke gelaatskleur voor een roos-