KENNISGEVING.
niet tusschen berusten en goedkeuren. Dat
vele katholieke Nederlanders het berooven
van den Paus door de katholieke Italianen
zeer afkeuren is natuurlijk. Men behoeft
juist geen katholiek te zijn, om dit verkeerd
te vinden. Wanneer nu echter ons gouver
nement ziet, dat de Paus geene wereldlijke
heerschappij meer heeft, dan moet ons gou
vernement daarin wel berusten en heeft nu
geen reden meer om eenen gezant bij den
Paus te latenevenmin als wij een gezant
bij Louis Philippe of bij den laatsten koning
van Hannover gelaten hebben, toen die vor
sten, tot ons innig leedwezenvan hunne
tronen beroofd waren. Een gezant bij eenen
vorst zonder heerschappij is een doe-niet,
en voor doe-nieten is in de 19e eeuw geen
plaats. Maar, zegt men, waarom laten dan
toch de meeste andere gouvernementen
hunne gezanten bij den Paus blijven? Omdat
bijna in geen enkel land de katholieke kerk
zóó vrij is als in Nederland. Ons gouverne
ment laat de katholieke geestelijken vol
komen vrij, om alles in de kerk af te kon
digen, hetwelk hun door den Paus wordt
toegezonden, overtuigd zijnde, dat, waar
kerk en Staat gescheiden zijn, de kerkelijke
zaken den Staat niet aangaandoch zóó vrij
is de kerk bijna nergens, en ^daarom houden
tie meeste gouvernementen eenen dwarskij
ker bij den Paus, dien zij gezant noemen, en
die hun alles moet berichten, wat door den
Paus gesproken of gedaan wordtzoodra
zulks de belangen van het gouvernement
dat dien gezant onderhoudt, schijnt te raken.
Dat die gouvernementen eenen gezant bij
den Paus houden is niet omdat zij den Paus
vereeren, maar omdat zij hem wantrouwen.
Het is ook licht mogelijk, dat in landen, waar
de belangen van kerk en Staat in elkander
loopen, de eene of andere afkondiging van
den Paus met de wetten van den Staat kan
schijnen in strijd te komenen wij zien dan
ook, dat verscheidene gouvernementen zich
nog altijd tegen de afkondiging van het
dogma der pauselijke onfeilbaarheid verzet
ten; tenvijl hier, in Nederland, dit dogma
dadelijk zonder eenig bezwaarkon afge
kondigd worden. Wanneer derhalve ons
gouvernement het onnoodig vindt nog lan
ger eenen gezant bij den Paus te houden
dan is dit een bewijs, dat ons gouvernement
den Paus niet wantrouwt, derhalve geenen
dwarskijker tusschen de katholieke Neder
landers en hun geestelijk opperhoofd wil in
schuiven. Het opheffen van het gezantschap
bij den Paus moet dus de verstandige katho
lieken verblijden in plaats van hen te be
droeven.
AMERSFOORT, 15 MAART 1872.
KENNISGEVING.
De Burgemeester van Amersfoort,
Brengt ter kennis van de ingezetenen de
zer gemeente, dat het door den provincialen
Inspecteur executoir verklaard kohier van
het patentrecht over het 3de kwartaal van
het dienstjaar 1871/72 aan den Ontvanger
van 's rijks directe belastingen alhier is ter
hand gesteld, aan wien ieder verplicht is zij
nen aanslag, op den bij de wet bepaalden
voet, te voldoen.
Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke
plaatsen aangeplakt te Amersfoort, den 13.
Maart 1872.
De Burgemeester voornoemd
A. G. WIJERS.
Nationale Militie.
De Burgemeester en Wethou
ders van Amersfoort,
Gezien de eerste zinsnede van art. 127 der
militiewet en art. 71 van het koninklijk be
sluit dd. 8 Mei 1862 (Staatsblad no. 46),
Gelet op de aanschrijving van den Heer
Commissaris des Konings in de provincie
Utrecht van 8. December 1862, no. 1 N. M.
en S. (provinciaalblad no. 157),
Herinneren den geestelijken en bediena
ren van den godsdienst bij de erkende Kerk
genootschappen en den studenten in de god
geleerdheid hunne verplichting om, voor
zooveel zij als dienstplichtig zijn aangewezen
en tengevolge van het getrokken nummer
bij de militie moeten worden ingelijfd, of
daarbij reeds ingelijfd zijn, de aanvraag om
ontheffing van den werkelijken dienst tus
schen den 20. Maart en den 1April aan
staande bij den Burgemeester der gemeente
binnen welke zij voor de militie zijn inge
schreven, onder overlegging van het desbe-
trekkelijk bewijsstuk in te dienen.
Amersfoort, den 11 Maart 1872.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester
L. SCHELTUS. A. G. WIJERS
Ter terechtzitting van 13 dezer wees de
Arr. Rechtbank alhier vonnis in de proce
dure door de bewindvoerders van den voort-
vluchtigen notaris van Diggelen gevoerd te
gen Wijnbergeu, waaromtrent wij de conclu
sie van het O. M. in ons no. 9 hebben mede
gedeeld. De ontvankelijkheid van eischers
was door gedaagde betwist op grond 1°. dat
notaris v. D. niet op eigen naam zou hebben
mogen procedeeren en 2°. dat eischers qq niet
ontvankelijk waren, omdat lastgeving inhe
rent is aan den persoon des lasthebbers. Wat
het eerste punt betrof, zoo overwoog de
Rechtbank dat, al kon men aannemen dat
de wet van 22 Pluviose an VII ook op ver
koop van roerende goederen op tijd betrek
king heeft, dat toch het recht om op eigen
naam de kooppenningen in te vorderen den
Notaris daarbij nergens uitdrukkelijk is ge
geven, en zulks evenmin in de bedoeling der
wet ligt. Art. 1 toch van die wet zegt niet
dat de officiers Publics zelve verkoopers zijn,
maar alleen dat de verkoop in hunne tegen
woordigheid geschiedt. De wetgever heeft
bij die wet uitsluitend op het oog gehad ver
koop a contant, »dontils (off. publ.) doivent
se faire payer leprix contant sur le champ;"
de namen der koopers worden dan ook niet
in het Proces-verbaal van veiling genoemd,
en het doel der wet is alleen om de rechten
der schatkist te waarborgen. Alzoo ont
leende de auteurder eischers zijn recht noch
uit de wet van Pluviose of eenige andere wet,
noch uit het Proces-verbaal. De Notaris is
niet gesubrogeerd in de rechten der verkoo-
pende eigenaars; hij heeft van hen te zijnen
kantore alleen den last gekregen om op be
paalden tijd en plaats te verkoopen. Mits
dien achtte de Rechtbank de eischers qq niet
ontvankelijk en alle verder onderzoek naar
de overige bewering onnoodig.
Dit vonnis, waarbij de Rechtbank op de
vroeger door haar gehuldigde leer (ook door
den Heer off. v. Just, voorgestaan) is terug
gekomen, is van groot belang voor notariële
praktijk.
Tot lid der Eerste Kamer der Staten-Ge-
neraal in de plaats van wijlen Mr. J. K. Ba
ron van Goltstein is door de Provinciale
Staten van Utrecht met 20 van de 37 stem
men gekozen de Heer Mr. W. Baron van
Goltstein, oud-Lid der Tweede Kamer. Op
den Heer Mr. W. J. Royaards, wethouder te
Utrecht, waren 17 stemmen uitgebracht.
De zitting der Rechtbank op Woensdag
11. was 'getuige van eene indrukwekkende
plechtigheid die door het geheele personeel
der Rechtbank werd bijgewoond. Het was
nl. de eerste dag na dien, waarop de Heer
Jhr. Mr. J. E. Godin de Pesters vóór 25 ja
ren tot Griffier der Rechtbank was benoemd,
en de laatste dag, waarop hij als zoodanig
zitting nam.
Na de behandeling van de ter rolle zijnde
zaken, gevoelde zich dan ook de President,
Mr. A. R. van Bel, gedrongen om vóór het
sluiten der zitting in hartelijke woorden den
jubilaris toe te spreken, zijne vele verdien
sten en groote welwillendheid jegens een
ieder, gedurende die 25 jaren betoond, in
herinnering te brengen, en hem toe te wen-
schen dat hij voor rampen moge gespaard
blijven en de welverdiende rust onder Hoo-
ger zegen in het bezit en bijzijn van allen,
die hem lief zijn, moge blijven genieten.
Daarop vatte de Heer Mr. van Walchren,
officier van Justitie, het woord op, en deelde
mede, dat hem juist het verzoek om ontslag
van den Heer de Pesters was ter hand ge
steld. Zoo gaarne zou hij hierop eene con
clusie van niet-ontvankelijkheid willen ne
men, ware het niet dat de aangevoerde re
denen al te overwegend waren voor den re-
questrant, zoodat spreken tegen zijn wensch
het verzoek moest appuijeeren. Hij deelde
ten volle het gesprokene door den President,
en herdacht eveneens met dankbaarheid den
25 jarigen werkkring van den Heer de Peters.
Ook de Heer Mr. J. van der Leeuw bracht
als oudste Procureur uit naam van dat Col-
legie en der Balie zijn warmen dank voor de
hulp en welwillendheid steeds door den ju
bilaris betoond; hij hoopte dat diens opvol
ger de voetstappen zou drukken van zijn
voorganger, die niet anders dan met aange
name herinnering op zijn afgelegden 25 ja
rigen loopbaan kon terugzien. God schenke
hem zijn besten zegen
Aangedaan en getrofien voor al die bewij
zen van achting en vriendschap, die hem
rechtmatig trots en vreugde verschaften,
bedankte de Heer de Pesters allen hartelijk.
Mocht hij bij het einde van zijn taak ook
met weemoed herdenken zoovelen door hem
gekend en thans gemist, de tegenwoordige
leden der Rechtbank mocht hij zijne vrien
den noemen. In het bijzonder sprak hij allen
een woord van oprechten en welgemeenden
dank toe, ook zijnen ambtenaar den Heer
A. W. Leinweber, die hem sedert 1850 steeds
met voortvarende hulp, ijver en braafheid
had bijgestaan. Met smart nam hij van allen
afscheid, en beval zich in aller aangenaam
aandenken en vriendschap aan.
Na het sluiten der zitting werd den jubi
laris namens de Rechtbank een fraai ge
schenk in zilver met toepasselijke inscriptie
aangeboden.
HULPBANK TE AMERSFOORT.
Tot het geven van gelden ter leen zal het
bestuur op Maandagden 18 Maart aanst.
'snamidd. van half twee tot half drie,
zitting houden in een der localen van het
raadhuis alwaar de belanghebbenden zich
kunnen aanmelden, terwijl inlichtingen des
wege te bekomen zijn bij de ondergeteeken-
den, en bij de verdere leden van het Bestuur
de heeren Mr. J. van der LeeuwB. E. Her
schelW. A. Croockewit en Jhr. Mr. H. J.
L. van Sasse van Ysselt.
K. A. W. Baron VAN IIEECKERJJN, President.
11. VAN BEEK, Penningmeester.
J. B. LEINWEBER, Secretaris.
BURGERLIJKE STAND VAN AMERSFOORT.
Bevallen: 6 Maart. Anna Maria Rcijngeb. van
Leusden, d. 7. Naatje van Rees, geb. de Rooij, d.
Hendrikje Groenhuijsen, geb. Boonestroo, i. Petro-
nella van Barreveld, geb. van Duist, I. Johanna
Christina Mondriaan, geb. de Kok, i. 8. Gesina
Maria Stuur, geb. Bouwman, z. Woutera van da
Water, geb. van Dijk, d. 10. Aaltje Renes geb. Ra-
vesloot, d. 11. Catrina van Eikelenburg, geb. Quick,
d. Alijda Pot, geb. Kaal, d.
Ondertrouwd: 7 Maart, Ernst Sigmond Bijte-
laar met Jozina Catharina Daniels.
Gehuwd: 11 Maart. Jonkh. Willem Carel Godin
de Pesters en Jonkvr. Aigline Gabrièlle Doulce Elisabeth
de Girard de Mieiet van Coehoorn.
Overleden: 8 Maart. Een levenL k. van Hendrik
Kok. Wilhelmina Johanna de Gans, 12 w. Jo
hanna Maria Massa, 81 j.wed. van Anthonius Evers
9. Petronella Bieshaar 5 d. Gijsbertus van den Brink,
17 m. 10. Cornelis Conzijnse, 5 m. 11. Grietje
van Veen, 7 j. 6 m. 12. Johanna Houtendorp. 7 j.
Ter verbetering van de in omloop zijnde
verkeerde geruchten aangaande de werk
zaamheden der Feestcommissie, kunnen wij