Overzicht cler week. BINNENLAND. AMERSFOORT, 14 JUNI 1872. Vergadering van den Raad der gemeente Amersfoort op Dinsdag, den 18. Juni 1872 des namiddags te één ure. Punten van behandeling 1. Voorstel van Burg. en Weth. tot be paling van den tijd waar binnen door den heer Leopold, leeraar aan de H. Burgerschool, eene acte van bekwaamheid voor de hoog- duitsche taal en letterkunde moet worden overgelegd. 2. Voorstel van Burg. en Weth. tot wijzi ging van art. 3, al. 1 van het reglement voor de H. Burgerschool. 3. Rekest van den aannemer der vernieu wing van de Ketelaarsbrug, om remissie van de boete wegens te late oplevering van het werkmet advies van Burg. en Weth. Bij de acte-examens voor 't Middelbaar Onderwijs te 's Hage is eene acte voor 't Hoogduitsch verleend aan den Heer Joh. A. Leopold alhier. De Heer Mr. J. B. Burger is Woensdag 12 Juni jl. ter openbare terechtzitting van de Arr. Rechtbank alhier als advokaat be- cedigd. De Kapt. H. Zegers Veeckens van het reg. rijd. art. te Amersfoort, is op zijn ver zoek op non-activiteit gesteld, en de Kapt. Jhr. W. C. Godin de Pesters van het 2e reg. vest. art. bij het reg. rijd. art. overgeplaatst. Door de Staats-Commissie voor de ge neeskundige examinia 18711872, zitting houdende te Amsterdam, zijn tot arts be vorderd de heeren J. Borst, geb. te Amers foort, off. van gez. 2e kl., en Dr. A. A. Mid dendorp, geb. te Den Ham, ads. geneesh. in het Binnengasthuis te Amsterdam. De herstemmingen ter verkiezing van Hoofdingelanden vau het Heemraadschap de Eem, beken enz.zullen plaats hebben tel kens van des voormiddags 10 tot des na middags 1 uur. 2 voor het le district (Woudenberg) op Maandag 24 Juni e. k. in het logement van van de Wetering, en 1 voor het 2e district (Amersfoort) op Dinsdag 25 Juni e. k. in het lokaal Amicitia aan het plantsoen. Omtrent de personen tusschen wie her stemming plaats vindt, vgl. ons no. 23. Zondag 16 Juni nam. van 2 tot 4 uur mu ziekuitvoering te Leusden door het muziek korps reg. rijd. artillerie. De Majoor der Genie Klijnsma, te Amers foort, zal 18 Juni a.s. aanbesteden het bou wen van een telegraafkantoor op de Leger plaats bij Milligen. De in ons no. 23 geannonceerde aanbe steding door deze gemeente tot levering van 272 hectoliters steenkolen is aangenomen door G. van der Zoo de Jong voor f 269,99 van 935 dubbele hectol. langen turf door B. A, Siddré&Co. voor f276,15, en van 216 dubb. hectol. harden turf mede door B. A. Siddré Co. voor f 113,16allen te Amers foort. De vergadering van de vereeniging tot bevordering van de koepokinenting, die op Donderdag avond in de achterkamer der Sociëteit Concordia werd gehouden, werd door 10 leden bijgewoond. De opkomst mag zeer schraal genoemd worden, daar 156 per sonen tot die vereeniging zijn toegetreden. Als afgevaardigde tot de algemeene verga dering, die aanstaanden Zondag in Utrecht zal worden gehouden, werd benoemd Dr. van Driel, en bij verhindering van dezen Dr. Menalda van Schouwenburg. De verga dering drukte haren wensch uit, dat het cij fer der jaarlijks in de hoofdkas te storten bijdragen mocht verminderd worden, opdat meer geld beschikbaar zou kunnên blijven ter bevordering van plaatselijke belangen. De hofstoet van wijlen Prinses Hendrik zal op denzelfden voet worden voortgezet daar, naar men verneemt, Prinses Sophia van Saxen Weimar Eisenach eerstdaags ha ren intrek zal nemen bij Prins Hendrik in diens paleis te Soestdijk. Bij vonnis der Arr. Rechtbank te Amers foort van 13 dezer werden: 1) de sprokkelaars C. W. en J. P. veroor deeld de eerste tot 8, de tweede tot 21 da gen cell. 2) de ontvreemder van een ijzeren as en twee wielen tot 42 dagen cell, en 3) de vader en zoon van Luinen uit Soest wegens het toebrengen van slagen de eerste tot 42 cell, en f 8 boete, de tweede tot 2 maanden cell, en f 8 boete. De uitspraak van het Hof te Utrecht te gen vrouw van Naarden is bepaald op Dins dag 18 Juni e.k. In de avondzitting van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, op Vrijdag 7 Juni, werd de missive van Mr. W. Thorbecke voorgele zen, houdende kennisgeving van het overlij den van zijn geliefden vader. De Voorzitter spreekt daarop een kort woord van hulde aan het edel karakter, de voortreffelijke hoedanigheden en de warme vaderlandsliefde van den grooten staatsman, waarna de Ka mer besluit een brief van rouwbeklag te schrijven. Nadat nu was medegedeeld dat de Min. v. Koloniën belast was met het Depart. Binnenl. Zaken, dat de wetsontwerpen laat stelijk door de Tweede Kamer aangenomen waren ontvangen (deze werden naar de af- deelingen verzonden), en dat het adres van rouwbeklag over den dood van Prinses Hen drik door de Commissie aan den Koning was aangebodenverkreeg de Min. van Koloniën het woord, en zeide, dat al was het ook algemeen bekend, hij in deze eerste zit ting toch het aangeboden ontslag der Mi nisters meende te moeten mededeelen, er bij voegende dat ook het Kabinet het gemis van den verdienstelijken ambtgenoot Thorbecke betreurt, en dit feit van zooveel gewicht acht dat al was er nog geen ontslag ge vraagd, dan toch 's Konings aandacht zou zijn gevestigd op den invloed die deze ge beurtenis op den gang van 's lands zaken moet hebben. In de daaropvolgende zitting van Maan dag 10 Juni deelt dé Voorzitter de door de afdeelingen benoemde rapporteurs mede, en werden alle ontwerpen tegen den volgenden dag aan de orde gesteld, evenals het te ne men besluit over de conclusie op het adres van den) Senaat der Groningsche Hoogesch. Al de wetsontwerpen (19 in getal) wer den nu Dinsdag 11 Juni behandeld, waarvan de meesten (o. a. die tot nadere verlenging van de werking der Indische tariefwet, ,tot afkoop der Rijkstollen in N.-Brabant) zon der discussie werden aangenomen. Het ont werp tot verstrekking van nadere tijdelijke tegemoetkoming aan de Amst. Kanaal- Maatschappij deed een woordenstrijd ont staan tusschen Fransen v. d. Putte, Hartsen, Rahusen en den Min. van Fin.welke laat ste verklaarde dat het niet voegzaam zou zijn voor een demissionair ministerie om het oor spronkelijk ontwerp der rente-garantie voor de leening in behandeling te brengen. Het ontwerp zelf werd met 31 tegen 3 stemmen aangenomen. Een kortere discussie werd tusschen Coenen, Cremers en den Min. van Oorlog gevoerd over de definitieve begroo ting van Oorlog (dienstjaar 1872), waarbij de Minister verklaarde geen grondwetsher ziening noodig te achten voor regeling der leger-organisatie bij de wet, en zeide dat de militaire autoriteiten door hem nader wa ren ingelicht over de verkeerd begrepen zin en bedoeling der circulaire omtrent den op geheven gedwongen kerkgang. Debegroo- tiDg werd daarna met algem. stemmen aan genomen. Eene derde discussie werd uitge lokt door de behandeling van het adres van den Senaat der Gron. Hoogeschool, houdenda bezwaren tegen de verleende vrijstellingen van het admissie-examen en van de ver plichte bijwoning der lessen in het Grieksch en Latijn. Ten gevolge van het overlijden van Thorbecke, die daaromtrent reeds 16 Mei 11. een nota met opmerkingen had inge diend, stelde de Commissie bij monde van Schot eene andere redactie der conclusie voor, waarbij men in 't algemeen dank werd betuigd voor de inlichtingen. Messchert van Vollenhoven stelde evenwel een amende ment voor waarbij de Kamer zelf het beden kelijke van die dispensatiën en de wensche- lijkheid der wettelijke regeling van 't hoo- ger onderwijs zou uitspreken. Dit amend, werd met 17 tegen 15 stemmen aangenomen, waardoor de conclusie der Commissie verviel. Daarna behandelde de Kamer nog in Co mité-generaal hare huishoudelijke raming voor het volgend dienstjaar, waarna zij tot nadere bijeenroeping werd gescheiden. Naar men verneemt heeft Z. M. Maandag 10 Juni jl. de presidenten van de beide Ka mers der Staten-Generaal (de HH. Mrs. E. J. A. Graaf van Bylandt, der Eerste, en W. H. Dullert, der Tweede Kamer) ten gehoore ontvangen. Men verwacht eene oplossing der crisis in liberalen zin. Men zegt dat de HH. Gericke en Geert- sema belast zijn of zullen worden met de samenstelling van een kabinet. Prof. Teile gen van Groningen zou voor de portefeuille van Finantien bedankt hebben. Op den lOen Juni heeft de plechtige begrafenis van Mr. J. R. Thorbecke te 's Gra- venhage plaats gehad. Reeds vroegtijdig hadden zich een groot aantal corporatieën deputatieënvrienden en vereerders bij het sterfhuis of op de begraafplaats vereenigd. De lijkwagen werd slechts door enkele rijtui gen gevolg, waarin, behalve de zoon en de verdere familieleden van den overledene, de vertegenwoordiger van Z. M. den koning, de Ministers en eenige hooggeplaatste amb tenaren waren gezeten. Des te talrijker was het aantal dergenendie zich te voet bij den trein hadden aangesloten. Op het kerkhof bevonden zich de voorzitters en leden der bei de Kamers van de Staten-Gen., leden van den Raad van State, van de Rekenkamer, van de rechterlijke colleges, de Commissaris des ko nings, de Burgemeester der residentie, tal van hooge ambtenaren aan de verschillende depar tementen, een aantal leden van het corps di plomatique en voorts een onafzienbare schare belangstellende vrienden en vereerders. Bij de geopende groeve nam de Heer Van JBosse allereerst het woord niet zeide hij om de verdiensten van Thorbecke te schet sen, want de indruk door het gansche land en de tegenwoordigheid van allen op deze plaats bewijzen genoeg dat Nederland een groot man verloren heeft. Hij bracht alleen een laatste hulde aan den grooten burger, wiens leven gewijd was aan het algemeen belang. Hij was een trouw vriend van het koninklijk stamhuis; hij stond steeds met edelen moed pal voor de belangen van het vaderland en was tot op zijn sterfbed onver moeid werkzaam en waakzaam voor zijn land. Hij was een toonbeeld van een vader en van getrouwe plichtsbetrachting, zoo in het open baar als bijzonder leven. Trachten wij zeide spreker het voorbeeld van zulk een man na te volgen." Hierop richtte hij een hartelijke toespraak tot den eenigen zoon van den overledene en een laatst vaarwel aan het stoffelijk hulsel; hij ruste zoo besloot hij in vrede, en moge weldra hier een gedenk naald opgericht worden, waaruit den nazaat blijken moge, hoe hoog de eereplaats was van Thorbecke in de rij der groote staats lieden waarop Nederland roem draagt. De Minister Jolles heeft vervolgens mede de groote verdiensten, de werkzaamheid en den godsdienstigen zin des overledenen in keurige taal herinnerd. De Heer Dullert, president der Tweede Kamer schetste meer Thorbecke's karakter als vriend, die het eer lijk met zijn vaderland, zijn vorst en zijne vrienden meende, wiens eenig richtsnoer was het algemeen belang. Hij was strikt ver draagzaam in 't godsdienstige: partijdigheid of partijzucht in kwaden zin waren hem vreemd. De Koning en het vaderland ver liezen in hem veel. De zoon heeft daarna, diep bewogen, allen bedankt voor de laatste eer aan zijn besten vader bewezen. Naar men verneemt heeft Z. M. de Ko ning den wensch te kennen gegeven, dat aan de dochters van wijlen den heer Thor-

Historische kranten - Archief Eemland

Weekblad voor Amersfoort en Omstreken | 1872 | | pagina 2