geschieden op Zaterdag, den 15. Februari 1873, aantevangen des voormiddags half twaalf. En voorts dat op Donderdag, 6. Februari aanstaande, van 's voormiddags 10 tot 1 uur des namiddags, door of van wege de lotclingen (gesteund door twee getuigen) bij den Burgemeester ten raadhuize aanvraag kan geschieden vöpr de getuigschriften, vermeld iu de 2. en 3. zinsneden van 53 der wet, ter bekoining van vrijstelling wegens broederdieust of op grond van te zijn ecnige wettige zoon (zonder een of nicer halve broeders te hebben); luidende voormeld art. 53 iu zijn geheel als volgt: „Oiu vrijstelling wegens eigen militairen dienst of dien van broeders te verkrijgen, moet men overleggen een pas poort of ander bewijs van ontslag, of een uittreksel uit het stamboek, of een bewijs van werkelijken dienst. „Ter bekoming van vrijstelling wegens broederdieust inoet men bovendien overleggen een getuigschrift van den Burgermeester, waaruit het getal zonen, tot het gezin be- hoorende, blijkt. „Vrijstelling als ecnige wettige zoon wordt verleend op overlegging van een getuigschrift van den Burgemeester, waaruit blijkt dat men eenige wettige zoon is." En art. 21 van aangehaald koninklijk besluit: „Het bewijsstuk, vermeld iu de eerste zinsnede van art. 53 der wet, wordt ten minste tien dagen vóór den dag (den tweeden Maandag in Maart) waarop de eerste zitting van den Militieraad wordt geopend, ingeleverd bij den Burge meester der gemeente, in w elke de loting, die vrijstelling verlangt, wegens eigen militairen dienst of dien van ecnen broeder of broeders, voor de militie is ingeschreven." Amersfoort, den 23. Januari 1873. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester, W. L. SCHELTUS. A. G. WIJERS. KENNISGEVING. De Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, Gelet op art. 264 der gemeentewet, Doen te weten, dat het oorspronkelijk kohier der plaat selijke directe belasting (Hoofdelijke Omslag) over het dienstjaar 1873 voorloopig vastgesteld is en gedurende veertien dagen, te rekenen van heden, alle werkdagen van 10 tot 1 uur, op de Secretarie der gemeente voor eenieder ter lezing zal liggen, binucn welken termijn elk op het ko hier aangeslagene bij den Raad bezwaren tegen zijnen aan slag kan inbrengen. Amersfoort, den 20. Januari 1873. Burgemeester en Wethouders voornoemd De Secretaris, De Burgemeester, W. L. SCHELTUS. A. G. WIJERS. AMERSFOORT, 24 JANUARI. Z. M. heeft bij besluit van 17 dezer no. 18 aan Mr. A. R. van Bel, op verzoek, eervol ontslag verleend als lid van het college van regenten over bet buis van arrest te Amers foort, onder dankbetuiging voor de diensten als zoodanig bewezen, en benoemd tot lid van genoemd college Mr. S. J. T. H. Neder- meijer ridder van Rosenthal, officier van jus titie bij de arrond.-rechtbank aldaar. Bij Kon. besluit van 15 Jan. 1873 no. 3 is de Heer J. Alberti herbenoemd als burge meester der gemeente Hilversum. Bij Kon. besluit van 20 Jan. 1873 no. 16 zijn benoemd tot voorzitter van den militie raad in de provincie Utrecht Mr. W. R. de Boer, lid der Provinciale Staten, tot zijn plaatsvervanger Mr. J. M. Bosch, lid der Provinciale Staten tot burgerlijk lid Dr. N. P. Visscher, lid van den gemeenteraad te Utrecht, tot zijn plaatsvervanger Mr. N. T. van Nooten, lid van den gemeenteraad te Utrecht. Op het terrein, bestemd voor de op te richten Amersfoortsche Beiérsch-Bierbrou- werij, en gelegen tegenover den ingang V3n het Stationsgebouw van den Centraalspoor- weg te Amersfoort, ziet men sinds eenige dagen verscheidene piket-paaltjes uit den grond opsteken welke tot uitbakening dienen. Daar dergelijke paaltjes meestal geplaatst worden op de hoeken van daartestellen ge houwen, zoo kan men zich hierdoor eeuig denkbeeld maken van den omvang dezer voor het algemeen belang van Amersfoort zoo wenschelijke industrieele onderneming, en mogen wij deze voorbereidende werk zaamheden met vreugde begroeten als de voorloopers van den eerlang aantevangen opbouw dier brouwerij. Wie Dinsdagavond, 21 dezer, de lezing van den Heer Prins de Jong over het Pië tisme bijgewoond heeft, zal zeker even als schrijver dezes het eindwoord »ik heb ge zegd" met leedwezen hebben gehoord.' Immers het onderwerp was zoo belangrijk en werd met zooveel vuur en zoo onderhou dend behandeld dat aller aandacht aan sprekers lippen geboeid was. Met juistheid schetste de spreker het pië tisme als eene ziekelijke, ontaarde vorm van de piëteit of ware vroomheid, en toonde hij aan, dat zelfs nog tegenwoordig dit piëtisme even als het mysticisme, geheel ten onrechte voor piëteit en mystiek wordt aangemerkt of daarmede verward. De beschrijving van de drie hervormin gen, welke het protestantisme sedert zijn ontstaan heeft ondergaan, was eene nieuwe opvatting van de kerkhistorie. De eerste was die, toen de groote, krach tige figuur van eenen Luther den godsdienst van Itome's heerschappij heeft vrijgemaakt, maar toch weder godsdienst en rede aan een keten van geloofsdogmas had geklonken wier geest de Dortsche Synode volgde, zoo dat de godsdienst door deze hervorming vrijgemaakt, weder in banden werd geklemd. Bijna tegelijkertijd geschiedde dit ook te Ge neve en in Engeland. De tweede hervorming had plaats, toen Spenerde prediker van Straatsburg en Frankfort, aan den Main, in de laatste helft der 17de eeuw die banden weder verbrak, en zijne leer, die tot eenigen grondslag den Bij bel had, verbreidde. Doch juist daardoor heeft hij buiten zijn wil den kiem gelegd tot Bijbelvergoding en lettergezag. Jazijne leer deed zeer vele secten ontstaan, en werd de kweekplaats van het piëtisme. Deze be krompen opvatting van den Bijbel was alzoo een niet minder knellende band voor den Godsdienst als die welke hij verbroken had maar in weerwil van al die banden werd een- stem migheid en eendracht in de Protestant- sche kerk gemist. Eindelijk en dit is de derde en tot op dit oogenblik laatste hervorming werd de zoogenaamde moderne richting in de protestantsche kerk geboren. Deze richting maakte zich van alle knellende banden los, en, voorgelicht door de vorderingen in de Bijbel en historische kritiek, tracht zij den Christelijken Godsdienst tot den oorspron kelijk reinen vorm terug te brengen, door hem te zuiveren van alle menschelijke bij voegselen van wonder en bijgeloof, en alzoo te maken tot den godsdienst des harten, van geest en van waarheidzjoals de groote Meester dien voor het geheele menschdom en voor alle eeuwen op aarde heeft gesticht. Luther, Spener, en hunne geestverwan ten hadden naar hun vermogen gedaan wat zij kondenmaar ook zij waren kinderen van hunnen tijd. Het is de roeping van het nageslacht, om op het voetstuk der vrijheid het aangevangen werk te voltooien. De levensbeschrijving van Spenerals hoofdpersoonals moedig en onvermoeid strijder als vlijtig prediker en als een man van onberispelijken levenswandel werd boeiend voorgedragen. Ziedaar de korte vermelding van den hoofdinhoud dezer belangrijke lezing; wilden wij eene aanmerking maken, dan zou het deze zijn, dat in het begin der lezing het verhaal der samenkomst van Mejufvrouw Merlan met de uitverkorenen Israëls, ons een tafereel deed verwachten zoo als Bun- gener beschrijft in den sermon sous Louis XIV van Bossuët op het kasteel Rambouil- let. Nochtans verdwenen Mejufvronw Mer lan, hare tante en alle de mede snikkenden en trillenden uitverkorenen eensklaps als schimmen in de lucht, zonder dat wij er iets verder van vernamen. Wat met die korte verschijning werd bedoeld of moest worden bewezenis ons onbekend. Of Spener daarbij tegenwoordig was, of deze vergade ring van invloed was op zijue roeping als prediker, of op zijne godsdienstige richting, hiervan zijn wij onkundig gebleven, en wij gelooven dat deze periode gevoeglijk weg gelaten had kunnen worden. Bestond het piëtisme al toen Spener als prediker opstond of was het een direct ge volg van de richting welke hij voorstond? Ook dit was ons niet duidelijk. Evenzoo moge het ons eenigzins verwon deren, dat bij de derde of laatste hervorming, die der modernen, in 1817 aangevangen, wel de verdienste van Lessing als grondleg ger der zuivere critiek werd aangehaald maar de naam van den geleerden en gemoe delijken Schleiermacher, den eefsten woord voerder eu verkondiger van het verlichte en vrije Christendom en wegbereider der mo derne richting, niet werd vermeld. Over het algemeen kwamen ons de gang en het verband der nedeneering niet altijd zeer geregeld voor, zoodat men zich somtijds moest inspannen om die te volgen. Einde lijk zoude naar onze meening Luthers zeg gen »hier sta ik, ik kan niet anders, zoo waarlijk helpe mij God," veel meer indruk gemaakt hebben, wanneer het niet zoo dik wijls was herhaald geworden. Doch al wilde men deze aanmerking als gegrond aannemen, toch zal ieder de ver dienste der voordracht gaarne erkennen, en wenschen den geachten spreker meermalen te kunnen hooren. Wij vestigen de aandacht op de algemeene vergadering der Anti-School wet-Verbond van wege deafdeeling Amersfoort, welke ge houden zal worden a.s. Woensdag 29 Jan., waar als spreker optreden zal Professor A. Brummelkamp van de Theol. school te Kampen. Aan het Rijkstelegraafkantoor te Amers foort werden over 1872 verzonden 5325 te legrammen, en ontvangen 5197. Het U. D. verneemt dat door het Bestuur van het Waterschap Driebergen op 31 Janu ari e.k. zal worden aanbesteed het verbete ren en onderhouden van ëenige watergangen in dat Waterschap gedurende 1873in 5 perceelen. Het opmaken en bestraten van den Aschatterweg is door H. J. Wiedeubrugge te Amersfoort aangenomen voor f 23900. Naar wij vernemen is heden de gefailleer de R. gevankelijk van Amersfoort naar Utrecht overgebracht, alwaar hij eerstdaags voor het Prov. Hof zal terecht staan als ver dacht van verduistering van goederen. ZITTING VAN DEN GEMEENTERAAD VAN AMERSFOORT VAN 21 JAN. Voorz. Mr. A. G. Wijers. Tegcnw. 14 leden; afwezig de Heer Herschel met kennis- geviug van verhiudering door uitstedigheid. De notulen der oorgaande vergadering worden 11a lezing goedgekeurd. Aan de orde zijn de beraadslagingen over het voorstel van B. en W.oin eene kommissie te benoemen voor het on derzoek naar middelen tot verhooging van gemeente-in komsten. Na voorlezing van de rapporten der al'deelingcn, die beiden geen termen vinden tot benoeming van zoodauige kommissie over te gaan, ontvouwt de voorz. de redenen, die Burg. en Weth. er toe hebben geleid om het voorstel, dat ten doel heeft herstel van het evenwicht tusschen dc ontvangsten en uitgaven opzettelijk te doen overwegen. Dc heer v. Walchren bestrijdt de noodzakelijkheid van eene ver- hoogiug der inkomsten, waarna het gedaan voorstel met 9 tegen 5 st. (de heereu Visser, Schluiter, v. Sasse v. Yssclt, Scheerenberg en de Voorz.) wordt verworpen. Verzoek van den pastoor H. Blom om 't gebouw het St. Agatha-klooster in eigendom van de gemeente over te nc- men. Dc beide afdeelingen zijn van oordeel, dat de gemeente geen vrije bcschikkiug heeft over voorzegd gebouw, groo- tcndcels aan het rijk afgestaan voor militair gebruik. Naar aanleiding der information vau enkele leden, als zou dc schennzaal van het garnizoen voortaan niet meer worden gebruikt, wordt op voorstel des voorzitters met algemeene stemmen besloten aan B. en W. op te dragen daaromtrent onderzoek te doeu, met bepaling datbijaldien blijken mocht, dat de bekomen inlichtingen juist zijn, de verkoop nader aan de orde zal gesteld worden, en anderszins den re kwestrant zal worden te kennen gegeven, dat er voor het tegenwoordige geen gelegenheid bestaat aau ziju verzoek te voldoen. Ontwerp-besluit tot openbaren verkoop van het huis dc Licvevrouwe kapel, met twee daarnaast gelegen woningen, en van eene woning in den Vijver. Aangenomen met al- gemeenp stemmen. Ingekomen zijneen verzoek van W. Krcikamp, G. van den Brink en H. G. Dranken van den Heuvel, eigenaren van dc betrokken perceelen, om het thans afgepaalde gedeelte gronds, grenzende aan den Leusderwcg, iu gebruik te mo gen houden, op de voorwaarden door het gemeentebestuur te maken. Verzonden aan B. en W. om advies. Goedkeuring van Ged. Staten op het 3. aanvullings-ko- hieï van den hoofdei, omslag over 1872. Voor informatie. Proces-verbaal van opname der boeken en kas van den gem.-ontvanger, dd. 15 Jan., op welk tijdstip in kas is be vonden f 17779,715. Ter sekretaric. Verzoek van de vier politie-agenten en den gem. veld wachter om traktements-verhooging. Ter sekretaric en te behandelen in eene volgende vergadering. burgerlijke stand amersfoort. Bevallen: 16 Jan. Catharina van Hoei, z. 17. Gecrtruida Everarda Kokgeb. van Mourik, z. Aleida Baréudina Hendrika Blom, geb. Brasz, d. Geertruida Sclirasser, geb. van de Vathorst, d. 18. Antonia'Vee- nendaalgeb. van de Klashorst, d. Alida Putman, geb. van 't Klooster, z. 19. Jacoba Willcmiua Hees ters, geb. den Broeder, d. Geertruida dc Gans, geb. Jagtenberg, d. Johanna Buijs, geb. van Veen, z. Alijda Jacobs, geb. Koetsier, d. 21. Margarétha Rou- wendal, geb. van Vulpen, z. Januetje van den Bedem, geb. Berg, d. 22. Hermina Christ, geb. Ligt, z.

Historische kranten - Archief Eemland

Weekblad voor Amersfoort en Omstreken | 1873 | | pagina 2