BINNENLAND.
-i Verleden week was bij een der logement-
G houders te D. een man bezig om over den
- koop van een paard te onderhandelen, die
door de veldwachters voor den oplichter ge
houden werd. Zij verzochten hem hun zijn
>papieren" te toonen, en zijn naam op te
geven, en, zijne antwoorden onvoldoende
achtende, gelastten ze hem met hen mede te
gaan naar den Burgemeester. Met de groot
ste bereidwilligheid voldeed hij aan hun
eisch. De Burgemeester was niet te huis. De
veldwachters achtten het nu noodig om hem
op te sluiten totdat de Burgemeester hem
zou kunnen ondervragen. »Hier heb ik niets
legen," zeide hij, »want gij moet uw plicht
doen. Maar ik ben een fatsoenlijk man en
ik wil niet vrijwillig tusschen u beiden in
loopen. Ik wil wel naast u gaan, maar be
dank er voor om, dank zij uw vergissing,
een oploop om mij heen te hebben." De
veldwachters gaven ten slotte toe, na lange
onderhandelingen. Bedaard wandelde het
drietal voort, totdat het kwam voor den ijze
ren slagboom, welke in de week de toegang
tot de Protestantsche kerk afsluit. De naaste
;weg naar den toren die tot gevangenis
dient leidde echter over het kerkhof.
Men moest den slagboom dus voorbij. Het
drietal moest of er over springen, of er onder
doorkruipen. Tot het laatste werd besloten.
Met die beleefdheid en goede manieren,
welke fatsoenlijken lieden zoo bijzonder
eigen is, liet de verdachte heer zijn geleiders
het eerst onder den slagboom doorkruipen,
»alsje blieft, mijne heeren, na u." Kruip
door, sluip door tweemaal voor niet door,
was het, want nauwelijks had de laatste veld
wachter den rug gekromd onder den slag
boom, of de beleefde mijnheer maakt rechts
omkeer en verdwijnt met buitengewone snel
heid links den hoek om en den straatweg op.
De veldwachters kruipen weer ouder den
slagboom door en zetten hem onmiddelijk
na.
»Houdt den dief, houdt den dief!" roe
pen ze, zijn schuld bewezen achtende door
zijne vlugheid. Doch de snelvoetige was hen
vóór geweest. Hij was onmiddelijk gaan
roepen »houdt den dief!" en joeg met wilde
vaart een denkbeeldigeu boosdoener na. Hij
loopt in zijn loffelijke ijver bijna den Burge
meester omver, die juist kwam aanwandelen,
gilt »er is een dief wegen verdwijnt links
van den straatweg in de dennenbosschen.
Tot nu toe hebben de veldwachters den even
radden, slimmen als beleefden heer nog niet
gepakt. {A. II.)
Het bouwen van een station enz. te Ut
recht ten behoeve van den Ooster Spoorweg
is aangenomen voor f203,300 door den
Heer J. Kooy.
HULPBANK TE AMERSFOORT.
lot het geven van gelden ter leen zal eene commis
sie uit het Bestuur op MAANDAG, den 1. SEPT. aan
staande 's namiddags van halftwee tot halfdrie, zitting
houden in een der localeu van het Raadhuis, alwaar de be
langhebbenden zich kunnen aanmelden. Inlichtingen zijn
te bekomen bij de oudergeteekenden, en bij de verdere
leden van het Bestuur, de hoeren B. E. Herschel, W. A.
Croockewit, Jhr. Mr. H. J. L. van Sasse van Ysselt en W.
Maas Geesteranus.
Mr. J. I AN DER LEEUW, President.
M. VAN BEEK, Penningmeester.
J. C. LEINWEBEli, Secretaris.
BURGERLIJKE STAND AMERSFOORT.
Bevallen: 21 Aug. Johanna Kraan,
geb. Snijdersd. Anna Lablans, geb.
Galjee, z. Fennigje Rauh, geb. Gort, z.
Catrina Morre, geb. van Ee, z. 22. Hester
David Cohen, geb. Consenheim, d. 25.
Dirkje van Meerveld, geb. Buis, z. 26.
Roelofje Craanen, geb. van 't Boveneind, z.
Overleden: 20 Aug. Gerrit Hooft,
11 rad. 23. Jacobus Cornelis Kleber, 9 d.
Heimanus Kraan, 5 md. Albertus Cor
nelis Regtien, 5 md. 24. Gerard Renes, 3
md. 26. Johanna Laseur, 16 dg.Pie-
ter Steenbeek, 70 jr., gek. met Maria van
den Heuvel.
marktbericht van Amersfoort.
/oW1,4,- a 16,50. Rogge ƒ8,40 a
ƒ8,90. Boekweit 8,50 a 9,25. Aard
appelen 1,90 a 2,10. Boter 1,25 a 1,35
per kilogr. Eijeren 5 cents per stuk.
De haagsche correspondent der Middb.
Ct. schrijft het volgende
»Het groote nieuws van den dag is dat de
ministers onmiddelijk bij 's Konings terug
komst collectief hun ontslag hebben ge
vraagd tot nog toe was alleen bekend dat
de ministers van Justitie en van Oorlog dat
gedaan hadden. Naar ik verneem waren een
paar hunner ambtgenooten van oordeel, dat
er in plaats van de indiening van een col
lectief verzoek om ontslag, eenvoudig eene
beschikbaarstelling der portefeuilles te pas
kwam; in dat geval ware eene reconstructie
van het ministerie mogelijk geweest. De
beide genoemde ministers en de min. van Fin.
stonden echter op hun stuk en hielden vol,
dat zij aanblijven onder geenerlei vorm mo
gelijk achtten, zoo niet collectief, dan al
thans voor zooveel hen persoonlijk aanging.
Daar nu de ministers de Vries envanStirum
wel de groote krachten van het tegenwoor
dige Kabinet genoemd kunnen worden, zou
aan eene reconstructie zonder lien niet wel
gedacht kunnen worden.
Het programma voor de feestviering
in den Briel op 11 September a. s. is door
Z. M. den Koning goedgekeurd. Er staat
op vermeld, dat 't feest 's morgens ten 7 ure
door kanonschoten zal aangekondigd wor
den, dat van T1/^81/» ure 't carillon be
speeld zal worden, dat 2 muziekkorpsen de
feestelijkheden zullen opluisterendat van
't 3de reg. Huzaren in garnizoen te Haar
lem, en dat van het 4de reg. Infanterie in
garnizoen te Leiden, dat de Koning ten 12
ure te Brielle zal komen, dat de Secretaris
der Hoofdcommissie vóór en na de onthul
ling van het allegorische monument het
woord zal voeren, dat de Voorzitter der
Hoofdcommissie het monument zal overdra
gen aan het Gemeentebestuur, waarop een
vertegenwoordiger van dat Bestuur de zorg
voor het monument zal aanvaarden; dat een
salut van 21 kanonschoten het einde der
plechtigheden verkondigen zal; dat er ten
2l/„ ure ten Raadkuize een déjeuner dina-
toire zal zijn en 's middags en 's avonds mu
ziek zal worden gemaakt.
Behalve door Z. M. den Koning en Prins
Hendrik, is de uitnoodiging tot deelneming
aan het te honden feestmaal aangenomen
door den Minster van Binnenl. Zaken, den
Commissaris des Konings van de Prov.
Zuid-Holland, den Voorzitter der Eerste
Kamer, den heer Rombach, volksvertegen
woordiger, den heer van Rees, directeur en
commandant der Marine, den waarnemenden
opperbevelhebber, chef van de 1ste militaire
afdeeling, en den heer Koelman.
Men schrijft uit Utrecht aan de N. R.
Ct. De volksgaarkeuken alhier, die steeds in
bloei toeneemt, heeft in haar driejarig be
staan getoond in eene ware behoefte te voor
zien. Het afgeloopen jaar was financieel
minder gunstig dan het vorige, hoofdzake
lijk ten gevolge van den verhoogden prijs der
levensbehoeften. Men hoopt door eenige ver
anderingen dit bezwaar te boven te komen,
zonder tot eene prijsverhooging van de spij
zen over te gaan.
Het Bestuur van de volksgaarkeuken al
hier heeft Zaterdag jongstleden een belang
rijk besluit genomen, te wetenom, behalve
voedzame spijs, nu ook aan den ongehuwden
werkman nachtverblijf te verschaffen tegen
matigen prijs. Ieder, die weet hoe het dik
wijls met de huisvesting van ongehuwden
gesteld is, waar zij niet zelden een onderko
men vinden, zal dit plan toejuichen.
Reeds in 1866 en 68 zijn er, doch vruch
teloos, pogingen hier ter stede aangewend,
om dit plan te verwezenlijken. Niet wegens
de behoefte, maar om de bezwaren aan de
uitvoering verbonden, kwam er toen van dit
plan niets.
Geleerd door de ondervinding, en over
tuigd van de noodzakelijkheid, heeft het Be
stuur van de gaarkeuken nu den moed dit
plan opnieuw op te vatten, en wij twijfelen
niet of de ijver en de voortvarendheid van
den secretaris zullen met een gunstiger uit
slag bekroond worden; want aan hem vooral,
die van die zaak een bepaalde studie maakte,
zal de uitvoering te danken zijn, waaraan
allen, die het met de volksbelangen goed
meenen, hunne medewerking wel zullen wil-
len verleenen.
Nog eene andere, niet minder nuttige in
richting wordt hier op touw gezet, namelijk
een drinkwaterleiding. Hoe goed ook de
meeste pompen hier mogen zijn, het isen
blijft altoos zoogenaamd »zakwater" wat
men drinkt, dat, door den grond gefiltreerd,
altoos de mogelijkheid oplevert met het een
of ander schadelijk bestanddeel verontrei
nigd te zijn.
Naar aanleiding van het ongeval, dat
onlangs op den Rhijnspoorweg bij Utrecht
plaats had, maakt het Wag. Wkbl. de vol
gende opmerking
»Ons dunkt, dat de bevoegde autoriteit
verplicht is een onderzoek in te stellen. Het
is onverantwoordelijk, hoe meer dan één
spoorwegmaatschappij hare beambten be
handelt. Zij hebben erger dan een honden
leven. Zondag noch werkdag rust. En dan
ter belooning een salaris, waarmede de mees
ten met kommer moeten rondkomen. De
directeuren of presidenten en verdere hoo-
gere ambtenaren hebben een bespottelijk
hoog traktement en leggen geld op, terwijl
de mindere man gebrek lijdt. Het is noodig
hierop telkens de publieke opinie te vestigen,
opdat deze, is de Regeering niet bij machte
hierin verandering ten goede te brengen,
hen wien het aangaat dwinge op dien heil-
loozen weg niet langer voort te gaan. Niet
alleen het belang der beambten is er mede
gemoeid, ook dat van het reizend publiek."
Door de bestuurders der Amsterdam-
sche Omnibus-maatschappij is bij burge
meester on wethouders dier stad een plan
ingediend en concessie gevraagd tot den aan
leg van een zeer uitgebreid net van paarden
spoorwegen door en om de stad, in verband
met de geprojecteerde verlaging van vele
bruggen. (Ar. v. d. D.)
De 23ste algem eene vergadering van
de Maatschappij tot bevordering der Bouw
kunst zal den 11 den September te Arnhem
gehouden worden.
Volgens het Utr. Dagbl. zou concessie
aangevraagd zijn voor eene drinkwaterlei
ding daar ter stede.
Spoediger en anders dan verwacht
werd is de Luit.-Generaal W. H. Doorman
aan het leger en aan het Ploog Militair Ge
rechtshof, waarvan hij als lid zijn ontslag
gevraagd had, ontvallen. Dezer dagen is liij,
tengevolge eener gevatte koude en daardoor
ontstane longontsteking, te 's Hage op ruim
74jarigen leeftijd overleden. Hij was, na
bijna öOjarigen militairen dienst, versierd
met de Militaire Willemsorde, de Orde van
den Nederl. Leeuw, het Metalen Kruis, de
Medaille van het Citadel van Antwerpen, het
Zilveren Kruis en het eereteeken voor lang-
durigen dienst als officier. Als officier telde
hij de meeste dienstjaren van allen in ons
leger. (A. v. d. D.)
De opbrengst der Maatsch. tot expl.
van Staatsspoorwegen bedroeg in de week
van 13 tot 19 Aug. jl. f 189,440,58, tegen
f 122,402,77 in die week van 1872. Sedert
1 Jan. jl. was de opbrengst per dagkilometer
f 15,97, tegen f 14,46 in gelijk tijdvak van
1872.
DeRenang Gazette an 5 Julij bevat
een drietal curieuse brieven, o. a. den vol
genden
Er is een telegram van het nederlandsch
Gouvernement van Indie ontvangen, waarin
den sultan verzocht wordt, aan het Gouver
nement vergeving voor zijne misdaad te vra
gen. De Sultan van Atjin is een dom
mensch, die niet weet, op welke wijze hij
aan eenig ander wezen dan de Voorzienig
heid om vergeving moet vragen.
De Nederlanders zijn voorzeker geleerde
menschen, die een hoog standpunt innemen,
sterk en in het bezit van eene genoegzame
macht, en indien zij wenschen dat een ander
volk hun vergeving vraagt, zouden zij beter
doen (ten einde hun gouvernement tot een
Rijk te verheffen), zich te wenden tot een an
der volk, in kracht en macht aan hen gelijk,
om aldus te behandelen.
Tuuko o P y ah,
Min. en gezant van den sultan van Atjin.