4. Benoeming van eeu hulponderwij zer aan de openbare school voor gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs. 5. Ontwerp-adres aan de Tweede Ka mer der Staten-Generaal, ten aanzien van het ontwerp van wet tot aanleg van wa terwerken, enz. Marktbericht. Tarwe f 10.50 a f 12.Boekw. f6.75 a f7.75. Rogge f7.25 a f7.60. Aardap pelen f2.10 a f.2.90 per Hectoliter. Iloeu- dereieren f 3.a f3,30 dc 100 stuks; Boter f 1.10 a f 1.20 per kilo. BINNENLAND. Door den Minister van Oorlog zijn uit voerige instructiën gegeven, aangaaude het onderricht der recruten van de lich ting 1878, voornamelijk wat de theoreti sche besprekingen betreft. De daaraan te besteden tijd is aanmerkelijk verlengd en verscheiden onderwerpen die vroeger ten onrechte buiten behandeling bleven, zul len voortaan onderwezen worden. Met de werkzaamheden voor het droog dok in het IJ, hoofdzakelijk ten behoeve der maatschappij Nederland" in te rich ten, wordt krachtigen voortgang gemaakt. Het zal in het begin van 1879 gereed zijn en men verwacht eerlang een aanvrage dezer maatschappij om een der groote steigers aan den Westerdoksdijk te Am sterdam in exploitatie te mogen nemen, opdat dadelijk na het gereedkomen van het droogdok, de schepen direct hier kun nen binnenvallen, en de geheele inrichting van het Nieuwediep naar Amsterdam kunne worden verplaatst. De vierde jaargang der zoo gunstig be kende Jahresberichte iiber die Verande- rungen u. Fortschritte im Militürwesen, van H. Yon Löbele, is in het licht ver schenen. Hij bevat, in tegenstelling met den derden, ook een uitvoerig bericht om trent de veranderingen, die sedert 1875 in ons krijgswezen plaats gevonden heb ben. In dat bericht wordt tevens de ver wachting uitgedrukt, dat Nederland met den minister De Roo in dit opzicht een nieuwe aera is ingetreden. Ook van den loop van onzen oorlog met Atjeh gedurende 1877 geeft het werk een overzicht. Aan het slot worden de woor den aangehaald, waarmede de Gouverneur- Generaal, na zijn bezoek te Atjeh, in zijn bericht aan den Minister van koloniën, den toestand aldaar karakteriseert. Het slot van dit overzicht luidt als volgt; Vol ledige rust zal te Atjeh in de eerste tijden wel is waar nog niet heerschen, volgens alle waarschijnlijkheid evenwel is de eigen lijke oorlog geëindigd en zal geheel Atjeh in de toekomst een deel van de Nederland- sche bezittingen uitmaken. Men schrijft uit Maastricht van 14 Mei: Heden nacht brak er brand uit in de pakkamer van de magazijnen, behoorende aan den heer De Beaumond Zoon, han delaars in ijzerwaren, hout en bouwmate rialen. Het gebouw, waarin de brand ontstond, bestaande uit de bureaux, pak- kamers en ijzermagazijnen, bevattende 30,000 kilogrammen ijzerwaren, brandde geheel uit. De brandkast en de boeken werden gered. Door spoedige goed aan gebrachte hulp bleven de aangrenzende magazijnen met een grooten voorraad hout en bouwmaterialen gespaard. Ook de omliggende gebouwen leden geene aanmerkelijke schade. De oorzaak van den brand is onbekend. De schade wordt op f 100,000 begroot. Alles was verzekerd. In den nacht van 15 Mei omstreeks halfdrie ontstond er brand in de chemi sche fabriek van de firma Mouton in de Nieuwe Havenstraat te 'sGravenhage. Binnen een half uur stond het vijf verdie pingen hooge gebouw in lichterlaaie, daar de vlammen voedsel vonden in spiritus, napbta, glycerine en dergelijke licht ont vlambare stoffen, die in het magazijn ge borgen waren. Reeds was van binnen bijna alles door de vlammen verteerd, toen eensklaps een verschrikkelijke knal als van een ka nonschot de lucht vervulde en het ge bouw op zijn grondvesten deed dreunen. Er had onder de ontvlambare artikelen een ontploffing plaats gehad; ze veroor zaakte echter gelukkig niet het instorten der fabriek. Slechts scheurde door den schok het bovengedeelte van den muur aan de achterzijde uiteen, welke steen klomp later met donderend geraas op een achterplaats stortte, zonder ongelukken teweeg te brengen. De Burgemeester en de Wethouders en eenige andere autoriteiten hadden zich, den val voorziende, nabij dat gevaarlijke puut begeven en zagen op het bleekveld achter de Nieuwe Haven de instorting. In bedwang gehouden door de water massa en bij gebrek aan voedsel begonnen de vlammen allengs plaats te maken voor een zwarten rook en van dit oogenblik was het gevaar voorbij. Niettemin bleef de brandweer nog geruimen tijd aan het werk, terwijl de stoomspuit eerst te 9 uren wegreed. De flinke fabriek geeft niets dan een ledige ruimte te aanschouwen, begrensd door de gespaard gebleven muren, wier hechtheid ongetwijfeld de verdere ver- spreidiug heeft gestuit. De fabriek behoorde tot een der schoon ste industriëele inrichtingen van ons land. De schade is zeer aanzienlijk. Gebouw en inhoud waren tegen brandschade verze kerd. De oorzaak van den brand is onbekend. GEMENGDE BERICHTEN. Dezer dagen kon men in vele couranten lezen, dat de kerkeraad van Dusseu geen predikant met een baard wil beroepen, even als sommige methodiste gemeenten in Amerika bezwaar maken tegeneen pre dikant, die rookt. Naar aanleiding van dit laatste schrijft het Wageningsch Weekblad: Een der vele amerikaansche kerken, de methodisten, hebben in hun algemeene vergadering besloten in het vervolg nie mand meer tot de bediening des goddelij- ken Woords toe te laten die rookt. De heeren voorgangers, die nu in functie zijn, mogen hun pijpen nog uitrooken hun, die na hen komen, is het gebruik van ta bak verboden. Ook in dit opzicht is er echter niets nieuws onder de zon. De volgende anek dote maakt het duidelijk. Langgeleden kwam een jong doopsge zind predikant bij een ouden ambtsbroe der logeeren. Na den avond onder aangena- men kout samen te hebben doorgebracht, geleidde de huisheer zijn gast naar de lo geerkamer en wenschte hem een goeden nacht. Nauwelijks was deze alleen, of hij kreeg uit zijn koffer pijp en tabak, om eens ih stilte aan enkele blaadjes zich tegoed te doen. Doch als de rook nu eens vóór den vol genden morgen niet was weggetrokken en de oude buishoudster dien rookDie ge dachte deed hem schrikken; want dan was hij voor altijd zijn goede reputatie kwijt. Hij weet er raad op. Hij plaatst een stoel ouder den wijden en hoogen schoor steen, beklimt dien en haalt nu, terwijl de rook naar boventrekt, zijn hart aan zijn pijpje eens op. Doch de huishoudster was er niet ge rust op, dat de jonge doiuiné 't licht wel uitgedaan had; en zoo neen, of er dan wel licht ook brand van kon komen. Van uit den tuin merkt ze, dat het licht nog aan is. Ze sluipt stil de logeerkamer binnen, maar wie beschrijft haar on- steltenis, toen ze daar de beenen van een man 't wasgewisselijk een dief! op een stoel onderden schoorsteen zag staan? Zoo stil en haastig mogelijk begeeft ze zich naar de slaapkamer van haar heer, wekt hem en deelt hem haar verschrikke lijke ontdekking mede. Spoedig zijn beide oudjes, op de teeneu loopend, op de verdachte plaats. En met een kloppend hart grijpt de leeraarde bee nen van den man op den stoel vast onder den uitroep; »Daar heb ik je, dief! En ontkomen doe je me niet!" Nu moest de delinquent voor den dag komen metzijn rookende pijp in de hand. Maar nauwelijks heeft de oude leeraar de zaak doorzien, of hij voegt zijn collega lachend toe: Welnu nog mooier! Om uwentwil heb ik den heelen avond mijn pijp niet voor den dag durven halen en leed armoê. Doch nu gaat ge uogniet naar bed, maar mee naar inijn kamer. En dan zullen we saam ouder een glas wijn eens een versche pijp stoppen en ons hart er aan op halen Zóó gezegd, zóó gedaan. We vermoeden, dat wanneer werkelijk den methodistische domino's officieel 't rooken verboden wordt, ze 't officieus zoo druk mogelijk zullen blijven doen. 't Is ook al te dwaas de vroomheid van 't niet rooken van een pijp of sigaar te la ten afhangen. Te Washington bestaat een matigheids- O O genootschap, dat zijn naam ontleent aan de echtgenoot van den President, de mrs. Rutherford B. Hayes Temperance Society. Het genootschap heeft echter besloten di'en naam prijs te geven, daar mevrouw Hayes, hoezeer zij bij liet diner van Groot vorst Alexis van Rusland en bij andere officieele diners het gebruik van wijn niet toegelaten, onlangs bij een uitstapje in Delaware bay geduld had dat bij het diner aan boprd van de stoomboot wijn werd gepresenteerd. Dit besluit heeft te Washington veel verontwaardiging gewekt. De toedracht der zaak, die het besluit uitlokte, was deze. Bij een diner, den President en zijn echt genoot aangeboden, had men uit eerbied voor den matigheidszin dezer gasten den wijn achterwege gelaten. Maar het diner was zeer vervelend en algemeen maakte men opmerkingen over het gemis van wijn. 's Avonds sprak mevrouw Hayes met een diplomaat over hare zienswijze om trent het genruik van wijn en misschien wel onder den indruk van het vervelende diner verklaarde zij, dat zij hare zienswijze niet aan anderen wilde opdringen, dat zij er niets tegen had, indien anderen hun ge noegen zochten op een andere wijze dan zij deed. Tengevolge van dit gezegde, dat aldra ruchtbaar werd, was gezorgd, dat de stoomboot wijn aan boord had, maar het is verre van zeker of mevrouw Hayes, die geen druppel wijn tot zich nam, geweten heeft dat er voor anderen gelegenheid be stond om wijn te drinken. De kinderjuffrouw eener aanzienlijke familie in Den Haag ging voor een paar dagen met de drie lieve kindertjes, aan hare zorgen toevertrouwduit. Zonder daarmede in strijd te handelen met de be velen barer meesteres, bracht zij, in het voorbijgaan, een bezoek, aan haar broeder, die in ziekelijken toestand verkeert. Deze nu gebruikte als medicijn een soort tablet ten van een vergif ik weet niet of 't arsenicum of belladonna was waarvan het gebruik voor dengenedie er niet langzamerhand, door toediening van een trapsgewijze toenemende dosis, aan ge wend is, doodelijk is. De doos tabletten stond voor den zieke op tafel en onder het gesprek lette zoomin de juffrouw als de patient er op, dat de kinderen zich van de tabletten hadden meester gemaakt om ze stillekeus »op te snoepen." Men stelle zich echter den schrik voor toen het werd bemerkt! Terstond werden alle maatregelen ge nomen om de werking tegen te gaan en gelukkig hoewel al de drie kinderen in groot levensgevaar verkeerden zijn zij thans allen hersteld of herstellende. GronCt.) De kaardebol (Dipsacus fullonum) waarvan de vruchten alleen gebruikt wor den voor het opwerken van wollen stof fen, levert dezen zomer een nieuw pro duct, namelijk parasolstokken. De eigen aardige geslingerde en gegroefde stengel wordt uit Frankrijk uitgevoerd, waar zij veel wordt aangekweekt, en dient in En geland in de fabriek van Marshall Snel- grove voor parasolstokken, in plaats van zooals vroeger slechts als brandhout. Zondag werd er bij de wed. De Vroede op de Breestraat te Leiden een feest ge vierd. Vijftig jaren lang hadden in haar huis, onder de jougelui algemeen bekend als het Hotel dc Vroede, voortdurend stu denten gewoond en de goede zorgen van hunne hospita ondervonden. Die dag ging dan ook niet onbemerkt voorbij. Uit de kerk gekomen, vond de oude vrouw haar huis ingenomen door een aantal haar van ouds welbekenden, allen vroegere bewo ners van hare kamers, die voor dezen dag waren overgekomen om hunne trouwe hospita eeue welverdiende hulde te bren gen. En zij die waren opgekomen, waren de vertegenwoordigers van een groot aan tal andere oud-studenten, overal in den lande verspreid, die op uitnoodiging der commissie hunne bijdragen hadden ge zonden voor de geschenken, die thans aan de hospita van 48 oud-studenten werden aangeboden als een blijk van dankbare herinnering. Namens allen sprak mr. N. J. 0. Snouck Hurgrouje, lid van Gedepu teerde Staten van Zeeland, een hartelijk en welgemeend woord. Een lijst, bevat tende de namen van allen die tot bet wel slagen van dit feest hadden bijgedragen, was bij de geschenken gevoegd. Anna Maria Weiier, te Rheinbreitbach, heeft met haren oom, den molenaar Peter Weiier, bij wien zij inwoonde, den 8 dezer te Nieuwied terechtgestaan, onder be schuldiging van poging tot bedrog. Gelijk indertijd is gemeld, had zij zich voorge daan als eeu tweede Louise Lateau, door het te doen voorkomen alsof zij reeds sinds weken geen voedsel meer had gebruikt en op Vrijdag aan handen, voeten en aan de zijdé bloedde. Het gevolg hiervan was, dat van alle kanten duizenden naar den molen stroomden en Anna als»begena digde" stond aangeschreven, te meer om dat haar oom openlijk hare verklaring omtrent het gemis van alle voedsel beves tigde. In het openbaar verhoor bekende zij, gelijk zij ook reeds dadelijk bij het voorloopig onderzoek had gedaan, zich zelve de wonden te hebben toegebracht en geregeld buiten weten van haren oom voedsel te hebben genoten. Op de vraag waarom zij zich aan zulk eene misleiding had schuldig gemaakt, gaf zij kortaf ten antwoord: »ik was gek," waarna zij bij alle verdere vragen slechts schreiende uit riep: »ik weet het zelf niet!" De oom verklaarde, volstrekt geen bedrog te'heb ben vermoed en tot op het oogenblik barer bekentenis vast aan een wonder te hebben geloofd. Dat hij den pastoor niet had geraadpleegd, was omdat velen hem dit hadden afgeraden. Hij had wel den geneeskundige willenontbieden; maar zoodra hij bemerkte dat zijne nicht er te gen was, had hij er ook niet meer van willen spreken, omdat hij de laatste reke ning van den doctor nog niet had kunnen betalen. Uit het verhoor bleek verder, dat de burgemeester hem dadelijk had gewaarschuwd tegen zelfbedrog en vooral had aangemaand, geen geld van de bezoe kers aan te nemen. Dit laatste heeft hij dan ook, voor zoover men kon nagaan, niet gedaan. Het Openbaar Ministerie was evenwel van oordeel, dat de beide aangeklaagden zich hadden schuldig ge maakt aan poging tot bedrog en eischte voor ieder een jaar gevangenisstraf. Voor het geval dat de rechtbank die poging niet genoegzaam bewezen achtte, eischte het opsluiting voor den tijd van drie maanden, op grond van verregaande on betamelijkheid. De rechtbank verklaarde hen schuldig aan dit laatste en stelde de straf op drie maanden, vermindert met één maand wegens preventieve hechtenis. Vóór ongeveer vijf jaar vertrok uit Stadskanaal als stuurman de schipper B. met een schip van den heer M. te Zwolle; vijf weken voor zijn vertrek was hij ge huwd. Donderdagavond thuis komende, vond hij tot zijn groote verwondering zijn vrouw ten tweeden male getrouwd en se dert vijf weken moeder geworden. Gedu rende zijn geheele afwezigheid had men van schip en equipage niets vernomen; de regter had verklaard, dat er regtsver- moeden van overlijden bestoud, zoodat de vrouw een tweede huwelijk mocht aan gaan. Samuel David, de componist van de onlangs te Parijs uitgevoerde cantate Le

Historische kranten - Archief Eemland

Weekblad voor Amersfoort en Omstreken | 1878 | | pagina 3