Amersfoort en Omstreken 1878. No. 851. VOOR Zaterdag-14 September. Uitgever: A. M. Slothouwer, Uren van vertrek der algemeene Communicatie-middelen voor Amersfoort. Zomerdienst, geopend 15 Mei .1877. Nederlandsche Geatraal-Spoorweg. Ooster-spoorweg. 1,- Overzicht der week. BUITENLAND. Mijn levensgeschiedenis. WEEKBLAD Dit Had verschijnt des Zaterdags namiddags, bonnementsprijs voor Amersfoort per 3 maanden 0,75. Franco door het geheele Rijk0,85. Afzonderlijke nummers10 Cent. Boekhandelaren en Postdirecteuren nemen bestellingen aan te Amersfoort. Avderteutiën van 15 regelsf 0,50. Iedere regel meer0,07. Groote letters worden'berekcnd naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen door den belanghebbende in persoon bezorgd0,25. Naar Utrecht: Aankomst te Vcrtr. Amersfoort Utrecht Rotterd. 'sHage Arnnein Naar Zaolle: 6,55 (alleen Zat.) 9,18 11,6 2,28 5,47 9,28 7,45 10,— 11,35 3,15 6,23 10,5 9,40 11,30 12,45 4,55 7,20 11,19 9,50 11,35 5,15 7,32 11,34 9,55 12,25 2,10. 5,20 10,17 Vertr. Amersfoort 9,1 9,45 1,36 6,13 9,32 Zwolle 10,56 11,10 4,10 7,45 11,26 Aankomst te Leeuwarden Groningen 2,— 2,6 2,— 2,6 8,25 8,5 10,14 10,5 Postwagendienst (Onderneming A. Schimmel) tusschen Amersfoort en Maarsbergen, Van Amersfoort 's morgens te 7 en 's namiddags te 2,30 uur. Van Maarsbergen 's morgens te 9,43 en 's avonds na aankomst van de laatsten trein. Naar Hilversum: Aankomst te Vertr. Amersfoort Baarn Hilversum Utrecht Amsterd 7,2 8,35 9,20 11,10 1,30 2,40 5,45 9,— 9,30 7,44 8,48 9,36 11,26 1,46 2,56 6,1 9,16 9,46 7,54 8,57 9,46 11,36 1,56 3,6 6,11 9,26 9,56 1,30 9,38 1,20 3,42 6,37 9,48 11,- 8.43 9,32 10,35 12,11 2.44 3,42 7,— 10,13 10,32 Naar Zutphen V. Baarn) VA 8.21 9,29 11,50 1.11 3,42 5,56 9.12 10,58 Aankomst te 8.39 8,59 9,31 9,54 9,47 10,6 10,37 10,56 12,2 1,27 1,47 2,19 2,42 3,54 6,12 6,31 7,1 7,20 9,35 9,55 10,28 10,51 11,10 Langzamerhand begint het er naar uit te zien dat de bepalingen van het Ber- lijnsche tractaat iets meer beteekenen, dan wat ze tot nog toe toeschenen, ijdele woorden. Eindelijk is Batum, de voor de Russen zoo belangrijke vesting aan de Zwarte zee, in Lakistan gelegen, aan hen overgegeven en nog wel zonder dat er eenig bloed is gestort. De Lazen houden zich nog wel in tamelijk groote menigte in de nabijheid op, maar ze blijven daar- entegen volkomen rustig. Dit woord kan niet gebruikt worden wanneer van de opstandelingen in het Rhodopegebergte wordt gesproken. Daar blijft de toestand van wanorde en strijd nog steeds voortduren. De com missie tot onderzoek naar het daar ge beurde schijnt dingen aan het licht ge bracht te hebben, die den Russen niet tot eer strekken en deze zijn natuurlijk zeer gebelgd. Er heerscht omtrent de juistheid van het rapport der commissie echter nog verschil van gevoelen, want de Duitsche, Oostenrijksche en Italiaan- sche commissarissen weigerden het te onderteekenen, en nu beschuldigt Rus land de Fransche en Engelsche leden der commissie het rapport met opzet ongun stig voor Rusland te hebben opgesteld. FEUILLETON. Vermoedelijk evenwel zijn de Russen niet zonder schuld; zeker is het, dat de Islamitische bevolking dier streken wei nig vertrouwen in hen stelt en hen zoo veel mogelijk ontloopt. De Grieksche regeering schijnt haar geduld te verliezen, hetgeen blijkt uit het bericht dat de Grieksche Minister resi dent te Constantinopel tegen korten ter mijn het antwoord der Porte gevraagd heeftaangaande de grensregeling en verklaard heeft dat ingeval dat antwoord niet spoedig gegeven werd, Griekenland zich tot de Mogendheden zou wenden. De terugroeping van Midhat Pacha wordt gezegd in verband te staan tot zijne waarschijnlijke benoeming tot Gou verneur van Klein-Azië, waar hij ge machtigd zou worden tot het invoeren van belangrijke hervormingen. Uit Bosnië en Herzegowina zijn lang zamerhand meer berichten gekomen. Het blijkt duidelijk dat de regeering, die zich niet op zooveel tegenstand had voor bereid, de operatiën tijdelijk had ge staakt totdat de noodige versterking zou zijn aangekomen. Het aantal troepen dat Oostenrijk thans aldaar in het veld heeft gebracht, kan gerust op 200,000 man geschat worden. In de Herzego wina hebben de Oostenrijkers een be langrijk voordeel behaald door de bezet ting van Trebinje, waar zij nog juist bij 1. Sints veertien jaren was ik op een en dezelfde kostschool geweest. Nog heugt het me, als of het gister gebeurde, dat ik op een bijzonder kouden winterdag in een diligence gepakt werd, naast een dikken ouden heer, en een magere oude juffrouw, die me beide aankeken, alsof ik arm klein ding van 8 jaar oud, geen recht had, om mijn plaats te bezetten. Ik her inner me, dat ik hartstochtelijk zat te snikken. Bij het instappen van de dili gence had ik afscheid moeten nemen, van onze oude Ka, die ik lief had, als mijn moeder. Mijn eigen moeder stierf, toen ik een jaar oud was. Mijn vader was koopman. Hij was altijd buitenshuis en liet mij geheel over aan de zorg van de trouwe dienstbode, die mijn moeder al jaren lang gediend en geholpen had. Mijn vader was voor mij een soort van persoonlijkheid, waarvan ik nooit recht wist, hoe ik mij er tegenover gedragen moest. Als hij thuis was, moest ik zeer stil en rustig wezen. Hij was altijd even stroef en stil en ik herinner me niet, dat hij mij ooit liefkoosde. Zijn voetstap vervulde mij al met een soort van angst en ik had er een flauw bewustzijn van, dat hij me beschouwde als een wezen, waarvan hij zich nu eenmaal niet kon ontdoen. De bedienden behandelden mij altijd met medelijden. Van hen hoor de ik, dat mijn vader veel geld zou geërfd hebben, als ik een jongen geweest was; maar dat de erfenis nu aan een ander gegaan was. Ook moest er nog een oud tante van mij bestaan, van moeders zijde, maar het scheen dat zij en mijn vader eens in onmin van elkaar gegaan waren, en dat hij na dien tijd nooit meer iets van haar hoorde. Toen ik acht jaar oud was, stierf mijn vader. Mijn voogd kwam over en die wist niet beters met mij te doen, dan mij naar een kostschool te zenden, daar hij berekende, dat het beetje geld, dat vader naliet voldoende zou wezen om mij een jaar of tien te onderhouden en mij in dien tijd het noodige te doen leeren. Al onze meubels werden verkocht en tijds aankwamen voor dat de Turken de citadel aan de opstandelingen moesten overgeven. Alles wordt nu blijkbaar zoodanig geregeld en de troepenmacht zoodanig opgesteld, dat op een gegeven oogenblik de beslissende slag kan gele verd worden en daardoor de opstand ge dempt. Laat ons hopen, dat het spoedig gebeure en er een einde kome aan het bloedig tafreel van de vredelievende be zetting van Bosnië en de Herzegowina. De moord op den Italiaanschen consul gepleegd, is geen alleenstaand feit meer; de welbekende Mehemet Ali, geboren Duitscher en van Fransche afkomst en wiens eigenlijke naam is Karl Detroit, is voor eenige dagen in Bosnië met zijn ge volg vermoord. Omtrent de aanleiding tot dien moord loopen de meest uiteen- loopende geruchten, maar dit is zeker dat er het bewijs in ligt, dat de Turksche regeering ten gevolge'van den oorlog veel van haar prestige in die streken ver loren heeft. Den 9. dezer heeft de opening van den Rijksdag te Berlijn plaats gehad. Vol gens de berichten van de dagbladcorres pondenten geschiedde dit op geheel an dere wijze dan vroeger. Op straat waren uiterst weinig menschen samengeschoold, terwijl het anders een waar gedrang is voor het gebouw. Nu had de plechtig heid niet als gewoonlijk in de gewone toen al de zaken in orde waren, pakte Ka mijn kleeren bij elkaar en bracht mij, op bevel van mijn voogd, van wien ik geen zeer hartelijk afscheid namnaar de diligence, die mij na zeven uur rijden, voeren moest, naar het oord mijner be- bestemming. Koud en verkleumd, hon gerig en diep ongelukkig werd ik tegen den avond afgezet aan een kleine her berg de conducteur zette mijn koffer naast me op den hard bevroren grond en daar stond ik nu, in een wild vreemd oord. - De kastelein bekeek me van het hoofd tot de voeten. «Waar meet dat heen, klein ding?" vroeg hij met een ruwe, maar goedharti- gestem. »Moet je verder loopen?" Het schreien stond mij ol zooveel na der dan het lachen en bevend keek ik hem aan, zonder een woord te zeggen. «Nu, kom maar eerst eens binnen," liet hij er op volgen, «wantje lijkt zoo koud als een kikker." Hij nam mijn koffer op, zette dien in den gang van de herberg en bracht me in de warme, goed verlichte gelagkamer. Wat heb je daar?" vroeg de waardin; vergaderzaal maar in de Witte zaal van het koninklijk paleis plaats, maar noch de Keizer, noch de Kroonprins, noch de Rijkskanselier waren tegenwoordig, en slechts 98 van de ongeveer 400 leden wa ren opgekomen, meest allen conserva tieven. Graaf Stolberg-Wernigerode las de troonrede voor, die zeer kort was en eenig en alleen over het socialisme han delde. Terwijl anders de troonrede met een donderend applaus wordt begroet, volgde er nu eene pijnlijke stilte op, die eindelijk afgebroken werd door het ge wone Leve de Keizer". Daarop bega ven de 98 afgevaardigden zich naar de vergaderzaal van den Rijksdag, waar een geheel ander tooneel heerschte; daar waren met de 98 medegerekend 271 le den van den Rijksdag bijeen. Voor het gewone »Hoch" op den Keizer verlieten de socialisten Bebel en Fritsche de zaal om onmiddellijk er na weder binnen te komen, toen de waarnemende voorzit ter mededeelde dat dien avond het wets ontwerp tegen de socialisten zou worden rondgedeeld, Algemeen houdt men het wegblijven van een groot aantal leden bij de voorlezing van den troonrede voor eene demonstratie. Men verneemt dat de Keizer zoover hersteld is, dat hij de groote manoeuvres in het einde dezer maand wil bijwonen. Nobiling wordt gezegd aan eene long en toen ze me goed bekeken had, scheen ze medelijden met mij te krijgen. Zij kwam vriendelijk naar mij toe, deed mijn hoed en mantel af en zei: «Komaan, warm je maar gauw eens, en honger zul je ook wel hebben. «Ja, juffrouw, «bracht ik stotterend uit, en ol waar is de kostschool!" «Ah, zool Moet je naar de school! Komen ze je niet halen?" Ik weet het niet," was mijn antwoord. Maar ze weten wel dat ik komen zal." «Nu, in elk geval zullen we je maar eerst 'eens opknappen," zei de dikke waard,en dan eens verder zien." Wat heb ik later menigmaal met het tweetal uit de herberg den avond her- dachtl De trouw en hartelijkheid, waar mee die twee menschen mij geholpen hebben, zal ik nooit vergeten. Ik vertelde hun alles over .mezelf en over onze Ka, wat ik wist en dat scheen hun medelijden op te wekken. Ik voelde mij al zoo spoedig op mijn gemak en inniggenoegelijk, dat de schrik mij om het hart sloeg, toen er een wagen stilhield en een mannenstem naar binnen riep:

Historische kranten - Archief Eemland

Weekblad voor Amersfoort en Omstreken | 1878 | | pagina 1