marktbericht! Vereeniging Volksonderwijs te verstaan om dit onderwerp gezamenlijk aan de orde te stellen en in behandeling te brengen op eene daartoe afzonderlijk te beleggen ver gadering. LI. Woensdag des avonds 11 uur had er een treurg ongeval plaats op het kruis punt van de Ooster-Spoor, en Centraal- Spoor, nabij Utrecht; de werkman A. H. werd aldaar door trein 62, komende van Amsterdam, beide beenen afgereden, men vreest het de dood ten gevolge zal hebben. Leusden, 16 December. In eene bui tengewone godsdienstoefening, gisteren alhier gehouden, werd op plechtige wijze gedachtenis gevierd van het vijftigjarig zelfstandig bestaan van onze Hervormde Gemeente en de inwijding van ons kerkge bouw. Leusden had reeds een eigen pre dikant in. 1588, een zekeren Lambertus Brinosius en in 1611, een zekeren Putte- anus of van Putten, maar kort na dien tijd schijnt het stilzwijgend onder Amersfoort vervallen te zijn. Deze toestand duurde voort tot 1828, in welk jaar het weder zelfstandig werd en een nieuw kerkge bouw verkreeg, daar het oude te Oud- Leusden onbruikbaar geworden was. Dat dit alles zoo gelukkig tot stand kwam, had de gemeente te dankpn aan den kracht- dadigen steun van de HH. W. H. de Beau fort en van Hardenbroek van Lokhorst en aan de belangstellende medewerking van de Amerfoortsche predikanten, inzonder heid van Ds. Breijl. In de godsdienstoefe ning van gisteren werd een en ander godsdienstig herdacht en de gemeente op de beteekenis van dit heugelijk feit gewe zen door den dienstdoenden predikant Dr. van Rhijn en hare voormalige leeraars de HH. van Gruting, Loeff, van der Lip en van Lindonk, terwijl haar eene predi kant Ds. Ribbeek, gaarne dit samenzijn bijgewoond had, maar hierin verhinderd was. Een talrijk opgekomen schare, waar onder verscheidene aanverwanten van de stichters van het kerkgebouw opgemerkt werden, woonden de godsdienstoefening bij. Aan de Rijksuniversiteit te Leiden is de heer R. A. Fockema, geb, teTerborg bevorderd tot doctor in de rechtsweten schap met acad. proefschrift, getiteld: Het vervallen van de tijdbepaling bij ver mindering der gestelde zekerheid." (art. 1307 B. W.) Van de feestelijke herdenking van de Unie van Utrecht zal vooreerst wel niets komen. De inschrijvingen voor het ge- denkteeken zijn verre onder de raming gebleven. Nergens was genoegzame deel neming, ook niet te Utrecht. De aldaar bestaande commissie zou aan het hoofd bestuur een feestviering in Januari ontra den hebben met het oog op het seizoen en den korten tijd tot voorbereiding. Intus- schen wordt aan de Munt een gedenkpen ning vervaardigd. Mevrouw de baronnesse Schimmelpen- ninck van der Oye, geboren Van Lijnden, ambachtsvrouw van de gemeente Hoeve laken, zal aldaar uit eigen fondsen een school met den Bijbel" oprichten. Het terrein is reeds aangewezen en de teeke- ning der school met onderwijzerswoning gereed. In dezelfde gemeente hestaat reeds een naai-, bewaar- en Zondagsschool door het initiatief van freule Schimmelpen- ninck van der Oye. Te Apeldoorn bestaan tegenwoordig drie muziekvereenigingen: een dezer drie, de »Felicia-vereeniging" is door dames opgericht en de werkende leden behooren allen tot de »fair sex" en vormen een vrij goed bezet orkest. Waarschijnlijk is dit de eenige vereeniging van dien aard in ons land. De N. Rott. Ct. bevat het volgende stuk, dat wij, om het groot belang voor onze gemeente, in zijn geheel overnemen: De Nederlandsche Centraal-spoorweg. Kort vóór de jongste vergadering van houders van gestempelde obligatiën der Nederlandsche Centraal-Spoorwegmaat- schappij, ontvingen wij van de Permanen te Commissie een drietal op de uitkomsten der exploitatie gedurende 1877 betrekking hebbende nota's, waarop wij ons voor stelden de aandacht onzer lezers te vesti gen. Dat eerst thans aan dat voornemen wordt gevolg gegeven is daaraan toe te schrijven, dat wij ons verplicht rekenden alvorens de in die stukken zoo dikwerf aangehaalde jaarverslagen te raadplegen. Wij brengen dan in herinnering, dat het meerendeel der obligatiehouders der Nederl. Centraal-Spoorwegmaatschappij door het doen stempelen hunner stukken toegetreden is tot eene regeling, volgens welke hun slechts een deel van het op de coupon verschuldigde in geld, het ontbre kende in renteloos papier zou worden be taald. Het bedrag nu van de uitkeering in geld hangt af van de uitkomst der exploi tatie, en was over 1877 zoo laag, onge veer de helft van 'tgeen vroeger dikwerf werd uitgekeerd, dat bij de Permanente Commissie de vraag ontstond of de ex ploitatiekosten, zooals die in het verslag der Maatschappij zijn vermeld, niet moeten geacht worden bevreemdend hoog te zijn geweest, eene vraag, waarop het antwoord door den ingenieur Mahieu in zijn nota gegeven wordt. Die nota, door de Permanente Commis sie aan bestuurders gezonden, lokte eene contra-nota van den heer Van Lennep uit, en deze op hare beurt eene repliek van den heer Mahieu. In de nota wordt het ver slag, door bestuurders der Maatschappij in 't licht gegeven, ontleed en de uitkom sten, zoowel van de exploitatie in haar ge heel, als voor een enkel onderdeel, met die, afgeleid uit het verslag der Maat schappij tot Exploitatie van Staatsspoor wegen vergeleken, nadat alvorens aange toond is, dat vergelijking der twee onder nemingen alleszins gewettigd is. Bi] die ontleding en vergelijking is de juiste me thode gevolgd om alles te herleiden tot den treinkilometer, de eenige goede en door alle spoorwegtechnici aangenomen maatstaf. Uitvoerig wordt in die nota uiteenge zet, wat in het aan 1877 voorafgaand tienjarig tijdvak voor uitbreiding en ver nieuwing werd uitgegeven, en op grond daarvan aangenomen, bij de beoordeeling der gedurende 1877 voor vernieuwing be stede bedragen, dat de toestand van den weg bij den aanvang van dat jaar moet geacht worden normaal te zijn geweest. De ontleding der exploitatiekosten leidt in 't algemeen tot eene voor de Cen traal zeer ongunstige uitkomst, in zoo verre namelijk, dat bij haar voor vele za ken aanmerkelijk meer dan bij de S. S., soms het drievoudige, zouzijn uitgegeven. De conclusie van de nota is, dat het niet duidelijk, ten minste uit de verslagen niet af te leiden is, waarom bij haar de kosten in verhouding zooveel booger wa ren dan bij de S. S., niettegeustaande de bij deze zooveel grootere treinbeweging. In zijne contra-nota tracht de heer Van Lennep de nota te ontzenuwen, en aan te toonen dat de kosten per treinkilo meter bij de door hem bestuurde Maat schappij minder hoog zijn dan waartoe de ontleding van het verslag leidt en werke lijk slaagt hij daarin ten deele, doch door het mededeelen van belangrijke bijzonder heden en cijfers, die in het verslag niet of anders voorkwamen. Wat de redenen betreft, die hij aanvoert om de meerdere kosten te verklaren en de becijferingen, waarin hij zich begeeft om zoowel die kosten als de maten der vernieuwingen in vergelijking met andere spoorwegen min der hoog te doen voorkomen, die schijnen ons toe weinig afdoende te zijn. Qok ge- looven wij dat de vergelijking der exploi tatie van de zoo vlakke N. C. S. met de berglijn LuikLimburg niet ernstig ge noemd kan zijn. In de repliek wordt de contra-nota be antwoord, en van de in deze gegeven aan vulling en verbetering van het verslag ge bruik gemaakt om aan te toonen, dat de toestand der onderneming aanmerkelijk gunstiger is dan het verslag doet vermoe den, en dat den obligatiehouders meer in geld had kunnen worden uitgekeerd. In 't kort komt de inhoud of liever het betoog van nota en repliek op 't volgende neer. Steunt de uitkeering in geld op een juist verslag, dan waren de exploitatiekos ten onverklaarbaar hoog. Blijkt uit nade re mededeelingen dat het verslag niet juist is, dat op de exploitatierekening posten voorkomen, die daarop niet behoo ren, dat andere posten abusievelijk te hoog zijn gesteld, dan is de uitkeering te hag. Uit de verschillende nota's blijkt, dunkt ons, het volgende: lo. dat, hoewel het gewicht der treinen bij de Centraal niet grooter was dan bij de Staatsspoorwegen, toch bij de eerste de exploitatiekosten in hun geheel, en in 't bijzonder de kosten der afdeeling materieel en tractie, per treinkilometer belangrijk hooger waren dan bij de laatste; 2. dat de vernieuwingskosten in de ex ploitatierekening ongeveer f26,500 te hoog zijn gesteld, met welk bedrag de uit keering in geld had moeten zijn vermeer derd; 3o. dat in de exploitatierekening bedra gen zijn opgenomen die daar niet behoo ren als voorschotten aan in zich zoo hoogst nuttige fondsen, en het grootste deel van wat voor het gebruik van aan derden behoorende lokalen en inrichtin gen betaald werd; 4o. dat de exploitatierekening onder het hoofd vernieuwingskosten ten on rechte is belast met uitbreidingskosten, namelijk met de aan de vernieuwing ge paarde verzwaringen en verbeteringen; 5o. dat in het aan 1877 voorafgaand tienjarig tijdvak, ook na veronzijdiging van den invloed der slechte hoedanigheid der eerst gelegde dwarsleggers, zoo be langrijke bedragen zijn besteed aan de vernieuwing van den bovenbouw van den weg, dat de toestand van dezen, mitsdien de mate van vernieuwing die hij vereisch- te, geacht mag worden normaal geweest te zijn. 6o, dat, niettemin, het gedurende 1877 voor vernieuwing bestede bedrag, ook in dien men het vermindert met al wat daar van tot uitbreiding mocht geacht worden te behoorentoch buitengemeen hoog mag worden genoemd, wanneer men het vergelijkt met wat daarvoor in verhouding bij de Staatsspoorwegen werd uitgegeven. En nu de weg die moet worden inge slagen om verbetering in den toestand der Maatschappij te verkrijgen. Die weg is, als terecht in de repliek wordt opge merkt, het geven van een juist, een uit voerig verslag met de noodige statistieke tabellen van verbruik en kosten. Streng behoort daarin te worden gewaakt tegeu het belasten der exploitatiekosten met iets wat daar niet toe behoort; dus in de eerste plaats met wat kan geacht worden direct of indirect tot constructie, uitbreiding te behooren, ook al zijn de bedragen nog zoo luttel. Dat dit niet nieuw is, blijkt wanneer men de jaarverslagen van andere maat schappijen, b. v. die der Ned. Rijnspoor wegmaatschappij, raadpleegt. Wij hebben voor ons haar jongste ver slag, en wel de bijlage genaamd construc- tierekeuing, die de bedragen aangeeft waarmede de waarde van de bezitting door de verschillende, veelal bij vernien- wing, gedane uitbreidingen en verbete ringen, is toegenomen. Die tabel is zeer leerzaam. Zij toont hoe een zoo machtig lichaam het niet beneden zich acht ook de kleinste posten in rekening te brengen. Zoo komen daarin nevens bedragen voor meerder gewicht aan spoorstaven eu laschplaten bij vernieuwing verkregen, voor uitbreiding van zijsporen, perrons en gebouwen, enz. soms zeer kleine som men. Doch te zamen maken die verschil lende uitbreidingen het belangrijk cijfer uit van f 283,000 en, met inbegrip van het voor de uitbreiding van het materiaal bestede, ongeveer 5'/2 ton, waarmede de waarde van dezeu spoorweg is vermeer derd. En wanneer maatschappijen, die slechts aan hunne aandeelhouders verantwoor ding verschuldigd zijn, het zich ten plicht rekenen om in hare verslagen eene juiste voorstelling van zaken te geven, dan rust die plicht wel in het bijzonder op de Ned. Centraal, die aan hare verplichtingen niet kan voldoen en de mate van uitkeering aan de crediteuren van de uitkomsten der exploitatie afhankelijk moet stellen. Ze delijk is zij aan dezen van iederen penning verantwoording verschuldigd; van haar mag dus in de eerste plaats verlangd wor den dat haar verslag juist, uitvoerig en duidelijk zij. Doch al wordt het verslag verbeterd, den obligatiehouders zal dit slechts in ge ringe mate baten, wanneer wordt voort gegaan andere niet tot de zuivere exploi tatiekosten. doch tot uitbreiding behoo rende bedragen van de winst op de exploi tatie te preveleeren. Daarin behoort, naar onze meening, verandering gebracht te worden, diteischt de billijkheid, al zou de tot dusverre ge volgde wijze van handelen met het Regle ment van Conversie strooken, wat nog de vraag is. Is daartoe de eenige weg het aanspre ken der Maatschappij in rechten wegens niet nakoming van het gesloten accoord, of het gebruik maken van de rechten uit het bezit van ongestempelde obligatiën voortspruitende? Volgens de mededeelingen door de Per manente Commissie in de vergadering van 27 Nov. gedaan, zou men het moeten aannemen, daar alle harerzijds gedane voorstellen schijnen te zijn afgestuit op de weigering van bestuurders om tot eene wijziging van het Reglement van Con versie mede te werken. Toch hopen wij dat het niet tot een proces moge komen, en stellen ons veeleer voordat bestuurders zich tegenover hunne committenten, de aandeelhouders, niet verantwoord rekenden om het Reglement van Conversie prijs te geven, zoo lang zij zich met de hoop konden vleien dat de ontevredenheid van obligatiehouders zich slechts in woorden zou uiten. Doch nu de Commissie van hare last gevers het mandaat heeft ontvangen om, zoo uoodig, tot rechtsmaatregelen de toe vlucht te nemen, vertrouwen wij dat be stuurders zich tot de aandeelhouders zul len wenden om gemachtigd te worden in eene schikking met de Commissie te tre den, daar zij moeten inzien dat een hals starrig en tot het uiterst gedreven verzet hoofdzakelijk de aandeelhouders zal bena- deelen. Immers, indien, wat mogelijk is, de rechtsmaatregelen failliet-verklaring der Maatschappij en verkoop van den spoorweg ten gevolge hebben, dan verlie zen de aandeelen alle waarde. Iu het belang van alle partijen is het te hopen dat men een middel vinde tot de oplossing, langs minnelijken weg, van het tusschen de Maatschappij en hare credi teuren hangend geschil. De raad der gemeente Amersfoort zal op Dinsdag, den 24 December 1878, des namiddags halftwee vergaderen, de Punten van behandeling zijn: 1. ontwerp-adres aan den Koning ter gelegenheid van Zijner Majesteits huwelijk. 2. Voorstel van Burg. en Weth. tot oprichting van een progymnasium. 3. Voorstel van Burg. en Weth. tot aankoop van grond aan de Heereustraat. 4. Voorstel van Burg. en Weth. tot benoeming van een ambtenaar belast met de invordering van het sluis- geld. 5. Ontwerp-beslnit tot vaststelling der percenten voor den hoofdelijken omslag over 1879 te heffen. Tarwe f8,75 a f 10,Rogge f5,75 a f 6,50. Boekweit f 5.75 a f 6.75. Appe len f3,—a f4,Aardappelen 12,75 a f 3,per heet. Hoeudereieren f 6.a f7,de 100 stuks. Boter f 1,10 a f 1,20 per kilo. SPAARBANK. Het Bestuur zal zijne eerstvolgende zitting houden op Maandag 23 Decem ber e.k. ten Raadhuize te Amersfoort, des namiddags van 12 tot 1 ure. A. j. BOS, Secretaris. BINNENLAND. HH. MM. de Koning en de Koningin zullen bij hun intocht in de hoofdstad ver gezeld zijn "an de volgende leden der vor stelijke familie, die ook gedurende 's Ko- nings verblijf te Amsterdam zijne gasten

Historische kranten - Archief Eemland

Weekblad voor Amersfoort en Omstreken | 1878 | | pagina 3